ECLI:NL:RBNHO:2022:4348

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
25 maart 2022
Publicatiedatum
18 mei 2022
Zaaknummer
9665142 WM
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie wegens snelheidsovertreding binnen bebouwde kom

In deze zaak gaat het om een beroep tegen een administratieve sanctie die is opgelegd aan de betrokkene wegens het overschrijden van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom. De kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland heeft op 25 maart 2022 uitspraak gedaan in deze zaak, die is geregistreerd onder zaaknummer 9665142 WM. De betrokkene heeft een boete ontvangen voor het rijden van 29 km/h boven de toegestane snelheid van 70 km/h, zoals vastgesteld door een goedgekeurd snelheidsmeetmiddel op 23 mei 2021. De betrokkene heeft beroep aangetekend tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Tijdens de zitting op 18 maart 2022 waren zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als de gemachtigde van de betrokkene aanwezig. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de bebording op de handhavingslocatie correct was en dat er geen aanwijzingen waren dat de situatie tussentijds was veranderd. De kantonrechter heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om proceskostenvergoeding afgewezen. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. S. Slijkhuis, kantonrechter, en de griffier. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 9665142 \ WM VERZ 22-90
CJIB-nummer : [nummer]
Uitspraakdatum : 25 maart 2022
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV) en proces-verbaal van de zitting
in de zaak van
[betrokkene]
gemachtigde : Verkeersboete.nl (N.G.A. Voorbach)

Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 18 maart 2022. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. De gemachtigde van betrokkene is ook verschenen.
De vertegenwoordiger van officier van justitie heeft op de zitting meegedeeld de beslissing en het standpunt te handhaven en heeft de kantonrechter verzocht om het beroep ongegrond te verklaren en het verzoek op vergoeding van de proceskosten af te wijzen.
De kantonrechter heeft na de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: 29 km harder rijden dan mag binnen de bebouwde kom (verkeersbord A1).
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd.
De gegevens waarop de ambtenaar zich bij de oplegging van de sanctie heeft gebaseerd, zijn opgenomen in het zaakoverzicht. In dit zaakoverzicht staat dat met behulp van een voor de meting getest, goedgekeurd en op de voorgeschreven wijze gebruikt snelheidsmeetmiddel is geconstateerd dat met het voertuig op 23 mei 2021 met een gecorrigeerde snelheid van 99 km/h uur is gereden, terwijl de maximum snelheid aldaar 70 km/h bedraagt.
Voorts bevindt zich in het dossier een foto waarop een voertuig met voornoemd kenteken is te zien. De gegevens in de databalk komen overeen met de gegevens in het zaakoverzicht.
Bij de stukken bevindt zich ook een proces-verbaal van schouw digitale flitspaal waarin wordt verklaard dat op de onderhavige handhavingslocatie de bebording A1 “70” is geschouwd. In dit proces-verbaal is aangegeven dat er op 6 mei 2021 en vervolgens op 19 juni 2021 is geschouwd en dat de borden in orde zijn bevonden.
De kantonrechter acht op basis van de bovenstaande informatie voldoende aannemelijk dat de bebording op de pleegdatum zichtbaar en aanwezig was. Er is voldaan aan de eis van een maandelijkse schouw. Er zijn geen concrete aanwijzingen dat de situatie tussentijds anders is geweest. Aldus kan worden vastgesteld dat de gedraging is verricht. De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.
Nu het beroep tegen de boete ongegrond wordt verklaard ziet de kantonrechter geen aanleiding om proceskosten toe te kennen.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep opgelegd ongegrond.
‒ wijst het verzoek op vergoeding van de proceskosten af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S. Slijkhuis, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 70,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: