Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan over een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd wegens snelheidsovertredingen. De betrokkene heeft op 18 juli 2021 op de Middenweg te Heerhugowaard twee snelheidsovertredingen begaan, waarbij hij respectievelijk 20 km per uur te hard reed om 20.00 uur en opnieuw om 20.02 uur in tegengestelde richting. De betrokkene heeft tegen de opgelegde boetes beroep aangetekend bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierna heeft de betrokkene het beroep voorgelegd aan de kantonrechter.
Tijdens de zitting op 18 maart 2022 heeft de vertegenwoordiger van de officier van justitie het standpunt gehandhaafd en verzocht om het beroep ongegrond te verklaren. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen reden is voor matiging van de boetes, ondanks de stelling van de betrokkene dat hij financiële problemen heeft. De kantonrechter oordeelt dat de betrokkene voldoende gelegenheid heeft gehad om zijn snelheid aan te passen en dat de opgelegde boetes terecht zijn. De kantonrechter verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.
De uitspraak is openbaar gedaan door mr. S. Slijkhuis, kantonrechter, en de griffier. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt. De procedure in hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.