Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, uitspraak gedaan op 25 maart 2022 in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De betrokkene had een boete ontvangen voor het parkeren van een voertuig voor een inrit of uitrit. Tegen deze boete heeft betrokkene beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond of niet-ontvankelijk verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat het beroep te laat is ingesteld. Volgens artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht bedraagt de termijn voor het indienen van een beroepschrift zes weken. Betrokkene heeft het beroep pas op 2 juli 2021 ingediend, terwijl dit uiterlijk op 11 mei 2021 ontvangen had moeten zijn. De rechtbank oordeelt dat er sprake is van een forse termijnoverschrijding, die alleen verschoonbaar kan zijn in geval van zeer bijzondere omstandigheden. De aangevoerde omstandigheden door betrokkene zijn door de kantonrechter niet als bijzonder genoeg beoordeeld om de termijnoverschrijding te rechtvaardigen.
Daarom heeft de kantonrechter het beroep niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is gedaan door mr. S. Slijkhuis, kantonrechter, en is in het openbaar uitgesproken. Betrokkene heeft de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen zes weken na de dag van toezending van de uitspraak.