Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
I. [gedaagde] veroordeelt om per 15 april 2022, althans binnen zeven dagen na dit vonnis, de woning gelegen aan [adres 2] in [plaats B] , te ontruimen en te verlaten, onder afgifte van de sleutels, met al hetgeen van [gedaagde] is en met al de personen die zijdens [gedaagde] in de woning verblijven en deze woning ter vrije beschikking van [eiser] te stellen, op verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per dag dat hieraan niet wordt voldaan, met een maximum van € 500.000,00;
II. [gedaagde] veroordeelt in de proceskosten.