Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 14 april 2021
- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 8 juli 2021
- het proces-verbaal van voortzetting getuigenverhoor en van tegenverhoor van 23 december 2021
- de conclusie na getuigenverhoor, tevens akte overlegging producties
- de antwoordconclusie na getuigenverhoor, tevens akte overlegging producties.
2.De verdere beoordeling
Over de lening aan [gedaagde] kan ik zeggen dat [gedaagde] een winkel wilde kopen. Daarvoor vroeg hij om geld. Dat heb ik hem toen gegeven. Hij heeft mij enkele maanden rente betaald: € 1.500,- en soms € 1.200,-.[…].
Op een gegeven moment zei hij dat hij zijn zaak zou gaan renoveren en daarna wilde hij de zaak verkopen. Hij had geld nodig voor de renovatie. Wij ontmoetten dagelijks [gedaagde] [betrokkene 1] en [betrokkene 2]. Zij kwamen naar mij toe en toen heb ik besloten [gedaagde] weer geld te geven. Daarvoor wilde ik wel een contract maken. Ik heb die dag weer geld gegeven.[…]
De tweede keer dat ik geld heb gegeven was eind 2016. Dat was € 25.000,-. Ik heb hem dat contant gegeven in mijn kantoor. [gedaagde] [betrokkene 1] en [betrokkene 2] waren daarbij. Ik had gevraagd of [gedaagde] getuigen wilde meenemen, want ik wilde alles op papier zetten.[…].
Ik heb niet specifiek gevraagd of [gedaagde] [betrokkene 1] en [betrokkene 2] meekwamen, maar zij kwamen toch elke dag bij mij in de zaak om samen te eten, daarom kwamen zij ook die dag mee. Het was 100% zeker tussen 13.00 en 17.00 uur ’s middags. We gingen dan elke dag een borrel drinken en whiskey openmaken. De zakelijke dingen handelden we voor 17.00 uur af. De tekst van het contract heb ik online opgezocht op mijn kantoor en de namen aangepast. Het contract hebben we met zijn vieren ondertekend.[…].
Ik heb gezien dat alle vier hebben getekend. Ik was daarbij.[…].
U houdt mij het contract uit het dossier voor, productie 1 bij de inleidende dagvaarding. Dat is inderdaad het contract dat we hebben getekend.
Het gesprek bij mij op kantoor over de tweede lening heeft ongeveer 2 tot 3 uur geduurd. Daarna gingen we kletsen, het was dagelijks contact. Nadat de griffier dit heeft gedicteerd voeg ik daar nog aan toe dat het tekenen van het contract ongeveer 5 minuten heeft geduurd en dat we daarna zijn gaan kletsen. In totaal heeft dat ongeveer 2 tot 3 uur geduurd. We hadden deze lening al eerder besproken. Deze dag was geselecteerd om het af te handelen. Ik weet niet wie bij welke besprekingen is geweest. Alleen op de dag van afhandelen weet ik dat die twee erbij waren.”
[gedaagde] heeft geld geleend van [eiser] toen hij een winkel wilde openen aan de [betrokkene 2]. Ik weet niet exact wanneer dat was, ongeveer in 2012 of 2013. [gedaagde] heeft aan mij verteld dat hij dat geld heeft geleend voor zijn winkel. Hij vertelde dat in 2013 of 2014. De exacte datum weet ik niet meer. We waren toen in de tempel naast zijn winkel. [gedaagde] heeft toen tegen mij gezegd ‘ik heb geld geleend van [eiser] en ik ga nog een keer geld vragen’. Hij vertelde mij dat hij al €50.000,- had geleend. Dat geld was voor de overname van de winkel en voor het plaatsen van rolluiken. De tweede lening die hij wilde vragen, was voor de inkoop van kleding. Hij wilde kleding kopen in Parijs.[…]
We hebben alle vier getekend, [eiser], [gedaagde], [betrokkene 2] en ik.[…]
Ik heb met eigen ogen gezien dat [gedaagde] het stuk heeft getekend. Ik heb daarover geen twijfel. [eiser] had ons gevraagd dit stuk mee te ondertekenen.[…]
Het gesprek vond plaats op het kantoor van [eiser]. De bespreking heeft best lang geduurd, ongeveer 3 of 4 uur. Het was in de namiddag en we hebben toen een beetje gedronken op het kantoor.[…]
[gedaagde] heeft mij niet direct benaderd naar aanleiding van dit verhoor, maar wel via een familielid. Hij heeft daar de boodschap achtergelaten dat ik niet naar de rechtbank moest komen.”
2.8. In het tegenverhoor heeft [gedaagde] als partijgetuige onder meer het volgende verklaard:
Ik heb nooit geld geleend aan[de rechtbank leest: van]
[eiser].
In 2013 heb ik mijn winkel gekocht van mevrouw [betrokkene 3] voor € 15.000,-. Ik heb dat geld online gestort vanaf mijn bankrekening bij ABN Amro.[…]
Ik heb die winkel gekocht van mijn eigen geld uit mijn eigen onderneming. Ik heb die onderneming sinds 2007 of 2008. Het is een winkel in vrouwenkleding. Ik heb in 2016 mijn winkel niet verbouwd. Ik heb geen nieuwe vloeren en rekken aangebracht. U laat mij de schuldbekentenis zien, productie 1 bij de inleidende dagvaarding. Het is niet mijn handtekening die daar onder staat.[…]
Ik heb het contract voor het eerst gezien rond september 2020 via mijn advocaat. [eiser] heeft mij het contract nooit laten zien. Ik heb nooit iets betaald aan [eiser], ook geen rente. Ik heb ook nooit gevraagd om een lening. Het klopt niet dat ik dagelijks bij [eiser] in de winkel kwam, zoals [eiser] heeft verklaard. [eiser] kwam naar onze winkel toe. Hij had zelf geen zaak. Hij had alleen een uitkering. Het klopt niet dat hij vanuit zijn stichting geld heeft gestort. Het klopt niet dat mensen geld van hem krijgen. Dat is onzin. Zijn huis is ook in beslag genomen door de Belastingdienst. Dus hoe kan hij geld uitlenen?[…]
Ik kwam wel af en toe bij [eiser], ongeveer één keer per maand. We gingen dan praten, kletsen. We hebben nooit gesproken over geld.[…]
[betrokkene 2] heeft gelogen over de ondertekening van de schuldbekentenis. Als het de waarheid was, dan was hij hier vandaag geweest. Ik heb [betrokkene 2] niet aangesproken op het feit dat hij de schuldbekentenis heeft ondertekend. Ik heb geen contact met hem.
Kortom, het is niet vast komen te staan dat [gedaagde] na ondertekening van de schuldbekentenis een kopie van zijn paspoort aan [eiser] heeft gestuurd, nu [gedaagde] dat gemotiveerd heeft weersproken.
5.013,00(4,5 punten × tarief € 1.114)