In deze zaak heeft Airhelp Limited, gevestigd te Hong Kong, een vordering ingesteld tegen American Airlines, gevestigd te Wilmington, Verenigde Staten, wegens compensatie voor vertraging van een vlucht. De vordering is ingesteld op 27 mei 2019, naar aanleiding van een vertraagde vlucht op 25 juni 2018, waarbij passagiers met meer dan 4 uur vertraging op hun eindbestemming aankwamen. De vervoerder heeft de vordering betwist en aangevoerd dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk een 'ground stop' op de luchthaven van Philadelphia door onweersbuien. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is en dat Airhelp voldoende bewijs heeft geleverd dat de passagiers hun vorderingsrecht aan Airhelp hebben overgedragen. De vervoerder heeft echter betoogd dat Airhelp niet aan haar stelplicht heeft voldaan, maar de kantonrechter oordeelt dat de stelplicht is hersteld door aanvullende informatie van Airhelp. De vervoerder heeft aangetoond dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden en dat hij alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de vertraging te beperken. De kantonrechter heeft de vordering van Airhelp afgewezen en de proceskosten voor rekening van Airhelp gesteld.