Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
- de vader, bijgestaan door mr. J. Brouwer,
- [vertegenwoordiger van de GI] namens de GI.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kinderrechter op 5 april 2022 uitspraak gedaan over de verzoeken tot verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige en de bekrachtiging van een schriftelijke aanwijzing. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de zorgen over de ontwikkeling van de minderjarige, die eerder ernstig waren, in de afgelopen periode zijn afgenomen. De gecertificeerde instelling (GI) had verzocht om verlenging van de ondertoezichtstelling met zes maanden, maar de kinderrechter oordeelde dat de ontwikkelingsbedreigingen zijn verbleekt en dat de zorgen van de vader niet geobjectiveerd konden worden. De vader had zorgen geuit over de thuissituatie bij de moeder, maar deze zorgen werden niet ondersteund door de betrokken hulpverlening. De kinderrechter concludeerde dat de huidige ondertoezichtstelling nog loopt tot 3 juni 2022 en dat de ouders verantwoordelijk zijn voor de zorg voor de minderjarige in het vrijwillig kader. De kinderrechter wees zowel het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling als het verzoek tot bekrachtiging van de schriftelijke aanwijzing af.