Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
- € 500,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf datum van de vlucht tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten en nakosten.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft AirHelp GmbH, een rechtspersoon naar buitenlands recht, een vordering ingesteld tegen Lot Polish Airlines, ook een rechtspersoon naar buitenlands recht, vanwege een vertraging van vlucht LO268 op 2 april 2019. De passagiers, die met de vervoerder een vervoersovereenkomst hadden gesloten, hebben hun vermeende vorderingsrecht overgedragen aan AirHelp. De vordering is gebaseerd op de Verordening (EG) nr. 261/2004, die compensatie regelt voor luchtreizigers bij instapweigering, annulering of langdurige vertraging van vluchten. AirHelp vorderde een compensatie van € 500,00, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten, omdat de passagiers hun aansluitende vlucht naar Katowice International Airport hadden gemist door de vertraging van de vlucht.
De vervoerder, Lot Polish Airlines, betwistte de vordering en deed een beroep op buitengewone omstandigheden, die volgens hen de vertraging hadden veroorzaakt. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de Nederlandse rechter bevoegd is en dat de passagiers met meer dan drie uur vertraging op hun eindbestemming zijn aangekomen. De vervoerder moest aantonen dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden, zoals weersomstandigheden en ATFM-slotrestricties.
Na beoordeling van de overgelegde bewijsstukken, waaronder vluchtrapporten en weersinformatie, concludeerde de kantonrechter dat de vervoerder voldoende had aangetoond dat de vertraging was veroorzaakt door buitengewone omstandigheden. De kantonrechter oordeelde dat de vervoerder alle redelijke maatregelen had genomen om de vertraging te voorkomen, zoals het omboeken van passagiers en het aanbieden van een hotelovernachting. Daarom werd de vordering van AirHelp afgewezen en werd AirHelp veroordeeld tot betaling van de proceskosten.