Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[eiser 1],
[eiser 2],
1.[gedaagde 1],
[gedaagde 2],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 22 december 2021
- de aanvullende producties 5 t/m 8 van de zijde van [eiser 1] c.s.
- de aanvullende producties E.43 t/m E.48 van de zijde van [gedaagde 1] c.s.
- de aanvullende producties E.49 t/m E.51 van de zijde van [gedaagde 1] c.s.
- de plaatsopneming met aansluitend de mondelinge behandeling van 10 maart 2022, waarvan de griffier aantekeningen heeft bijgehouden
- de spreekaantekeningen van mr. Vos namens [gedaagde 1] c.s.
2.De zaak in het kort
3.Feiten
4.Het geschil
in reconventie
Betwist wordt verder dat de dakramen zich op een afstand van minder dan twee meter van de erfgrens bevinden. Vanuit de dakramen is er inkijk in de woning van [gedaagde 1] c.s. ontstaan, doordat [gedaagde 1] c.s. bij een recente verbouwing in het dak van hun woning zelf een dakkapel hebben aangebracht. In tegenstelling tot de dakramen, bevindt deze dakkapel van [gedaagde 1] c.s. zich wél binnen de ‘verboden zone’ en biedt deze dakkapel omgekeerd ook inkijk in de woning van [eiser 1] c.s.
Ten aanzien van de dakkapel van [eiser 1] c.s. beroepen zij zich op verjaring, omdat deze zich in ieder geval al sinds 1964 in de woning bevindt en geen wezenlijke veranderingen heeft ondergaan bij een vernieuwing in 2001. Doordat [gedaagde 1] c.s. een aanbouw achter hun woning hebben geplaatst is er zeer beperkt zicht vanuit de dakkapel via het daklicht in de woning van [gedaagde 1] c.s. [eiser 1] c.s. beroepen zich daarnaast op misbruik van recht, omdat de bevoegdheid alleen wordt uitgeoefend om [eiser 1] c.s. te schaden, zo stellen zij.
5.De beoordeling
in reconventie
Voor zover [gedaagde 1] c.s. betogen dat uit de genoemde foto’s (productie E.48) volgt dat de beplanting onvoldoende wordt gesnoeid en dat dat hinder oplevert, geldt dat dit standpunt door [eiser 1] c.s. gemotiveerd is betwist. Uit de door [eiser 1] c.s. overgelegde facturen van Tuincentrum ‘t Lokkemientje en Allure boomverzorging volgt dat de beplanting in ieder geval vanaf 2020 met regelmaat gesnoeid is.
onrechtmatigehinder door toedoen van [eiser 1] c.s. geen sprake zijn.
Uit het voorgaande blijkt dat inkijk via de daklichten in de aanbouw van [gedaagde 1] c.s. vanuit de dakkapel van [eiser 1] c.s. alleen (gedeeltelijk) mogelijk is als schuin naar beneden wordt gekeken. Dit zijdelings uitzicht valt niet onder de bescherming van artikel 5:50 BW, zodat geen sprake is van schending van dit artikel.
1.126,00(2,0 punten × tarief € 563,00)