Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
- airpods (merk Apple) en/of
- twee, althans een of meer, telefoon(s) en/of
- een horloge en/of
- een rugtas (merk Nike) en/of
- een heuptas (merk Nike) en/of
- een jas en/of
- schoenen, in elk geval enig goed,
dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer] , in elk geval aan die [slachtoffer] en/of een derde toebehoorde(n) door die [slachtoffer]
- achterna te lopen en/of op die [slachtoffer] af te lopen en/of
- tegen die [slachtoffer] te zeggen en/of te schreeuwen dat hij zijn airpods af moest geven en/of
- (vervolgens) die [slachtoffer] met kracht te duwen en/of
- in/tegen/op het gezicht en/of het hoofd, althans het lichaam, te slaan en/of
- tegen die [slachtoffer] te zeggen en/of te roepen dat hij, verdachte, en/of zijn mededader een vuurwapen bij zich had en/of dat [slachtoffer] zijn telefoon(s) en/of horloge en/of jas en/of schoenen en/of rugzak en/of rugtas moest (af)geven en/of
- (vervolgens) die [slachtoffer] te filmen en/of
- tegen het lichaam te slaan en/of te schoppen en/of
- op het lichaam van die [slachtoffer] te springen.
2.Voorvragen
3.Bewijs
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting afgelegd;
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer] , inclusief fotobijlage, van 13 december 2020 (dossierpagina’s 10 t/m 14);
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van verhoor van aangever [slachtoffer] , inclusief fotobijlagen, van 16 december 2020 (dossierpagina’s 15 t/m 26).
- airpods (merk Apple) en
- twee telefoons en
- een horloge en
- een rugtas (merk Nike) en
- een heuptas (merk Nike) en
- een jas en
- schoenen,
- achterna te lopen en op die [slachtoffer] af te lopen en
- tegen die [slachtoffer] te zeggen en te roepen dat hij zijn airpods af moest geven en
- vervolgens die [slachtoffer] met kracht te duwen en
- tegen het gezicht te slaan en
- tegen die [slachtoffer] te zeggen dat hij, verdachte, en/of zijn mededader een vuurwapen bij zich had(den) en dat [slachtoffer] zijn telefoon(s) en horloge en jas en schoenen en (rug)tas moest afgeven en
- die [slachtoffer] te filmen en
- tegen het lichaam te slaan en te schoppen en
- op het lichaam van die [slachtoffer] te springen.
4.Kwalificatie en strafbaarheid van het feit
5.Strafbaarheid van verdachte
6.Motivering van de sancties
Omdat de feiten waarvan verdachte wordt verdacht ernstig zijn en verplichte begeleiding in concrete zin nog geen directe gevolgen voor hem heeft, acht de Raad een taakstraf in de vorm van een werkstaf eveneens geïndiceerd. Daarnaast kan verdachte met het uitvoeren van een werkstraf meer werkervaring opdoen wat zijn vaardigheden met betrekking tot werken kan vergroten.
De Raad adviseert om verdachte eendeels voorwaardelijke taakstraf in de vorm van een werkstraf op te leggen met als algemene voorwaarden dat verdachte;
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage zal aanbieden;
- medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, zoals bedoeld in het artikel 77aa, eerste tot en met het vierde lid, Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken inbegrepen.
En als bijzondere voorwaarden dat verdachte;
- zich zal melden bij de gecertificeerde instelling De William Schrikker Stichting en zich daarna gedurende de proeftijd en op de door De William Schrikker Stichting te bepalen tijdstippen zal blijven melden bij deze instelling, zo frequent en zo lang die instelling dat noodzakelijk acht;
- mee zal werken aan behandeling bij Perspectiev of een gelijkwaardige instelling (evenals [instelling] );
- mee zal werken aan behandeling gericht op zijn middelenverslaving;
- mee zal werken aan plaatsing in een passende woonvoorziening (naar alle waarschijnlijkheid Perspectiev of mogelijk Co-operatief);
- mee zal werken en zich inzet om een passende dagbesteding te vinden.
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
35 uren, in de vorm van een leerstraf, te weten een (TACt Plus), aangeboden door of namens de Raad voor de Kinderbescherming, bij niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 17 dagen jeugddetentie.
160 urentaakstraf in de vorm van een werkstraf, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 80 dagen jeugddetentie, met bevel dat een gedeelte groot
100 uren, bij niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door 50 dagen jeugddetentie,
nietten uitvoer zal worden gelegd en stelt daarbij
een proeftijdvast van
twee jaren.
* zal meewerken aan behandeling gericht op zijn middelenverslaving, zolang de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
* zal meewerken aan plaatsing in een passende woonvoorziening (naar alle waarschijnlijkheid Co-operatief of mogelijk Perspectiev) en zich zal houden aan de daar geldende regels, zolang de jeugdreclassering dit noodzakelijk acht;
* zal meewerken en zich zal inzetten om een passende dagbesteding te vinden en te behouden.