Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- het verzoekschrift met producties 1 t/m 41,
- het verweerschrift met producties G1 t/m G22,
- de brief met producties 43 t/m 50 van [verzoekster] ,
- de brief met producties 51 van [verzoekster] ,
- de brief met producties G23 t/m G28 van [verweersters] ,
- de mondelinge behandeling van 4 februari 2022 en de daarbij overgelegde spreekaantekeningen van mr. Van den Assem en mr. Schellart.
2.Feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Hoeveelheden ophoogzand deelopdracht 1
Beweegredenen transport- en inkoopprijs deelopdracht 2
“Ik begrijp dat het transport jouw business is maar de prijzen moeten wel marktconform blijven”. [verzoekster] heeft niet gesteld dat genoemde prijs geen marktconforme prijs is. Zij heeft ook niet gesteld dat de afspraak ‘resultaat van de combinatie ieder 50% in de combinatie” niet is nagekomen door [verweersters] Evenmin is gesteld en onderbouwd dat er winst is gemaakt door [verweersters] en dat die onterecht niet is gedeeld in de combinatie. Overigens is ook niet verwezen door [verzoekster] naar de artikelen van de overeenkomst die volgens haar niet zouden zijn nagekomen door [verweersters] Dit betekent dat [verzoekster] niet duidelijk heeft gemaakt welke afspraken [verweersters] niet zou zijn nagekomen en ook niet welke informatie zij nog mist ter onderbouwing van een eventuele vordering.
“Wat is de kennelijke bedoeling van deze aanwijzingen?”,
“Liggen er aan het vertrek van [uuu] en/of [vvv 1] en/of [www] betalingsgeschillen ten grondslag?”en
“Zijn er nog andere redenen geweest voor het vertrek van genoemde personen? Zo ja, welke?”.