Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak gaat het om een beroep tegen een administratieve sanctie die is opgelegd aan betrokkene voor het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het rijden. De zaak is behandeld op 11 januari 2022, waarbij de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig was, maar de gemachtigde van betrokkene niet. De officier van justitie handhaafde de beslissing om de boete op te leggen, waarop betrokkene in beroep ging bij de kantonrechter.
De kantonrechter heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig overwogen. Betrokkene betwistte de boete en voerde aan dat hij geen telefoon vasthield tijdens het rijden, maar dat de telefoon naast de versnellingspook lag en diende als navigatieapparaat. De verbalisant had echter verklaard dat hij vanuit een afstand van vier meter had gezien dat het scherm van de telefoon oplichtte en dat betrokkene de telefoon vasthield ter hoogte van zijn rechterknie. De kantonrechter oordeelde dat de verklaring van de verbalisant voldoende bewijs bood voor de gedraging waarvoor de boete was opgelegd.
De kantonrechter verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om vergoeding van proceskosten af. De uitspraak werd gedaan door mr. R.I.V. Scherpenhuijsen Rom, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Betrokkene heeft de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden binnen zes weken na de dag van toezending van de uitspraak.