In deze bewindszaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 16 februari 2022 uitspraak gedaan over een verzoek van een verzoeker, die onder bewind staat, om €6.485,- over te maken voor de kosten van het overkomen van zijn Filipijnse internetvriendin en haar zoontje naar Nederland. De bewindvoerder, Argalo B.V., had eerder afwijzend gereageerd op dit verzoek, omdat er twijfels bestonden over de goede bedoelingen van de vriendin en de onderbouwing van de kosten door verzoeker. Verzoeker had eerder ook al verzoeken gedaan om geld voor tickets naar Marokko voor andere internetrelaties, wat de bewindvoerder als impulsief beschouwde.
Tijdens de mondelinge behandeling op 17 januari 2022 heeft verzoeker zijn verzoek aangepast. Hij wilde nu eerst zelf naar de Filipijnen vliegen om zijn vriendin en haar zoon te ontmoeten, met een totaalbedrag van €6.000,- voor deze reis, inclusief een mogelijke trouwerij. De kantonrechter oordeelde dat verzoeker overhaast te werk ging en dat het onverstandig zou zijn om geld over te maken naar zijn vriendin. Om verzoeker te beschermen tegen een te snelle beslissing, werd hem slechts een bedrag van €1.500,- toegestaan voor de reis naar de Filipijnen, terwijl het overige verzoek werd afgewezen.
De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. M.C. van Rijn, kantonrechter, in aanwezigheid van de griffier. De beslissing benadrukt de zorgvuldigheid die in bewindszaken vereist is, vooral als het gaat om financiële verantwoordelijkheden en persoonlijke relaties.