In deze zaak heeft de kantonrechter zich gebogen over de vraag of er een overeenkomst op afstand tot stand is gekomen tussen DGB Energie B.V. en de gedaagde voor de levering van elektriciteit en gas. De kantonrechter oordeelt dat er inderdaad een schriftelijke overeenkomst is gesloten, maar dat DGB niet heeft voldaan aan haar informatieplicht met betrekking tot het herroepingsrecht van de consument. Dit heeft als gevolg dat de termijn voor het herroepingsrecht is verlengd, waardoor de gedaagde tijdig gebruik heeft gemaakt van dit recht. De kantonrechter concludeert dat de gedaagde geen opzegvergoeding verschuldigd is en ook niet hoeft te betalen voor de geleverde energie, omdat hij niet expliciet om de levering heeft verzocht tijdens de bedenktijd.
Het proces begon met een vordering van DGB tegen de gedaagde, waarbij DGB betaling eiste voor geleverde energie. De gedaagde betwistte het bestaan van de overeenkomst en voerde aan dat DGB niet aan haar informatieverplichtingen had voldaan. De kantonrechter heeft vastgesteld dat DGB onvoldoende bewijs heeft geleverd dat de gedaagde de overeenkomst schriftelijk heeft aanvaard en dat de informatie over het herroepingsrecht niet tijdig is verstrekt. Hierdoor is de gedaagde in zijn recht op ontbinding van de overeenkomst beschermd.
De kantonrechter heeft de vordering van DGB afgewezen en de proceskosten voor rekening van DGB gesteld, omdat deze ongelijk heeft gekregen. De uitspraak benadrukt het belang van de informatieplicht van energieleveranciers bij overeenkomsten op afstand en de bescherming van consumentenrechten.