Op 27 februari 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening van de organisatie Woonoproer Haarlem. De organisatie had een betoging aangemeld voor diezelfde dag, maar de burgemeester van Haarlem had beperkingen opgelegd aan de betoging op basis van de Wet Openbare Manifestaties. De burgemeester vreesde dat er wanordelijkheden zouden ontstaan, vooral door de mogelijkheid van een Black Bloc, een groep demonstranten die zich vaak vermomd en in het zwart kleedt. De voorzieningenrechter heeft de argumenten van de burgemeester gevolgd en geoordeeld dat de vrees voor wanordelijkheden aannemelijk was. De rechter heeft daarbij in overweging genomen dat eerdere demonstraties met een Black Bloc tot ongeregeldheden hebben geleid en dat de betoging door een druk winkelgebied zou lopen. De voorzieningenrechter heeft het belang van de burgemeester bij het handhaven van de openbare orde zwaarder laten wegen dan het belang van de organisatie om de mars te houden. De rechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, maar benadrukt dat de betoging niet volledig is verboden, maar enkel beperkt tot een statische manifestatie in het Burgemeester Reinaldapark. De uitspraak is gedaan in het openbaar en er staat geen hoger beroep of verzet open.