ECLI:NL:RBNHO:2022:1811

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
2 maart 2022
Publicatiedatum
3 maart 2022
Zaaknummer
C/15/320749 / HA ZA 21-527
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot ontbinding van koopovereenkomst en schadevergoeding na aankoop van een Mercedes C63 AMG S

In deze zaak heeft eiser, een ondernemer, een Mercedes C63 AMG S gekocht van Brand Cars B.V. voor € 89.950,00. Eiser stelt dat de auto schade heeft gehad en niet door de APK-keuring is gekomen vanwege een aangepast uitlaatsysteem. Hij vordert dat Brand Cars de auto terugneemt en de aankoopprijs terugbetaalt, vermeerderd met schadevergoeding. De rechtbank heeft de vordering afgewezen, omdat Brand Cars de auto heeft geleverd die voldeed aan de koopovereenkomst. De rechtbank oordeelt dat eiser, die de auto zakelijk heeft aangeschaft, niet kan worden beschouwd als consument in de zin van de wet. De rechtbank concludeert dat Brand Cars niet op de hoogte was van een schadeverleden van de auto en dat eiser op de hoogte was van de aanpassingen aan het uitlaatsysteem. De rechtbank wijst de vorderingen van eiser af en veroordeelt hem in de proceskosten.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
Zittingsplaats Alkmaar
zaaknummer / rolnummer: C/15/320749 / HA ZA 21-527
Vonnis van 2 maart 2022
in de zaak van
[eiser],
wonende te [woonplaats] ,
eiser in de hoofdzaak,
eiser in het incident,
advocaat mr. T. Venneman te 's-Gravenhage,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BRAND CARS B.V.,
gevestigd te Alkmaar,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het inciden,
advocaat mr. K. Meijer te Alkmaar.
Partijen zullen hierna [eiser] en Brand Cars genoemd worden.
De zaak in het kort
[eiser] heeft van Brand Cars een Mercedes C63 AMG S gekocht. Bij de aankoop in maart 2019 beschikte de auto over een speciaal aangepast uitlaatsysteem. Volgens [eiser] heeft de auto schade gehad en is deze als gevolg van de speciale uitlaat APK afgekeurd. Reden waarom Brand Cars volgens [eiser] gehouden is de auto terug te nemen en de aankoopprijs vermeerderd met geleden schade aan [eiser] te retourneren. De rechtbank wijst het gevorderde af omdat Brand Cars een auto heeft geleverd die beantwoordt aan de met [eiser] gesloten koopovereenkomst.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het vonnis van de kantonrechter van 1 september 2021 (zaaknummer 9051985/CV EXPL 21-1089) waarbij de zaak naar de sectie Handel van deze rechtbank is verwezen;
  • de conclusie van antwoord in de hoofdzaak, tevens conclusie van antwoord in het incident
  • het tussenvonnis van 8 december 2021;
  • de op 25 januari 2022 gehouden mondelinge behandeling waar partijen bijgestaan door hun advocaten zijn verschenen. De griffer heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Mr. Meijer heeft daarbij gebruik gemaakt van spreekaantekeningen, die hij ter zitting aan de rechtbank heeft overgelegd en die daarmee onderdeel zijn van de processtukken.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Omstreeks 11 maart 2019 heeft [eiser] van Brand Cars een (tweedehands) Mercedes C 63 AMG S (hierna: de auto) gekocht voor een bedrag van € 89.950,00. [eiser] heeft zijn toenmalige Mercedes GLA 45 AMG ingeruild (hierna: de overeenkomst). Op de daartoe door Brand Cars opgestelde factuur staat onder de gegevens van de ingeruilde auto het navolgende:
“Auto toont geen schade of gebreken”
2.2.
Kenmerk van de auto is niet alleen zijn exclusiviteit, maar in het bijzonder het zeer hoge vermogen waar de auto in originele staat over beschikt (510 PK). De auto was ten tijde van de aankoop niet in originele staat maar uitgerust met een speciaal uitlaatsysteem. Naast softwarematige aanpassingen, zijn in dat kader alle katalysatoren verwijderd. Door partijen wordt het uitlaatsysteem aangeduid als een IPE systeem met een zogenaamde ‘straight pipe’.
2.3.
[eiser] is ondernemer en levert volgens zijn inschrijving in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder de bedrijfsnaam “Private Transportation Company” onder andere privé chauffeursdiensten, VIP vervoer, autovervoer, transportservice en de verhuur van luxe auto’s (hierna: de onderneming).
2.4.
Omstreeks begin augustus 2020 bericht [eiser] aan Brand Cars onder begeleiding van onderstaande foto’s het volgende:
“Goedenavond, hierbij de foto’s van de schade. Jammer dat jullie het mij nooit verteld hebben.”
2.5.
In november 2020 heeft de gemachtigde van [eiser] een tweetal brieven aan Brand Cars gestuurd met als inzet buitengerechtelijke vernietiging van de overeenkomst wegens dwaling bij het aangaan van de overeenkomst en terugbetaling van de koopsom.
2.6.
Brand Cars heeft bij brief van 8 december 2020 gereageerd en -kort gezegd- het beroep op dwaling en vernietiging van de overeenkomst van de hand gewezen.
2.7.
De auto heeft de na de aankoop eerstvolgende APK keuring van 13 januari 2021 niet doorstaan. De auto is afgekeurd wegens de aanpassingen aan het uitlaatsysteem en het ontbreken van een katalysator.

3.Het geschil

In het incident

3.1.
[eiser] vordert als voorlopige voorziening samengevat - dat de rechtbank bij uitvoerbaar voorraad verklaard vonnis:
Primair
Brand Cars veroordeelt tot betaling aan [eiser] steeds op de eerste dag van de maand een bedrag gelijk aan het maandelijks leasebedrag van € 1.980,66 met ingang van 1 maart 2021 voor de duur van het geding op de wijze en op straffe van een dwangsom als nader in de conclusie bepaald;
Brand Cars veroordeelt tot betaling aan [eiser] steeds op de eerste dag van de maand een bedrag van € 1.250,00 per maand voor onderhoud en aanschaf van vervangend vervoer met ingang van 1 maart 2021 voor de duur van het geding op de wijze en op straffe van een dwangsom als nader in de conclusie bepaald;
Primair en subsidiair
Brand Cars veroordeelt tot betaling aan [eiser] van een bedrag van € 25.000,00 als voorschot op de door [eiser] te ontvangen bedrag in het kader van de hoofdzaak op de wijze en op straffe van een dwangsom als nader in de conclusie bepaald;
Brand Cars veroordeelt in de kosten van het geding.
In de hoofdzaak
3.2.
[eiser] vordert samengevat - dat de rechtbank bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis:
primair de koopovereenkomst ontbindt, dan wel subsidiair vernietigt op grond van dwaling en meer subsdiair vernietigt op grond van bedrog;
Brand Cars veroordeelt tot terugbetaling van de koopsom op straffe van een dwangsom als nader in de dagvaarding weergegeven;
Brand Cars veroordeelt tot ongedaanmaking van de tenaamstelling van de auto op straffe van een dwangsom als nader in de dagvaarding weergegeven;
Brand Cars veroordeelt tot betaling van de kosten van het ontvangen en teruggeven van het goed en een (schade)vergoeding van in totaal € 18.308,99;
Brand Cars veroordeelt in de incassokosten van € 2.026,15, wettelijke rente en (na)kosten van het geding.
3.3.
Brand Cars voert verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling in het incident

4.1.
De rechtbank neemt bij de beoordeling van het gevorderde tot uitgangspunt dat
iedere partij tijdens een aanhangig geding kan vorderen dat de rechter voorlopige voorzieningen als bedoeld in artikel 223 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering zal treffen voor de duur van het geding waarbij de vorderingen moeten samenhangen met de hoofdvordering. Dat is hier het geval. In zoverre is [eiser] ontvankelijk in zijn verzoek.
4.2.
Voor toewijzing van het gevorderde moet ook vast komen te staan dat [eiser] bij toewijzing van de gevraagde voorlopige voorziening een voldoende spoedeisend belang heeft. Daarvan is sprake indien van [eiser] niet kan worden gevergd dat hij de afloop van de bodemprocedure afwacht. Dat is hier niet het geval nu in de hoofdzaak vandaag het hierna weergegeven eindvonnis zal worden gewezen. Daarom heeft [eiser] geen belang bij toewijzing van de door hem gevraagde voorlopige voorzieningen en liggen deze allemaal voor afwijzing gereed.
4.3.
[eiser] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van het geding worden veroordeeld. De rechtbank begroot deze op een bedrag van € 563,00 aan salaris advocaat.

5.De beoordeling in de hoofdzaak

5.1.
Samengevat heeft [eiser] aan zijn vorderingen ten grondslag gelegd dat de auto niet beantwoordt aan de overeenkomst omdat -kort gezegd- na aankoop is gebleken dat de auto een schadeverleden heeft en het uitlaatsysteem zodanig is aangepast dat de auto zonder aanpassing geen APK goedkeuring (meer) kan verkrijgen. In plaats van beide gebreken mede te delen, heeft Brand Cars deze proberen te verhullen. Door de mededeling op de factuur
“auto toon geen schade of gebreken”heeft Brand Cars gegarandeerd dat de auto geen schade heeft gehad. De gebreken brengen primair met zich dat de overeenkomst ontbonden moet worden, althans wegens dwaling of bedrog moet worden vernietigd.
In alle gevallen is Brand Cars gehouden de door [eiser] , die als consument handelde, geleden (gevolg)schade te vergoeden. Die bestaat uit de navolgende posten:
Wegenbelasting
€ 1.826,00
Autoverzekering
€ 5.314,10
Administratiekosten beëindiging lease
€ 250,00
Leasetermijnen minus koopsom
€ 1.160,36
Brandstofkosten
€ 7.748,58
Kosten bank
€ 1.980,00
APK
€ 29,95 +
Totaal
€ 18.308,99
Consumentenkoop?
5.2.
Om vast te kunnen stellen welke wettelijke bepalingen op de koopovereenkomst van partijen toepasselijk zijn, moet de rechtbank allereerst de vraag beantwoorden of hier sprake is van een consumentenkoop in de zin van artikel 7:5 Burgerlijk Wetboek (BW), zoals door [eiser] gesteld en door Brand Cars bestreden. De beslissing hierover van de kantonrechter is immers niet meer dan een voorlopig oordeel over het onderwerp van het geschil. De rechtbank beantwoordt deze vraag ontkennend. De rechtbank overweegt als volgt.
5.3.
Van een consumentenkoop is sprake ingeval van de koop van een roerende zaak die wordt gesloten door een verkoper die handelt in de uitoefening van een beroep op bedrijf en een koper, natuurlijk persoon, die niet handelt in de uitoefening van een beroep op bedrijf. [eiser] stelt dat hij niet handelde in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf. Dat is onjuist. Vast staat dat [eiser] de auto zakelijk heeft gefinancierd met een lening op naam van zijn onderneming die dat de onderneming de lasten van de financiering heeft gedragen. Verder staat vast dat de auto is betaald van de zakelijke rekening van de onderneming, dat daarbij een auto is ingeruild die eveneens op naam van de onderneming stond en dat de onderneming ook de op haar naam gestelde garagerekeningen heeft voldaan, net als de wegenbelasting voor de auto. Tenslotte verdient opmerking dat [eiser] de bedrijfsnaam op de auto heeft aangebracht. In dat licht bezien heeft [eiser] zijn stelling dat sprake is van een consumentenkoop onvoldoende onderbouwd. Van een consumentenkoop met bijbehorend wettelijke regime voor [eiser] als koper is daarom geen sprake.
5.4.
Daarmee komt de rechtbank toe aan de inhoudelijke beoordeling van de vorderingen. De diverse grondslagen die [eiser] aan zijn vorderingen ten grondslag legt, komen er allen op neer dat Brand Cars heeft verzwegen dat de auto een schadeverleden had en dat de auto niet door de APK-keuring komt.
Schadeverleden auto
5.5.
Allereerst het vermeende schadeverleden van de auto. Ter onderbouwing van de gestelde schade uit het verleden aan de auto heeft [eiser] -kort gezegd- verwezen naar diverse foto’s en een YouTube video met in de hoofdrol een beschadigde/crashende C63 AMG. Anders dan [eiser] betoogt, bieden het beeld- en filmmateriaal geen enkel aanknopingspunt voor de stelling dat het materiaal betrekking heeft op zijn auto. Zo rijden er meer auto’s als deze in Nederland. Aan de kleur van het interieur van de auto zoals die blijkt uit de overgelegde foto’s blijkt voor de rechtbank niet zonder meer dat het gaat om de onderhavige auto. In zoverre volgt de rechtbank het verweer van Brand Cars.
5.6.
Maar, zelfs als het wel de auto van [eiser] zou betreffen, is niet reeds daarmee gegeven dat Brand Cars tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst of dat de koopovereenkomst anderszins kan worden aangetast.
De factuur vermeldt niets meer en niets minder dan dat deze geen schade of gebreken toont. Uit hetgeen [eiser] heeft aangevoerd blijkt ook niet dat de auto ten tijde van de aankoop schade of gebreken had.
5.7.
Voor zover [eiser] stelt dat Brand Cars het schadeverleden van de auto aan hem had moeten melden, is dat onjuist. Niet gebleken is namelijk dat Brand Cars daarvan op de hoogte was of redelijkerwijs behoorde te zijn. Brand Cars heeft ter onderbouwing van haar standpunt dat zij niets van een schadeverleden van de auto weet, verwezen naar de - door haar in het geding gebrachte en destijds geraadpleegde - uitdraai van de site autoverleden.nl. Daarop staat vermeld dat de auto geen schade heeft gehad. [eiser] heeft niet bestreden dat deze site een betrouwbare en regulier geraadpleegde bron betreft in het kader van de aan- en verkoop van auto’s. Daarom is niet vast komen te staan dat Brand Cars wetenschap had van het schadeverleden van de auto. In hetgeen [eiser] heeft aangevoerd ziet de rechtbank ook geen reden waarom Brand Cars hier nader onderzoek naar had moeten doen.
5.8.
Los hiervan volgt uit het schadebeeld op de foto’s in relatie tot de videobeelden op You Tube waarop de schadegebeurtenis is te zien en de kosten van de reparatie
(€ 14.687,18), eerder dat sprake is geweest van (niet meer dan) lichte (plaatwerk)schade. Waar het betreft de reparatiekosten neemt de rechtbank daarbij in aanmerking dat het hier gaat om een exclusieve auto van een luxemerk en de kosten van onderdelen relatief hoog zijn.
Gesteld noch gebleken is dat de auto ondeugdelijk is gerepareerd, laat staan dat [eiser] aannemelijk heeft gemaakt dat de auto als gevolg van de schade tot op heden niet de (rij)eigenschappen heeft die [eiser] mocht verwachten of daardoor anderszins nadeel heeft geleden. Dat de auto bovenmatig in waarde gedaald zou zijn is door [eiser] niet van enige onderbouwing voorzien. Van een tekortkoming of een gebrek op dit vlak is daarom niet gebleken.
De APK-keuring
5.9.
En dan de uitlaat. Vaststaat dat de auto ten tijde van de aankoop was uitgerust met een IPE-uitlaat met een zogenaamde ‘straight pipe’ waarbij onder meer de katalysatoren zijn verwijderd. Niet in geschil is dat de auto om die reden geen APK goedkeuring meer zal kunnen verkrijgen, tenzij de uitlaat alsnog in overeenstemming met de APK regels wordt aangepast. Anders dan [eiser] stelt, volgt daaruit niet dat de auto ondeugdelijk is en niet (meer) beantwoordt aan de eigenschappen die hij op grond van de overeenkomst mocht verwachten. Zeker niet als Brand Cars deze eigenschappen voorafgaand aan de koop met [eiser] heeft besproken, zoals Brand Cars aanvoert. Daartoe overweegt de rechtbank het volgende.
5.10.
Ter zitting heeft [eiser] -samengevat en zakelijk weergegeven - verklaard dat hij de auto mede om zijn prestaties heeft gekocht, en dat hij de auto ook heeft gebruikt om deel te nemen aan auto-evenementen voor exclusieve/sportieve auto’s. Dat [eiser] op de hoogte was van het ingrijpend aangepaste uitlaatsysteem blijkt wel uit het Instagramaccount van [eiser] . Brand Cars heeft als productie 8 een zestal video’s van het Instagramaccount van [eiser] in het geding gebracht. In de video’s heeft [eiser] onmiskenbaar de aandacht gevestigd op de uitlaat door daarin de sterkte en de klank van het geluid van de auto in beeld te brengen. De auto wordt veelvuldig hoog in de toeren gejaagd, afwisselend in een tunneltje dan wel stilstaand (het zogenaamde “revven”). Onder één van de filmpjes heeft [eiser] het onderstaande citaat geplaatst waarin hij het type van de uitlaat prijsgeeft:
5.11.
Verder verdient opmerking dat [eiser] de auto medio 2019 ter beschikking heeft gesteld aan een youtube-kanaal genaamd ‘Autotop’. Op dit kanaal worden -kort gezegd- exclusieve auto’s door derden getest. Deze auto’s hebben in de regel een bovengemiddeld prestatiepotentieel vaak als gevolg van extra aanpassingen aan de auto door of in opdracht van de betreffende eigenaar. De prestaties van de auto worden gemeten en (gelijktijdig) gefilmd waarbij de presentator de geleverde prestaties (enthousiast) becommentarieert mede aan de hand van een gedetailleerde uitleg welke aanpassingen aan de betreffende auto hebben plaatsgevonden.
5.12.
Zo ook in het geval van de auto van [eiser] , waarin zijn auto in een viertal filmpjes figureert. In het filmpje van 4 november 2019 wordt door de presentator uitvoerig en gedetailleerd stilgestaan op welke wijze de auto is aangepast. In dat verband komt herhaaldelijk het uitlaatsysteem ter sprake, waarbij de presentator onder meer het navolgende zegt:
“It has an IPE exhaust straight, so decat(Rechtbank: zonder katalysator)
. It sounds absolutely menthal.”
(..)
“So. 620 horsepower, that means that it has a ecutuning, decat downpipe and that exhaust, eeuhm, you know, which gives it a lot more open flow and well this car definitely has 620 horsepower (..)”
“This is super loud. IPE exhaust. If you want a super loud exhaust, go for a decat setup with an IPE.”
“So this tune had been done by DT Mobility in The Netherlands”
Vorenstaande citaten, waarvan [eiser] de juistheid niet heeft betwist, zijn naar hun aard zo gedetailleerd dat het ervoor gehouden moet worden dat de presentator niet alleen door [eiser] exact is geïnformeerd over de aanpassingen die aan het uitlaatsysteem hebben plaatsgevonden, maar ook dat [eiser] die informatie moet hebben gekregen van Brand Cars. Dat Autotop en/of [eiser] deze kennis zelf hebben verkregen buiten Brand Cars is niet gebleken. [eiser] heeft daartoe ook niets concreets aangevoerd. Uit hetgeen de rechtbank hiervoor heeft overwogen en de aard van de door hem ingeruilde en gekochte auto, volgt veeleer het beeld dat [eiser] een goed geïnformeerde koper is met een bovengemiddelde interesse in (de specificaties van) snelle auto’s en dat hij buitengewoon tevreden was met de aanpassingen aan de uitlaat. De rechtbank houdt het in de verdere beoordeling er dan ook voor dat [eiser] ten tijde van de aankoop precies wist dat en op welke wijze het uitlaatsysteem van de auto was aangepast en welke gevolgen dat zou hebben voor het verkrijgen van een APK goedkeuring. Als een feit van algemene bekendheid mag verondersteld worden dat het ontbreken van een katalysator gevolgen heeft voor de APK goedkeuring van de auto. Kortom, de auto had en heeft de eigenschappen die [eiser] mocht verwachten. Van een tekortkoming is daarom niet gebleken.
5.13.
Ten overvloede overweegt de rechtbank nog als volgt. Zelfs als de rechtbank tot de slotsom was gekomen dat Brand Cars met betrekking tot de aangepaste uitlaat tekort was geschoten, dan was die tekortkoming te gering om de ontbinding en de daaruit voortvloeiende verstrekkende rechtsgevolgen te kunnen rechtvaardigen. Immers, onbetwist heeft Brand Cars gesteld dat op betrekkelijk eenvoudige wijze en tegen beperkte kosten de uitlaat met het oog op een APK goedkeuring aangepast kan worden. De opmerking van [eiser] ter zitting dat een Mercedes garage hem verteld zou hebben deze aanpassingen niet te kunnen doorvoeren is niet van enige onderbouwing voorzien. De rechtbank gaat aan die stelling voorbij.
5.14.
resumé
Hetgeen de rechtbank hiervoor heeft overwogen leidt tot de slotsom dat alle grondslagen aan het gevorderde zijn komen te ontvallen. De vorderingen worden daarom afgewezen.
5.15.
[eiser] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Brand Cars B.V. worden begroot op:
- griffierecht 667,00
- salaris advocaat
3.540,00(2,0 punt × tarief € 1.770,00)
Totaal € 4.207,00

6.De beslissing

De rechtbank
In het incident
6.1.
wijst het gevorderde af;
6.2.
veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding aan de zijde van Brand Cars begroot op een bedrag van € 563,00;
6.3.
verklaart de veroordeling onder 6.2 uitvoerbaar bij voorraad;
In de hoofdzaak
6.4.
wijst het gevorderde af;
6.5.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, aan de zijde van Brand Cars B.V. tot op heden begroot op € 4.207,00;
6.6.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.H. Gisolf en in het openbaar uitgesproken op 2 maart 2022. [1]

Voetnoten

1.Conc.: AVA