3.1.Het verzoek van de vrouw strekt tot wijziging van het gezag over [de minderjarige] in die zin dat het gezag over [de minderjarige] voortaan alleen aan haar toekomt.
De vrouw heeft aan dit verzoek het volgende ten grondslag gelegd.
De vrouw heeft geen beroep ingesteld tegen voornoemde beschikking van 7 april 2021 omdat zij hoopte dat de man zou gaan meewerken. De vrouw is van mening dat de situatie anders is dan de feiten die partijen konden aandragen voordat de rechtbank de tussenbeschikking van 7 april 2021 wees en er thans nog meer en/of duidelijkere gronden zijn om aan te nemen dat sprake is van contra indicaties die maken dat gezamenlijk gezag niet in het belang van [de minderjarige] is en sprake is van een onaanvaardbaar risico dat [de minderjarige] klem of verloren zou raken tussen de ouders en wel als volgt:
Uit de brief 27 augustus 2021 blijkt dat de omgang uitsluitend door toedoen van de man niet op gang komt. Er kan dan ook niet langer worden verwacht dat, met het vlottrekken van de omgang, de communicatie tussen partijen en het onderling vertrouwen zal verbeteren;
De man weigerde - ondanks herhaald rappel eerst door de vrouw zelf en daarna door haar advocaat - toestemming te verlenen voor een buitenlandse vakantie door in het geheel niet te reageren. Bij de intake bij ZIJN begon de man gelijk al te schreeuwen dat hij nooit toestemming zou geven. De vrouw had daarom al een kort geding dagvaarding laten opstellen, maar zag af van de reis vanwege Covid-19. De man werkt dus helemaal niet mee, laat staan op eerste verzoek;
De man heeft in januari 2021 bij de vrouw aangegeven naar het buitenland te willen verhuizen;
De school stuurt herhaaldelijk berichten / e-mails naar de man, maar school heeft sinds januari 2021 niets meer van de man gehoord;
De man stelt zich geheel afzijdig op. Hij betaalt ook geen alimentatie meer en draagt ook geen zorg meer voor de maandelijkse aflossing op de schuld aan de vrouw, waarvoor de vrouw verwijst naar het echtscheidingsconvenant;
Ook het inschrijven van [de minderjarige] op de huidige school diende met kunst- en vliegwerk te worden gerealiseerd, omdat de man niet meewerkte. Het feit dat het gelukt is, is aan de vindingrijkheid van het team te danken, maar niet aan de medewerking van de man. Het gaat met [de minderjarige] heel goed op de nieuwe school. Zelfs zo goed dat hij terug kan naar een gewone basisschool. Wel is de vrouw geadviseerd een school met kleine klasjes uit te zoeken. Het is een feit van algemene bekendheid dat die niet voor het oprapen liggen. Daarnaast is het helaas een feit van algemene bekendheid dat scholen niet staan te popelen om kinderen van het speciaal basisonderwijs over te nemen. De vrouw moet alsdan dan ook heel snel kunnen schakelen en kan en mag in het belang van [de minderjarige] niet afhankelijk zijn van de man. [de minderjarige] zit nu in groep 5, in een klas met autistische kinderen. Elke dag zijn er in die klas problemen (stoelen gooien, schelden en schoppen), terwijl [de minderjarige] geen gedragsproblemen heeft. [de minderjarige] gaat nu met tegenzin naar school, zodat de vrouw snel moet kunnen handelen indien hij teruggeplaatst kan worden.
Communicatie tussen partijen is onmogelijk. Indien de man met de vrouw contact opneemt, dan begint de man te dreigen.