ECLI:NL:RBNHO:2022:12608

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
11 november 2022
Publicatiedatum
21 juli 2023
Zaaknummer
10122671 EJ VERZ 22-12
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Tussenbeschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor

In deze zaak heeft verzoeker op 10 augustus 2022 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Rotterdam voor het houden van een voorlopig getuigenverhoor. De kantonrechter te Rotterdam heeft zich op 18 augustus 2022 relatief onbevoegd verklaard en de zaak verwezen naar de kantonrechter te Zaanstad. De griffier heeft op 3 oktober 2022 een kopie van het verzoek en de beschikking aan verweerster gestuurd, die tot 18 oktober 2022 de gelegenheid had om bezwaren te uiten. Verweerster heeft op 17 oktober 2022 per e-mail laten weten geen bezwaar te hebben tegen het verzoek van verzoeker.

Beide partijen hebben hun verhinderdata doorgegeven voor de maanden november en december 2022. De kantonrechter heeft in zijn beoordeling verwezen naar de beschikking van de kantonrechter te Rotterdam en vastgesteld dat, volgens artikel 187 lid 4 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, een mondelinge behandeling niet noodzakelijk is omdat verweerster geen bezwaar heeft gemaakt. Het verzoek is gegrond en wordt toegewezen.

De kantonrechter heeft vervolgens beslist dat verweerster als getuige zal worden gehoord over de feiten zoals omschreven in het verzoekschrift op 22 december 2022 om 13.30 uur in het gerechtsgebouw aan de Rembrandtstraat 23 te Zaandam, gemeente Zaanstad. Deze beschikking is gegeven door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, en openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Zaanstad
Zaaknr./repnr.: 10122671 / EJ VERZ 22-12
Uitspraakdatum: 11 november 2022
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:
[verzoeker],
wonende te [woonplaats 1]
verzoekende partij
verder te noemen: [verzoeker]
procederende in persoon
tegen
[verweerster],
wonende te [woonplaats 2]
verwerende partij
verder te noemen: [verweerster]
procederende in persoon.

1.Het procesverloop

1.1.
[verzoeker] heeft op 10 augustus 2022 ter griffie van de rechtbank Rotterdam, kamer voor kantonzaken, een verzoekschrift tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor ingediend.
1.2.
Bij beschikking van 18 augustus 2022 heeft de kantonrechter te Rotterdam zich relatief onbevoegd verklaard om van het verzoek kennis te nemen en de zaak, in de stand waarin deze zich bevond, verwezen naar de kantonrechter te Zaanstad.
1.3.
Bij brief van 3 oktober 2022 heeft de griffier een kopie van het verzoek en van de beschikking van de kantonrechter te Rotterdam aan [verweerster] toegezonden en is [verweerster] in de gelegenheid gesteld haar eventuele bezwaren tegen het verzoek vóór 18 oktober 2022 kenbaar te maken.
1.4.
Op 17 oktober 2022 heeft [verweerster] per e-mail laten weten geen bezwaar te hebben tegen het verzoek van [verzoeker] om haar te horen in het kader van een voorlopig getuigenverhoor.
1.5.
[verzoeker] en [verweerster] hebben (op 19 oktober 2022 respectievelijk op 7 november 2022) opgave gedaan van hun verhinderdata in de maanden november en december 2022 en verzocht daarmee rekening te houden bij de vaststelling van een datum voor het getuigenverhoor.

2.De beoordeling

2.1.
Voor een omschrijving (van de grondslag) van het verzoek van [verzoeker] verwijst de kantonrechter naar de beschikking van de kantonrechter te Rotterdam van 18 augustus 2022, rechtsoverweging 2.1.
2.2.
Ingevolge artikel 187 lid 4 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering wordt op een verzoek als het onderhavige niet eerder beschikt dan nadat een mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden. Omdat [verweerster] heeft verklaard geen bezwaar te hebben tegen een voorlopig getuigenverhoor, kan in dit geval een mondelinge behandeling achterwege blijven.
2.3.
Het verzoek is op de wet gegrond en zal worden toegewezen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
wijst het verzoek toe;
3.2.
bepaalt dat [verweerster] als getuige door de kantonrechter zal worden gehoord over de feiten als in het verzoekschrift omschreven op donderdag 22 december 2022 te 13.30 uur in het gerechtsgebouw aan de Rembrandtstraat 23 te Zaandam, gemeente Zaanstad.
Deze beschikking is gegeven door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter