In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 2 december 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan de betrokkene wegens het overschrijden van de snelheid binnen de bebouwde kom. De betrokkene, vertegenwoordigd door mr. A. Khadri van Verkeersboete.nl, heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De zaak werd behandeld op de zitting van 22 november 2022, waar zowel de gemachtigde van de betrokkene als de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig waren.
De betrokkene was het niet eens met de opgelegde boete, omdat hij stelde dat de verbalisant niet bevoegd was om de snelheidsmeter te bedienen. De gemachtigde voerde aan dat het certificaat van de verbalisant, behaald in 2015, niet meer geldig zou zijn. De kantonrechter oordeelde echter dat er geen bewijs was dat de bevoegdheid van de verbalisant om de snelheidsmeter te bedienen in de loop der jaren was veranderd. De meting vond plaats op 14 februari 2022, en de kantonrechter concludeerde dat de verbalisant op dat moment bevoegd was om de MultaRadar CT te gebruiken.
De geconstateerde snelheid bedroeg 57 kilometer per uur, gecorrigeerd naar 54 kilometer per uur, terwijl ter plaatse een maximum snelheid van 50 kilometer per uur gold. De kantonrechter oordeelde dat de betrokkene 4 kilometer per uur te hard had gereden en dat de boete terecht was opgelegd. Het beroep werd ongegrond verklaard en er werd geen proceskostenvergoeding toegekend. De uitspraak werd gedaan door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken.