ECLI:NL:RBNHO:2022:12383

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
8 december 2022
Publicatiedatum
23 februari 2023
Zaaknummer
10131517 WM
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie wegens snelheidsovertreding

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 8 december 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene wegens een snelheidsovertreding. Betrokkene, vertegenwoordigd door Appjection B.V. met M. Lagas als gemachtigde, heeft beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie die het beroep ongegrond verklaarde. De zitting vond plaats op 2 december 2022, waar zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als de gemachtigde van betrokkene aanwezig waren.

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, betreft het rijden van 13 km per uur harder dan toegestaan op een (auto)weg buiten de bebouwde kom. Betrokkene heeft de gedraging niet betwist, maar voerde aan dat hij zich in een situatie van overmacht bevond omdat de snelheidsmeter van zijn voertuig defect raakte. Hij heeft echter geen bewijs kunnen overleggen van dit defect, zoals een reparatienota van de garage. De kantonrechter oordeelde dat het verweer van betrokkene onvoldoende aannemelijk was en dat er geen reden was om de boete te matigen.

De kantonrechter heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om vergoeding van proceskosten afgewezen. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. B. Voogd, kantonrechter, en de griffier. Betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen 6 weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt. De procedure in hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 10131517 \ WM VERZ 22-883
CJIB-nummer : 247526249
Uitspraakdatum : 8 december 2022
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV) en proces-verbaal van de zitting
in de zaak van
[betrokkene]
gemachtigde : Appjection B.V. (M. Lagas)

Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 2 december 2022. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. De gemachtigde van betrokkene is ook verschenen.
De vertegenwoordiger van officier van justitie heeft op de zitting meegedeeld de beslissing en het standpunt te handhaven en heeft de kantonrechter verzocht om het beroep ongegrond te verklaren.
De kantonrechter heeft na de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: 13 km per uur harder rijden dan mag op een (auto)weg buiten de bebouwde kom.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd.
Betrokkene betwist de gedraging niet, maar doet een beroep op overmacht danwel een verzoek tot matiging van de boete. Betrokkene voert aan dat tijdens de rit de snelheidsmeter van zijn voertuig kapot raakte. Betrokkene is daarna naar de garage gegaan om dit te laten repareren. Betrokkene heeft echter geen bewijs overgelegd van het gebrek aan de snelheidsmeter, zoals bijvoorbeeld een nota van de garage. Gelet hierop acht de kantonrechter het verweer van betrokken onvoldoende aannemelijk en zal hieraan voorbij gaan. Er is dan ook geen reden om de boete te matigen. De boete is dus terecht opgelegd en het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.
De kantonrechter ziet geen aanleiding om proceskosten toe te kennen, omdat het beroep ongegrond wordt verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond;
‒ wijst het verzoek om vergoeding van de proceskosten af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Voogd, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 70,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: