Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 2 december 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De sanctie, in de vorm van een boete, was opgelegd omdat betrokkene voor zijn bromfiets niet de vereiste verzekering had afgesloten en in stand gehouden. Betrokkene heeft tegen de beslissing van de officier van justitie beroep ingesteld, nadat deze het beroep ongegrond had verklaard. Tijdens de zitting op 2 december 2022 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar betrokkene zelf was niet verschenen.
De kantonrechter heeft overwogen dat de gedraging waarvoor de boete was opgelegd, voldoende was komen vast te staan. Het voertuig was op de datum van de overtreding onverzekerd en niet geschorst bij de RDW. Echter, de kantonrechter heeft ook geconstateerd dat betrokkene voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij actie heeft ondernomen om het voertuig alsnog te schorsen bij de RDW en dat het voertuig niet op de openbare weg is geweest. Gelet op deze omstandigheden heeft de kantonrechter besloten de boete te matigen tot € 185,00, zoals ook door de vertegenwoordiger van de officier van justitie was voorgesteld.
De uitspraak van de kantonrechter houdt in dat het beroep gedeeltelijk gegrond is verklaard, de beslissing van de officier van justitie is gewijzigd en het bedrag dat betrokkene als zekerheidstelling heeft betaald, aan hem wordt terugbetaald. Tegen deze uitspraak kan binnen 6 weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt. De procedure in hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.