ECLI:NL:RBNHO:2022:12342
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid van gemachtigde in bestuursrechtelijke procedure inzake verkeerssanctie
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland op 26 augustus 2022, is een beroep ingesteld tegen een administratieve sanctie die aan betrokkene is opgelegd. De vermeend gemachtigde heeft namens betrokkene beroep aangetekend bij de officier van justitie, die dit beroep op 17 januari 2022 ongegrond verklaarde. Vervolgens is er beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 26 augustus 2022 is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen, evenals de vermeend gemachtigde, vertegenwoordigd door [naam 2].
De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, betreft het vasthouden van een mobiel elektronisch apparaat tijdens het rijden. In het dossier is een volmacht aanwezig, ondertekend door [naam 3] op 14 oktober 2021, maar de kantonrechter constateert dat deze volmacht niet voldoet. Er is geen bewijs dat [naam 3] bevoegd is om namens betrokkene volmacht te verlenen. De kantonrechter heeft de behandeling van de zaak aangehouden om de vermeend gemachtigde de gelegenheid te geven om stukken over te leggen die de bevoegdheid van de volmachtgever aantonen.
De kantonrechter heeft de vermeend gemachtigde in de gelegenheid gesteld om binnen twee weken na de verzenddatum van de beslissing een volledige en juiste machtiging over te leggen. Indien dit niet tijdig gebeurt, kan de kantonrechter het beroep niet-ontvankelijk verklaren. Als de stukken wel tijdig worden ontvangen, zal er een nieuwe datum voor de mondelinge behandeling worden gepland. De uitspraak is gedaan door mr. E. Kanninga-Jonker, kantonrechter, en is in het openbaar uitgesproken.