Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 7 december 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan betrokkene wegens het doorrijden bij een rood verkeerslicht. Betrokkene had eerder beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft betrokkene de zaak voorgelegd aan de kantonrechter. Tijdens de zitting was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar betrokkene zelf was niet verschenen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedraging, het doorrijden bij een rood verkeerslicht, voldoende is komen vast te staan op basis van de verklaring van de verbalisant en de beschikbare bewijsstukken. De rechter heeft in overweging genomen dat het verkeerslicht al 3,9 seconden geel/oranje en 1,2 seconden rood licht had uitgestoten op het moment dat het voertuig van betrokkene de stopstreep passeerde. Daarnaast was betrokkene met een snelheid van 20 km/h aan het rijden. De kantonrechter oordeelde dat betrokkene niet op verantwoorde wijze had geanticipeerd op het verkeerslicht en dat de omstandigheden die betrokkene aanvoerde niet voldoende waren om de opgelegde boete te vernietigen of te matigen.
De uitspraak van de kantonrechter was dat het beroep ongegrond werd verklaard, en betrokkene werd geïnformeerd over de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden binnen zes weken na de toezending van de uitspraak. De kantonrechter benadrukte dat hoger beroep alleen mogelijk is als de boete meer dan € 70,00 bedraagt en dat het beroepschrift schriftelijk moet worden ingediend, tenzij om een mondelinge behandeling is verzocht.