ECLI:NL:RBNHO:2022:12209

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
16 december 2022
Publicatiedatum
2 februari 2023
Zaaknummer
10076900
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie wegens snelheidsovertreding

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 16 december 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan de betrokkene wegens een snelheidsovertreding. De betrokkene was 24 km per uur te hard gereden op een weg buiten de bebouwde kom, waar een maximumsnelheid van 80 km per uur gold. De betrokkene heeft tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft de betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.

Tijdens de zitting op 16 december 2022 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar de betrokkene zelf was niet verschenen. De kantonrechter heeft de zaak behandeld en de relevante feiten en omstandigheden in overweging genomen. De verklaring van de verbalisant, die de snelheid had gemeten met een goedgekeurd snelheidsmeetmiddel, werd als voldoende bewijs beschouwd voor de gedraging. De betrokkene voerde aan dat hij achter een vrachtwagen reed die begrensd was en dat er ter plaatse altijd 100 km per uur gereden mocht worden. De kantonrechter oordeelde echter dat de betrokkene niet voldoende bewijs had geleverd om zijn stelling te onderbouwen.

De kantonrechter concludeerde dat de boete terecht was opgelegd en dat er geen aanleiding was om de boete te matigen. Het beroep van de betrokkene werd ongegrond verklaard. De uitspraak werd gedaan door mr. B. Voogd, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 10076900 \ WM VERZ 22-802
CJIB-nummer : 247009056
Uitspraakdatum : 16 december 2022
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 16 december 2022. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: 24 km per uur harder rijden dan mag op een (auto)weg buiten bebouwde kom (verkeersbord A1).
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd.
In WAHV-zaken biedt de verklaring van een verbalisant in beginsel voldoende grondslag voor de vaststelling van de gedraging. Dit is anders indien de betrokkene voor zijn zaak specifieke feiten en omstandigheden aanvoert die aanleiding geven te twijfelen.
De gegevens waarop de ambtenaar zich bij de oplegging van de sanctie heeft gebaseerd, zijn opgenomen in het zaakoverzicht. Dit zaakoverzicht bevat de informatie die in de inleidende beschikking is vermeld en daarnaast onder meer de volgende gegevens:
"(…)De werkelijke snelheid stelde ik vast m.b.v. een voor de meting geteste, goedgekeurde en op de voorgeschreven wijze gebruikte snelheidsmeetmiddel.Gemeten (afgelezen) snelheid : 108 km per uur.Werkelijke (gecorrigeerde) snelheid : 104 km per uur.Toegestane snelheid : 80 km per uur.Overschrijding met : 24 km per uur.Soort snelheidsmeetmiddel: Ultralye 100 LR
Meetafstand: 360,80 m(…)"
Betrokkene is staande gehouden en heeft verklaard:
“Ik ben het er niet mee eens, want ik rij er altijd en je mag er altijd al 100 rijden.”
De snelheidsoverschrijding is vastgesteld door middel van een voor de meting getest, goedgekeurd en op voorgeschreven wijze gebruikt snelheidsmeetmiddel. Het meetmiddel betreft een Ultralyte 100 LR en de meetafstand betrof 360 meter. De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken die zich in het dossier bevinden – met name uit de verklaring van de verbalisant – voldoende blijkt dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, is verricht. Betrokkene ontkent de gedraging en voert aan dat het voertuig achter een vrachtwagen reed die begrensd is. Ter onderbouwing heeft betrokkene een getuigenverklaring overgelegd. De kantonrechter is van oordeel dat dit onvoldoende is. Het ligt op de weg van betrokkene om aan te tonen dat de vrachtwagen waar betrokkene stelt achter te hebben gereden, begrensd is. Bovendien heeft betrokkene bij de staandehouding verklaard dat er ter plaatse altijd 100 gereden mag worden. De boete is dus terecht opgelegd.
De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Voogd, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 70,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: