Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 2 juni 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De boete was opgelegd wegens het handelen in strijd met een gesloten verklaring op een weggedeelte dat bestemd is voor bepaalde categorie voertuigen. Betrokkene, vertegenwoordigd door mr. D. Eijpe, heeft beroep ingesteld nadat de officier van justitie het beroep ongegrond verklaarde. Tijdens de zitting op 24 mei 2022 heeft de vertegenwoordiger van de officier van justitie het standpunt gehandhaafd en verzocht om het beroep ongegrond te verklaren. De kantonrechter heeft de zaak beoordeeld aan de hand van de beschikbare bewijsstukken, waaronder foto's en schouwrapporten. De rechter concludeerde dat de gedraging niet voldoende was onderbouwd, omdat het C-bord niet zichtbaar was op de foto en er geen schouwrapport van augustus 2020 aanwezig was. Hierdoor kon niet worden vastgesteld dat de overtreding had plaatsgevonden. De kantonrechter heeft het beroep gegrond verklaard, de beslissing van de officier van justitie vernietigd en de boete als onterecht opgelegd beschouwd. Tevens is een proceskostenvergoeding van € 1.164,75 toegewezen aan betrokkene.