Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 2 juni 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan de betrokkene wegens het handelen in strijd met een gesloten verklaring op een weggedeelte dat bestemd is voor bepaalde categorie voertuigen. De betrokkene had tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft de betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 24 mei 2022 was de gemachtigde van de betrokkene niet aanwezig, maar de vertegenwoordiger van de officier van justitie was wel aanwezig en handhaafde de beslissing van de officier van justitie. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen foto van de gedraging in het dossier aanwezig was, wat volgens de wet noodzakelijk is voor de beoordeling van de zaak. De kantonrechter oordeelde dat de boete ten onrechte was opgelegd, omdat de officier van justitie niet had voldaan aan de verplichting om alle relevante stukken, waaronder de foto, ter beschikking te stellen. Hierdoor kon de gedraging niet worden vastgesteld. De kantonrechter verklaarde het beroep gegrond en vernietigde de beslissing van de officier van justitie en de beschikking waarbij de boete was opgelegd. Tevens werd bepaald dat het bedrag dat de betrokkene als zekerheidstelling had betaald, aan hem moest worden terugbetaald. De uitspraak benadrukt het belang van een compleet dossier in bestuursrechtelijke procedures en de verplichtingen van de officier van justitie in dit kader.