ECLI:NL:RBNHO:2022:12097

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
24 mei 2022
Publicatiedatum
19 januari 2023
Zaaknummer
9784229 \ WM VERZ 22-344
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ongegrond beroep tegen boete voor parkeren bij blauwe streep met onjuiste tijd op parkeerschijf

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 24 mei 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene voor het parkeren bij een blauwe streep. Betrokkene had een boete ontvangen omdat de parkeerschijf niet het juiste tijdstip van begin parkeren aangaf. Betrokkene heeft beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.

Tijdens de zitting op 24 mei 2022 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar betrokkene zelf was niet verschenen. De kantonrechter heeft de zaak behandeld en de feiten vastgesteld. Betrokkene stelde dat hij om 14:15 uur arriveerde en om 16:15 uur terugkwam, en voegde een foto bij waarop de parkeerschijf zou zijn ingesteld op 14:15 uur. De kantonrechter constateerde echter dat de foto van de verbalisant onduidelijk was door spiegeling, maar dat een ingezoomde versie toonde dat de pijl op de parkeerschijf gericht was op een ander getal dan betrokkene beweerde.

De kantonrechter oordeelde dat er voldoende bewijs was dat de gedraging waarvoor de boete was opgelegd, daadwerkelijk had plaatsgevonden. Betrokkene had onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant. Daarom werd het beroep ongegrond verklaard en de boete als terecht opgelegd beschouwd. De kantonrechter zag ook geen reden om de boete te matigen. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, en de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Zaanstad
Zaaknummer : 9784229 \ WM VERZ 22-344
CJIB-nummer : 241827283
Uitspraakdatum : 24 mei 2022
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]
(hierna te noemen: betrokkene).

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 24 mei 2022. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is niet verschenen. De kantonrechter heeft op de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: parkeren bij blauwe streep terwijl op parkeerschijf niet juiste tijdstip begin parkeren is weergegeven.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd. Betrokkene stelt dat hij om 14:15 uur arriveerde en om 16:15 uur terug kwam. Betrokkene heeft een foto bijgevoegd waarop te zien is dat de parkeerkaart staat ingesteld op aankomsttijd 14.15 uur, waarbij te zien is dat de pijl gericht is op het getal 2, met daaronder in een kleiner lettertype het getal 14.
De kantonrechter stelt vast dat de foto van de verbalisant onduidelijk is door de spiegeling van het licht in de voorruit van de auto van betrokkene. Ter zitting toont de vertegenwoordiger van de officier van justitie een ingezoomde versie van de foto waarop duidelijk te zien is dat de pijl van de ingestelde aankomsttijd in ieder geval staat gericht op een getal met een 1 (dus het getal 13 in het kleinere lettertype) en niet, zoals betrokkene stelt, op de 2 (met het getal 14 in het kleinere lettertype). Tevens is op de foto van de verbalisant te zien dat de parkeerkaart recht op het dashboard ligt, terwijl deze op de foto van betrokkene scheef ligt.
De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken die zich in het dossier bevinden, in combinatie met de verklaring van de verbalisant, voldoende blijkt dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, is verricht. Betrokkene heeft onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd die aanleiding geven om te twijfelen aan de verklaring van de verbalisant. De boete is dus terecht opgelegd.
De kantonrechter ziet in hetgeen betrokkene heeft aangevoerd ook geen reden om de boete te matigen.
Het beroep wordt daarom ongegrond verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. P.J. Jansen, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 70,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: