ECLI:NL:RBNHO:2022:11872

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
28 december 2022
Publicatiedatum
3 januari 2023
Zaaknummer
9629222 \ CV EXPL 22-145
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van abonnementskosten door Ziggo Services B.V. tegen gedaagde wegens niet betaalde kosten van zakelijk internet abonnement

In deze zaak vordert Ziggo Services B.V. betaling van abonnementskosten van een zakelijk internet abonnement dat gedaagde in december 2019 zou hebben afgesloten. Gedaagde betwist het bestaan van de overeenkomst en stelt dat hij nooit een abonnement heeft aangevraagd. Ziggo heeft echter voldoende bewijs geleverd dat de overeenkomst per e-mail is bevestigd en dat gedaagde de modem pas zes maanden na ontvangst heeft teruggestuurd. De kantonrechter oordeelt dat gedaagde, door zijn e-mailadres aan Ziggo op te geven en geen tijdig verzet te maken tegen de overeenkomst, akkoord is gegaan met de voorwaarden. De kantonrechter wijst de vordering van Ziggo toe, waarbij gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van € 534,36, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De proceskosten komen voor rekening van gedaagde, omdat hij ongelijk krijgt.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 9629222 \ CV EXPL 22-145
Uitspraakdatum: 28 december 2022
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Ziggo Services B.V.
gevestigd te Utrecht
eiseres
verder te noemen: Ziggo
gemachtigde: LAVG BV (Groningen)
tegen
[gedaagde] h.o.d.n. [bedrijf]
wonende te [plaats]
gedaagde
verder te noemen: [gedaagde]
procederend in persoon
Samenvatting
Ziggo vordert betaling van de abonnementskosten voor het abonnement dat [gedaagde] volgens Ziggo bij haar heeft afgesloten in december 2019. [gedaagde] betwist dat hij een abonnement had. Ziggo heeft echter voldoende aangetoond dat zij de overeenkomst per e-mail aan [gedaagde] heeft toegestuurd naar het e-mailadres dat hij zelf aan Ziggo heeft opgegeven, terwijl ook vaststaat dat [gedaagde] de van Ziggo ontvangen modem pas zes maanden na ontvangst aan Ziggo heeft teruggestuurd. Het enkele feit dat [gedaagde] de modem nooit heeft gebruikt en dat hij door privé omstandigheden de e-mails van Ziggo niet zou hebben gelezen en er ook niet eerder aan toe is gekomen om de modem terug te sturen, maakt dit niet anders. Dat komt voor rekening en risico van [gedaagde] . [gedaagde] moet daarom voor het abonnement betalen, zodat de vordering van Ziggo wordt toegewezen.

1.Het procesverloop

1.1.
Ziggo heeft bij dagvaarding van 20 december 2021 een vordering tegen [gedaagde] ingesteld. [gedaagde] heeft mondeling geantwoord en daarbij stukken overgelegd.
1.2.
Ziggo heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna [gedaagde] een schriftelijke reactie heeft gegeven.

2.De feiten

2.1.
Ziggo heeft op 6 december 2019 een e-mail aan [gedaagde] gestuurd op het door hem aan Ziggo opgegeven e-mailadres [e-mailadres]. In deze e-mail staat, voor zover hier relevant, het volgende.
“(…)Hartelijke dank voor uw bestelling
(…) Welkom bij Ziggo Zakelijk. Met plezier bevestigen wij uw bestelling op naam van [bedrijf] voor:

Zakelijk Internet Max

Safe Online L
In deze e-mail vindt u de tarieven, technische gegevens en (aanvullende) voorwaarden die horen bij deze bestelling.
(…)
Wat zijn de volgende stappen voor uw vaste aansluiting?
Een aantal dagen voor de door u gekozen leverdatum wordt het benodigde modem via de post bij u afgeleverd.
(…)
Besteloverzicht en details van uw dienst(en)
Pakketten maandelijkse kosten
Zakelijk Internet Max 65,00
Extra diensten maandelijkse kosten
Safe Online L 0,00
(…)
De promotie “Uw Zakelijk Internet abonnement de eerste 2 maanden met 100% korting” geldt tevens als proefperiode. Dit houdt in dat u binnen de eerste 2 maanden van uw Zakelijk Internet abonnement zonder opgave van reden kosteloos kunt opzeggen. (…)
Contracttermijn
Hieronder vindt u een overzicht met de contracttermijn per abonnement.
Zakelijk Internet Max 12 maanden
Safe Online L maandelijks opzegbaar
(…) Als u een modem en/of mediabox nodig heeft, gaat de looptijd in zodra de monteur de dienst werkend oplevert. Als u niet tijdig een installatieafspraak maakt, kan de looptijd ook veertien werkdagen na ontvangst van het modem of de mediabox ingaan.
(…)
Oplevering vaste diensten
Ziggo streeft ernaar om de oplevering van een Ziggo Abonnement binnen 10 werkdagen, exclusief erkende feestdagen, na de dagtekening van de bevestigingsbrief van Ziggo te realiseren.
(…)”
2.2.
Ziggo heeft vervolgens een modem naar [gedaagde] gestuurd. Na een aantal maanden heeft [gedaagde] de modem aan Ziggo teruggestuurd. Bij e-mail van 27 juni 2020 heeft Ziggo de ontvangst van de modem bevestigd.
2.3.
Bij brief van 27 juni 2020 heeft Ziggo aan [gedaagde] medegedeeld dat het abonnement van [gedaagde] per 26 juli 2020 eindigt, omdat [gedaagde] de modem heeft teruggestuurd.
2.4.
[gedaagde] heeft nooit iets aan Ziggo betaald voor dit abonnement.

3.De vordering

3.1.
Ziggo vordert, na vermindering van eis, dat de kantonrechter [gedaagde] veroordeelt tot betaling van € 534,36, vermeerderd met de wettelijke handelsrente over € 419,82 vanaf 17 november 2021, en vermeerderd met de proceskosten.
3.2.
Ziggo legt aan de vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat [gedaagde] een zakelijk internet abonnement bij Ziggo heeft afgesloten, maar dat [gedaagde] nooit voor dat abonnement heeft betaald, zodat [gedaagde] tot aan het einde van het abonnement op 26 juli 2020 nog een bedrag van € 419,82 aan Ziggo moet betalen. Omdat [gedaagde] de openstaande facturen niet tijdig heeft betaald, moet hij ook de wettelijke handelsrente en de buitengerechtelijke incassokosten betalen. De wettelijke handelsrente bedraagt tot 17 november 2021 € 74,54 en de buitengerechtelijke incassokosten bedragen € 40,00.
3.3.
Ziggo stelt zich op het standpunt dat uit de e-mail die [gedaagde] op 6 december 2019 van Ziggo heeft ontvangen, blijkt dat hij een abonnement bij Ziggo heeft afgesloten. Uit die e-mail volgt verder dat [gedaagde] het abonnement tijdens de in de e-mail vermelde proeftijd zonder opgave van reden kon opzeggen. Ziggo heeft echter niets van [gedaagde] gehoord en heeft tijdens de proeftijd ook de door Ziggo aan [gedaagde] toegestuurde modem niet terug ontvangen. Ziggo hoorde voor het eerst iets van [gedaagde] toen hij de modem eind juni 2020 terugstuurde. Daarop heeft Ziggo het abonnement een maand later stopgezet en dit ook aan [gedaagde] medegedeeld. Verder heeft Ziggo nooit iets van [gedaagde] gehoord. Hieruit volgt dat [gedaagde] een abonnement bij / een overeenkomst met Ziggo heeft gehad, zodat [gedaagde] voor dat abonnement moet betalen.

4.Het verweer

4.1.
[gedaagde] betwist de vordering. Hij voert aan – samengevat – dat hij helemaal geen abonnement bij / overeenkomst met Ziggo heeft gehad. Hij heeft ook nooit een overeenkomst ondertekend. Hij heeft Ziggo een aantal maal verteld dat hij geen proefpakket of abonnement van Ziggo wilde, omdat de verbinding in zijn appartement heel slecht was. Hij heeft ook nooit een proefpakket aangevraagd en heeft, toen hij de mediabox toegestuurd kreeg, meteen contact opgenomen dat hij geen overeenkomst wilde. De mediabox heeft hij een aantal maanden nadat hij die had ontvangen, ongeopend aan Ziggo teruggestuurd. Dit heeft even geduurd, omdat hij op dat moment in een echtscheiding zat, zodat andere dingen voor hem prioriteit hadden. Hij heeft ook nooit e-mails van Ziggo gezien. Hij vermoedt dat die in zijn spam terecht zijn gekomen, waardoor hij ze nooit heeft gelezen. Hij heeft steeds aangegeven dat hij geen abonnement wilde en vindt het daarom ook onterecht dat hij voor het abonnement zou moeten betalen.

5.De beoordeling

5.1.
[gedaagde] heeft niet betwist dat het e-mailadres [e-mailadres] zijn e-mailadres is en dat hij dat zelf aan Ziggo heeft gegeven. [gedaagde] heeft ook verder niet betwist dat hij de e-mail van 6 december 2019 heeft ontvangen. Hij heeft slechts aangegeven dat de e-mails van Ziggo mogelijk in zijn spam terecht zijn gekomen en dat zijn prioriteiten in die periode door privé omstandigheden in elk geval ergens anders lagen. Weliswaar is het begrijpelijk dat je met je hoofd heel ergens anders bent tijdens een echtscheiding en je dus niet zo bezig bent met zakelijk dingen, maar dat komt voor je eigen rekening en risico. Hetzelfde geldt voor e-mails die in je spam terecht komen. [gedaagde] heeft zijn e-mailadres zelf aan Ziggo opgegeven, dan moet je ook af en toe in de gaten houden of je e-mails in je spam krijgt van Ziggo. Los daarvan heeft [gedaagde] erkend dat hij de modem/mediabox die bij het abonnement hoorde, heeft ontvangen. Als je dergelijke apparatuur ontvangt, moet je extra alert zijn op e-mails die wellicht in je spam terecht zijn gekomen. Desondanks heeft [gedaagde] tot eind juni 2020 gewacht met het terugsturen van de modem.
5.2.
[gedaagde] heeft wel aangevoerd dat hij meerdere keren contact heeft opgenomen met Ziggo hierover, maar Ziggo heeft dit betwist. Tegenover deze betwisting heeft [gedaagde] alleen een e-mail van 7 juni 2018 overgelegd, waarin hij aangeeft dat hij geen proefpakket of abonnement van Ziggo wil, maar die e-mail dateert van ruim vóór de e-mail van Ziggo van 6 december 2019 en staat dus los van het abonnement waarover deze procedure gaat. Alle andere door [gedaagde] overgelegde e-mails dateren van juni 2020 en later. Daarbij valt overigens op dat [gedaagde] in de e-mail die hij (met de handgeschreven) dateert op 3 juni 2020 nog niet aangeeft dat hij de modem heeft teruggestuurd, terwijl hij dat in zijn e-mail die hij (met de handgeschreven) dateert op 27 juni 2020 dat voor het eerst wel meldt. De stelling van Ziggo dat [gedaagde] de modem pas eind juni 2020 heeft teruggestuurd, lijkt dan ook te kloppen. Overigens heeft [gedaagde] dat ook niet expliciet betwist.
5.3.
[gedaagde] heeft zich nog op het standpunt gesteld dat hij geen gebruik heeft gemaakt van de modem en dat hij de modem daarom ook ongeopend heeft teruggestuurd. Dat enkele feit is echter niet voldoende om te zeggen dat hij geen abonnement had. Uit de brief van 6 december 2019 blijkt ook dat als je geen afspraak maakt met de monteur, de looptijd van het abonnement veertien werkdagen na ontvangst van het modem kan ingaan. Het enkele feit dat hij nooit een handtekening heeft gezet, maakt dit ook niet anders. Een overeenkomst kan namelijk ook zonder handtekening tot stand komen, als maar voldoende blijkt dat partijen het met elkaar eens zijn over de gemaakte afspraken. Door zijn e-mailadres aan Ziggo op te geven, niet op de e-mail van 6 december 2019 te reageren en ook de modem niet direct terug te sturen, mocht Ziggo ervan uitgaan dat [gedaagde] akkoord was met de afspraken in de e-mail van 6 december 2019 en is er dus een overeenkomst tussen Ziggo en [gedaagde] tot stand gekomen.
5.4.
[gedaagde] voert ter vergelijking nog aan dat een autobedrijf je ook niet kan verplichten om de aanschafwaarde van een auto te betalen, als je een proefrit hebt gemaakt. Hierin volgt de kantonrechter [gedaagde] echter niet. Als een autoverkoper met iemand afspreekt dat hij de auto bij die persoon voor de deur zet om een proefrit te maken, dat die persoon de auto gedurende twee maanden gratis mag uitproberen en dat hij, als hij de auto niet in die proefperiode terugbrengt, daarna de aanschafwaarde moet betalen, omdat de autoverkoper er dan van uitgaat dat die persoon de auto wil houden, zal de autoverkoper ook de aanschafwaarde in rekening brengen als de auto na twee maanden nog altijd voor de deur staat bij die persoon. Het maakt dan niet uit of die persoon wel of niet met die auto heeft gereden, omdat hij de auto wel voor de deur had staan en niet heeft teruggebracht. Datzelfde geldt voor het abonnement bij Ziggo.
5.5.
De conclusie is dat [gedaagde] de modem tijdens de gratis proefperiode had moeten terugsturen en het abonnement had moeten opzeggen, maar dat [gedaagde] dat niet heeft gedaan, doordat hij de modem pas eind juni 2020 terugstuurde en pas daarna iets van zich liet horen. Daarmee staat vast dat [gedaagde] tot 26 juli 2020 een abonnement bij / een overeenkomst met Ziggo heeft gehad en de kosten daarvoor verschuldigd is. [gedaagde] heeft de hoogte van de gevorderde abonnementskosten verder niet betwist. Ook de rente en de buitengerechtelijke incassokosten heeft [gedaagde] niet betwist.
5.6.
De conclusie is dat de kantonrechter de vordering van Ziggo zal toewijzen.
5.7.
De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde] , omdat hij ongelijk krijgt.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Ziggo van € 534,36, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 419,82 vanaf 17 november 2021 tot aan de dag van de gehele betaling;
6.2.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Ziggo tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 102,15
griffierecht € 322,00
salaris gemachtigde € 248,00;
6.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
6.4.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.A.M. Jansen en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter