7.4Het voorgaande betekent echter niet dat de grond onder het gehele onderzoek wegvalt. Verweerder heeft ook andere onderzoeksresultaten aan zijn besluit ten grondslag gelegd. Deze onderzoeksresultaten kunnen wel betrokken worden in de beoordeling. Met inachtneming daarvan zal de rechtbank de gedragingen die eiser worden verweten hierna puntsgewijs bespreken.
Is er sprake van plichtsverzuim?
a. onvoldoende professionele distantie (in relatie tot het dienstbelang)
Verweerder heeft de werktelefoon van eiser uitgelezen. Daarop staan diverse door eiser opgenomen telefoongesprekken waarin eiser en de collega elkaar vanaf half augustus 2019 aanspreken als geliefden. Uit WhatsAppberichten op zijn werktelefoon van 9 september 2019 volgt dat eiser de collega ten huwelijk heeft gevraagd. De rechtbank acht niet aannemelijk dat dit alles slechts ironisch bedoeld was. Het had op zijn weg gelegen om de ontstane relatie bij de leiding te melden, zeker nadat hij daar al eerder over was bevraagd.
Waar het gaat om het op voorspraak van eiser in te zetten MD-traject van de collega merkt de rechtbank op dat het verwijt dat eiser dat op eigen houtje heeft gedaan geen steun vindt in de stukken. Eiser heeft gesteld dat het idee juist van de teamchef afkomstig was en die reageerde in zijn mail van 14 augustus 2019 met “goed plan!” Ook blijkt uit het dossier dat de andere teamchef op de hoogte was gesteld en dat de teamchef de collega eerder al had aanbevolen en een jeugdtaak had toebedeeld. Wel had, gelet op de bijzondere band van eiser met de collega, in ieder geval vanaf eind augustus 2019, meer professionele afstand mogen worden verwacht van eiser.
Nu eiser niet de noodzakelijke professionele distantie in acht heeft genomen, is sprake van plichtsverzuim.
b. gezagsondermijnend gedrag
Het voornaamste verwijt dat eiser op dit punt wordt gemaakt is dat hij bewust gevoelige politie -informatie heeft gelekt dan wel heeft laten lekken naar een journalist.
Uit het verrichte onderzoek komt niet naar voren dat eiser eerder dan op 20 september 2019 contact heeft gehad met de journalist, daar waar de collega al contact met hem had vanuit de periode op de Hoefkade . Zij was immers de ‘klokkenluidster’. Eisers verklaring dat hij op genoemde datum alleen maar met de collega is meegegaan en niet deelnam aan het gesprek en niet wist dat zij ook over de teamchef zou vertellen, is niet, althans onvoldoende, weerlegd. Vervolgens blijkt uit de werktelefoon van eiser dat hij meerdere contacten heeft met deze journalist over de gebeurtenissen rond de collega. Deze contacten had hij moeten nalaten, ook al blijkt uit deze contacten niet dat hij zelf informatie heeft verstrekt. Wel blijkt uit de berichten op zijn werktelefoon dat hij uitvoerig met de collega hierover spreekt en haar niet weerhoudt van deze contacten. Bij de vraag of dit eiser verweten kan worden zijn de gebeurtenissen van belang die voorafgaand aan het gesprek van de collega met de journalist hebben plaatsgevonden.
Eiser heeft de collega op 16 september 2019 begeleid naar Den Haag waar zij een gesprek met haar vertrouwenspersoon had. Zij hebben daarbij gebruikgemaakt van een dienstauto. Eiser heeft bij de operationeel leidinggevende gemeld dat zij voor een afspraak naar Den Haag waren. de teamchef heeft getracht met eiser in contact te komen en heeft vervolgens gedreigd eiser en de collega als ‘urgente vermissing’ te melden. Het gedrag van de teamchef wordt, zo blijkt uit hun verklaringen, door de betrokken collega’s als vreemd ervaren. Er was ook geen sprake van direct en onmiddellijk levensgevaar, wat aanleiding zou kunnen zijn voor een dergelijke melding.
Eiser heeft het handelen van de teamchef ervaren als gedrag dat hem en de collega “ernstig schaadt” en heeft in de avond van 16 september 2019 [naam 1] als leidinggevende hierover geappt. Naar aanleiding van het daaropvolgende telefoongesprek, heeft eiser [naam 1] de volgende dag weer geappt. Daarin gebruikt hij woorden als “bedreigende en intimiderende houding”, “noodkreet” en zich “zeer onveilig” voelen door de teamchef. Het daaropvolgende gesprek heeft plaatsgevonden op 18 september 2019. Daarin heeft de collega geen melding gemaakt van de gedragingen van de teamchef, wel heeft de teamchef zich bij het gesprek gevoegd. Volgens eiser heeft de teamchef direct zijn vertrouwen in eiser opgezegd enheeft [naam 1] verklaard zich achter zijn teamchef te scharen. [naam 1] heeft dit weersproken, maar laat vervolgens wel het dienstwapen van eiser innemen. Waarom er op dat moment zorg zou zijn over de mentale toestand van eiser, is niet duidelijk geworden. Wel is aannemelijk te achten dat het vertrouwen van eiser in [naam 1] hierdoor is afgenomen.
Op 20 september 2019 werd eiser pas betrokken in het gesprek met de journalist, nadat de collega emotioneel werd en eiser begreep dat de collega ook verteld had over de gedragingen van de teamchef. Eiser heeft erkend dat hij op verzoek van de journalist contactgegevens van [naam 1] aan hem heeft gegeven. Hij heeft daarover ter zitting verklaard dat hij dat in de emotie van het moment heeft gedaan en dat niet had moeten doen, dat hij in plaats daarvan de journalist had moeten verwijzen naar de afdeling communicatie. Overigens was binnen de politie al bekend dat de collega eerder met de journalist had gesproken over de Hoefkade . [naam 5] verklaart dat zij trots was op haar als ‘klokkenluidster’.
Van eiser in zijn rol als [functie 1] mag worden verwacht dat hij zou hebben getracht de collega ervan te weerhouden met de pers te spreken over interne problemen die nog niet bij de leiding waren gemeld, maar van het bewust (laten) lekken van politie -informatie is, gelet op hetgeen zich feitelijk heeft voorgedaan, geen sprake. Er is dan ook niet komen vast te staan dat eiser zijn ambtsgeheim heeft geschonden. De gedraging van eiser levert daarom geen plichtsverzuim op.
c. overig gezagsondermijnend gedrag
Uit de berichten op zijn werktelefoon komt naar voren dat eiser zich in zijn gesprekken met de collega met enige regelmaat negatief uitlaat over teamleden en over de teamchef. Eiser heeft dat ook niet betwist. Verweerder heeft echter onvoldoende onderbouwd dat hierdoor sprake is van gezagsondermijnend gedrag, nu dit uitsluitend berichtenverkeer tussen eiser en de collega betreft.
d. mis-/gebruik dienstmiddelen
Eiser heeft erkend dat hij de collega zijn wachtwoord heeft gegeven. Eiser heeft dat gedaan zodat zij verder kon werken in een document. Het delen van een wachtwoord is zonder meer aan te merken als plichtsverzuim. De omstandigheid dat eiser erop vertrouwde dat de collega daarvan geen misbruik zou maken, maakt dat niet anders. Daar staat tegenover dat niet gebleken is dat er misbruik is gemaakt.
e. BVCM
Vaststaat dat eiser verlofuren en meeruren van de collega heeft gefiatteerd. Dat behoort, zo is ter zitting van de zijde van verweerder ook bevestigd, tot de taak van een [functie 1] . Of eiser hierdoor in strijd met gemaakte afspraken heeft gehandeld dan wel uren heeft gefiatteerd die de collega
nietzou hebben gewerkt is echter onduidelijk gebleven en ook ter zitting is daarover geen helderheid verkregen. Dat hem zou moeten zijn opgevallen dat zij veel uren maakte, kan niet worden gevolgd. Van de teamchef had de collega een extra taak (Jeugd) gekregen. Voor zover onduidelijkheid bestond over de invulling daarvan of het maximaal aantal te maken uren, had het op de weg van de teamchef gelegen om daar duidelijkheid over te verstrekken aan eiser. Daarbij komt nog dat de uren in oktober 2019 door de andere teamchef zijn gebudgetteerd.
De verweten gedraging is dan ook niet komen vast te staan.
f. onvoldoende transparantie
Gelet op de berichten op zijn werktelefoon met de collega, kan eiser niet volhouden dat er geen sprake was van een meer dan vriendschappelijke relatie met een collega uit zijn team. Eiser heeft eind augustus en begin september 2019, als ook nadien, ten overstaan van collega’s en leidinggevenden steeds ontkend dat sprake was van een liefdesrelatie. Zo heeft hij de ontkenning in de conceptmail van 6 september 2019 van de teamchef niet weersproken, daar waar hij drie dagen later de collega ten huwelijk vraagt zoals volgt uit de berichten. Eiser wordt daarom terecht verweten dat hij op dit punt onvoldoende transparantie heeft betracht. Verweerder kon dit dan ook als plichtsverzuim aanmerken.