Op 1 februari 2022 heeft de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Haarlem, uitspraak gedaan in de zaak van een schuldenares die verzocht om toekenning van een schone lei in het kader van haar schuldsaneringsregeling. De schuldsaneringsregeling was eerder uitgesproken op 11 december 2018. In de procedure is vastgesteld dat de Belastingdienst alle tijdens de verificatievergadering vastgestelde vorderingen aan de boedel heeft voldaan. De bewindvoerder heeft gerapporteerd dat de geverifieerde schulden zijn voldaan en heeft geadviseerd om de schuldenares de schone lei toe te kennen. Tijdens de zitting op 31 januari 2022 zijn zowel de schuldenares als de bewindvoerder verschenen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen openstaande schulden zijn die onvoldaan zijn gebleven. De Belastingdienst heeft aangegeven dat een vordering van KPN van €703,76 niet aan de boedel zal worden voldaan, maar dat de schuldenares deze vordering kan indienen bij het Loket Private Schulden van de Sociale Banken Nederland. De rechtbank concludeert dat de schuldenares in staat is om haar betalingen te hervatten en dat de schuldsaneringsregeling kan worden beëindigd op grond van artikel 350 lid 3 onder b van de Faillissementswet (Fw).
De rechtbank wijst het verzoek van de schuldenares om een schone lei toe te kennen af, omdat er geen slotuitdelingslijst is opgemaakt en er geen onvoldane schulden zijn. De rechtbank benadrukt dat de Faillissementswet de rechter niet de mogelijkheid biedt om de schone lei toe te kennen in deze situatie. De rechtbank beëindigt de schuldsaneringsregeling en wijst het verzoek om de schone lei af. Deze uitspraak is gedaan door mr. J. van der Kluit en openbaar uitgesproken op 1 februari 2022.