3.4Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat
1.
hij op tijdstippen gelegen in de periode van 24 augustus 2020 tot en met 17 oktober 2021, te Amsterdam en Halfweg, gemeente Haarlemmermeer, en Spaarndam, gemeente Haarlemmermeer, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om uit een woning geld en/of goederen, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele
toebehoorde(n) aan een ander of anderen dan aan verdachte, weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, en zich telkens de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen door middel van braak en/of inklimming,
- zich naar de betreffende woning heeft begeven en
- met een boor een of meer gaatje(s) heeft geprobeerd te boren/geboord bij/onder het slot van een deur van de betreffende woning en/of bij/in het kozijn van een raam van de betreffende woning, en deze vervolgens heeft geprobeerd te openen/geopend,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
zo heeft hij conform voornoemde:
- op 17 oktober 2021, uit een woning, gelegen aan de [adres 2] te Spaarndam, gemeente Haarlemmermeer, gepoogd geld en/of goederen weg te nemen, dat/die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan [slachtoffer 2] , en
- op 29 september 2021, uit een woning, gelegen aan de [adres 3] te Halfweg, gemeente Haarlemmermeer, gepoogd geld en/of goederen weg te nemen, dat/die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan [slachtoffer 3] , en
- in de periode van 13 september 2020 tot en met 14 september 2020, uit een woning, gelegen aan de [adres 4] te Spaardam, gemeente Haarlemmermeer, gepoogd geld en/of goederen weg te nemen, dat/die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan [slachtoffer 4] , en
- op 24 augustus 2020, uit een woning, gelegen aan de [adres 5] te Amsterdam, gepoogd geld en/of goederen weg te nemen dat/die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan [slachtoffer 5] ;
2.
(Zaaksdossier 10)
hij op 6 november 2021, te Velsen-Zuid, gemeente Velsen, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, uit een woning, gelegen aan de [adres 7] te Velsen-Zuid, gemeente Velsen, 1565 euro (in een envelop) en een autosleutel en een geldkistje heeft weggenomen, dat/die toebehoorde(n) aan [slachtoffer 7] en/of [slachtoffer 8] ;
2.
hij op 20 oktober 2019, te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, uit een woning geld en goederen, dat/die toebehoorde(n) aan een ander dan aan verdachte, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl hij, verdachte, zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming,
zo heeft hij conform voornoemde:
- op 20 oktober 2019, uit een woning, gelegen aan de [adres 11] te Lijnden, gemeente Haarlemmermeer, 102 euro en drie pakken koek en een Canada Goose jas en een rubberen hamer en een sporttas weggenomen, die toebehoorden aan [slachtoffer 13] ;
2.
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in de periode 12 augustus 2021 tot en met
17 oktober 2021 te Spaarndam, gemeente Haarlemmermeer en Vijfhuizen, gemeente Haarlemmermeer, telkens uit een woning geld en/of goederen dat/die toebehoorde(n) aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl hij, verdachte, zich (telkens) de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en/of dat/die weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak door met een boor een of meer gaatje(s) te boren bij/onder het slot van een deur van de betreffende woning en/of bij/in het kozijn van een raam van de betreffende woning, en (vervolgens), met behulp van een voorwerp en/of de (originele) sleutel die nog in het slot/de sluiting zit, het slot van die deur en/of de raamsluiting van dat raam, te openen,
zo heeft hij conform voornoemde:
- op 17 oktober 2021, uit een woning, gelegen aan de [adres 8] te Spaarndam, gemeente Haarlemmermeer, een spaarpot/spaarvarken met daarin ongeveer 200 euro en een ander(e) spaarpot/spaarvarken (met inhoud) en een Swarovski armband en twee setjes gouden oorbellen en een paar Nike schoenen en een (namaak) Rolex en een (namaak) Cartier en een Seiko weggenomen, die toebehoorden aan [slachtoffer 10] , en
- in de periode van 12 augustus 2021 tot en met 13 augustus 2021, uit een woning, gelegen aan de [adres 9] te Vijfhuizen, gemeente Haarlemmermeer, ongeveer 3437 euro en (ongeveer) 1000 euro muntgeld en een blik met daarin ongeveer 5 tot 10 euro aan muntgeld en bonnen van betalingsbewijzen en een envelop met daarin vier valse briefjes van 50 euro en een handtas (met daarin onder andere een portemonnee met inhoud (ongeveer 75 euro en pasjes) en sleutels) en een knijpportemonnee met inhoud (ongeveer 20 euro) en een plastic zak met daarin lege sealbag zakjes weggenomen, dat/die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan [slachtoffer 11] ;
3.
(Zaaksdossier 03)
hij op 22 februari 2016 te Spaarndam, gemeente Haarlemmermeer, een geldbedrag van vijfenvijftig euro, dat toebehoorde aan [slachtoffer 14] en [slachtoffer 15] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming, welke diefstal werd vergezeld en/of gevolgd van bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 14] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- een mes te tonen aan die [slachtoffer 14] , en
- met dat mes stekende bewegingen te maken in de richting van het bovenlichaam van die [slachtoffer 14] , en
- daarbij in gebrekkig Nederlands tegen die [slachtoffer 14] te zeggen: “Niet doen... niet doen... steek... steek”.
Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde feit overweegt de rechtbank dat als pleegmaand is ten laste gelegd ‘februari’ in plaats van ‘maart’. Hier heeft de raadsman terecht op gewezen tijdens zijn pleidooi. Nu uit de onderliggende stukken in het dossier duidelijk blijkt welk verwijt de verdachte wordt gemaakt, gaat de rechtbank uit van een kennelijke verschrijving van de opsteller van de tenlastelegging. Deze en ook andere in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd. Blijkens het verhandelde op de terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
Wat aan de verdachte onder 1, 2 en 3 meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.