In deze zaak heeft de kinderrechter op 17 november 2022 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, hierna te noemen [de minderjarige]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [de minderjarige] ernstig in zijn ontwikkeling wordt bedreigd, onder andere door een belaste voorgeschiedenis met vermoedens van mishandeling en seksueel misbruik. De ouders hebben het gezag over [de minderjarige], maar de kinderrechter heeft geadviseerd om de kinderen niet terug te plaatsen bij de ouders, gezien de huidige situatie en de ontwikkelingsbedreigingen. De GI heeft verzocht om de ondertoezichtstelling van [de minderjarige] te verlengen voor twaalf maanden en om een machtiging voor gesloten jeugdhulp voor drie maanden. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling verlengd tot 10 december 2023 en een machtiging gesloten jeugdhulp verleend tot 31 december 2022. De kinderrechter heeft benadrukt dat het van groot belang is dat de GI voortvarend aan de slag gaat met het vinden van een geschikte vervolgplek voor [de minderjarige], waarbij ook de mogelijkheid van plaatsing bij de oma (vz) moet worden overwogen. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de schriftelijke uitwerking op 30 november 2022.