ECLI:NL:RBNHO:2022:10515

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
29 november 2022
Publicatiedatum
29 november 2022
Zaaknummer
15.347390.21
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Deels voorwaardelijke gevangenisstraf voor verleiding van een minderjarige en voor bezit kinderporno

Op 29 november 2022 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan verleiding van een minderjarige en het bezit van kinderporno. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, in de periode van 10 november 2020 tot en met 10 november 2021, door middel van giften en misbruik van zijn overwicht, een minderjarige heeft bewogen tot ontuchtige handelingen. De verdachte had via social media contact met het slachtoffer, dat op dat moment elf jaar oud was, en heeft haar gevraagd naaktfoto's en video's van zichzelf te maken in ruil voor cadeaus zoals geld en sigaretten. De rechtbank oordeelde dat de verdachte door deze handelingen de seksuele integriteit van het slachtoffer ernstig heeft geschonden.

Daarnaast heeft de verdachte in de periode van 10 november 2020 tot en met 29 december 2021 een grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen in bezit gehad, wat de rechtbank als een gewoonte heeft gekwalificeerd. De verdachte heeft erkend dat hij deze afbeeldingen heeft gedownload en in bezit heeft gehad, en de rechtbank heeft geoordeeld dat dit gedrag niet alleen strafbaar is, maar ook ernstige gevolgen heeft voor de betrokken kinderen.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 656 dagen, waarvan 360 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaar. De rechtbank heeft bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een meldplicht bij de reclassering, opname in een zorginstelling voor behandeling, en het vermijden van contact met minderjarigen. De rechtbank heeft ook bepaald dat de verdachte zich moet houden aan de aanwijzingen van de reclassering en dat hij moet meewerken aan de behandeling van zijn problematiek. De rechtbank heeft de gegevensdragers waarop de kinderporno was aangetroffen, onttrokken aan het verkeer.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Team Straf, zittingsplaats Alkmaar
Meervoudige strafkamer
Parketnummer: 15.347390.21 (P)
Uitspraakdatum: 29 november 2022
Tegenspraak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 15 november 2022 in de zaak tegen:
[de verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
ingeschreven in de basisregistratie personen op het postadres [adres].
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. D.C. Smits, en van wat de verdachte en zijn raadsvrouw, mr. P. Metgod, advocaat te Amsterdam, naar voren hebben gebracht.

1.Tenlastelegging

Aan de verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging als bedoeld in artikel 314a van het Wetboek van Strafvordering op de zitting van 24 oktober 2022, ten laste gelegd dat hij:
feit 1
op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 10 november 2020 tot en met 10 november 2021 te Alkmaar en/of Hilversum, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, telkens door giften en/of beloften van geld en/of goed, misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht en/of misleiding, te weten door het geven/betalen van/met (elektrische) sigaretten en/of een telefoon (type iPhone) en/of modeaccessoires en/of (sexy) kleding en/of seksspeeltje(s) en/of geld, [het slachtoffer] , geboren op [xx], die de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige handelingen te plegen, te weten het maken en/of versturen (via social media) van foto's en/of filmpjes van de (gedeeltelijk of geheel) ontblote borsten en/of billen en/of geslachtsdelen;
feit 2
op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode 10 november 2020 tot en met 29 december 2021 te Hilversum, althans in Nederland, meermalen, althans eenmaal, telkens afbeeldingen, te weten foto's en/of films en/of gegevensdragers bevattende afbeeldingen
(te weten
een laptop van het merk/type HP Elitebook en/of
een harde schijf van het merk/type Western Digital en/of
een harde schijf van het merk/type Toshiba en/of
een PC van het merk/type Lian Li en/of
een PC van het merk/type Chief en/of
een PC van het merk/type Antec en/of
een harde schijf van het merk/type Maxtor en/of
een externe SSD van het merk Samsung en/of
een simkaart en/of
een Desktop van het merk/type Aopen en/of
afbeeldingen opgeslagen in de digitale opslagruimte van OneDrive)
van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken,
heeft vervaardigd en/of verworven en/of in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
- het met een vinger en/of voorwerp oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met een vinger en/of voorwerp oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(foto 19 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 10 van de toonmap KP en/of
foto 20 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 11 van de toonmap KP) en/of
- het met vingers en/of handen en/of tong en/of mond betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met vingers en/of handen en/of tong en/of mond betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(foto 21 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 11 van de toonmap KP) en/of
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, te weten onder meer [het slachtoffer] , geboren op [xx] en/of andere onbekend gebleven personen die de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of met een voorwerp, en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/ filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/films nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in beeld gebracht worden, (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(foto 1 met bestandsnaam [..], opgenomen op pagina 1 van de toonmap KP,
foto 2 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 2 van de toonmap KP,
foto 3 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 2 van de toonmap KP,
foto 4 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 3 van de toonmap KP,
foto 5 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 3 van de toonmap KP,
foto 6 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 4 van de toonmap KP,
foto 7 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 4 van de toonmap KP,
foto 8 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 5 van de toonmap KP,
foto 9 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 5 van de toonmap KP,
foto 10 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 6 van de toonmap KP,
foto 11 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 6 van de toonmap KP,
foto 12 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 7 van de toonmap KP,
foto 13 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 7 van de toonmap KP,
foto 14 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 8 van de toonmap KP,
foto 15 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 8 van de toonmap KP,
foto 16 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 9 van de toonmap KP,
foto 17 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 9 van de toonmap KP,
foto 18 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 10 van de toonmap KP,
foto 22 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 12 van de toonmap KP,
foto 23 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 12 van de toonmap KP,
foto 24 met bestandsnaam [..] opgenomen op pagina 12 van de toonmap KP,
foto 1 met bestandnaam [..] opgenomen op, pagina 1 van de toonmap [slachtoffer],
foto 4 met bestandsnaam eindigend op [..] opgenomen op pagina 3 van de toonmap [slachtoffer],
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.

2.Voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

3.Beoordeling van het bewijs

3.1
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van feiten 1 en 2.
3.2
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft vrijspraak bepleit van feit 1, omdat geen sprake is van ontuchtige handelingen in de zin van artikel 248a Wetboek van Strafrecht (Sr), nu de daartoe vereiste relevante interactie met een seksuele strekking tussen de verdachte en het slachtoffer ontbreekt.
De raadsvrouw heeft zich, gezien de bekennende verklaring van de verdachte ten aanzien van feit 2, gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
3.3
Oordeel van de rechtbank
3.3.1
Beoordeling van de feiten
De rechtbank komt, op grond van de hierna te noemen bewijsmiddelen, tot bewezenverklaring van de aan de verdachte ten laste gelegde feiten, namelijk dat hij zich heeft schuldig gemaakt aan (kort gezegd) verleiding van een minderjarige (feit 1) en het downloaden en in bezit hebben van een zodanig grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen, dat hij daarvan een gewoonte heeft gemaakt (feit 2).
De rechtbank verwerpt het verweer van de raadsvrouw dat ten aanzien van feit 1 geen sprake is van ontuchtige handelingen. De rechtbank overweegt hierover het volgende.
De verdachte wordt onder feit 1 verweten dat hij met behulp van verleidingsmiddelen het slachtoffer, dat elf jaar was toen de verdachte en zij elkaar in november 2020 via social media leerden kennen, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige handelingen te plegen. Bij de beoordeling van dit verwijt is van belang dat het bij de strafbaarstelling van verleiding als bedoeld in artikel 248a Sr blijkens de wetsgeschiedenis gaat om een ruimere strafbaarstelling dan bij het plegen van ontucht als bedoeld in artikel 247 Sr. Voor bewezenverklaring van verleiding is niet dezelfde interactie tussen dader en slachtoffer vereist zoals bij het plegen van ontucht als bedoeld in artikel 247 Sr. In het geval van verleiding hoeft ‘slechts’ sprake te zijn van een causaal verband tussen de ontuchtige handelingen enerzijds en de middelen die de dader daartoe ter verleiding heeft ingezet anderzijds.
Uit de bewijsmiddelen, waaronder de verklaring van de verdachte, blijkt dat hij gedurende een jaar foto's en filmpjes van het slachtoffer heeft ontvangen, waarop zij haar (gedeeltelijk) ontblote borsten, billen en vagina liet zien. De verdachte gaf het slachtoffer in ruil voor deze naaktfoto’s en naaktfilmpjes giften, zoals geld, (elektrische) sigaretten, kleding en een telefoon. De rechtbank is van oordeel dat de verdachte door deze giften en door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht, namelijk het aanzienlijke leeftijdsverschil van dertig jaar tussen de verdachte en het slachtoffer, het slachtoffer heeft bewogen naaktfoto’s en naaktfilmpjes van zichzelf te maken en deze vervolgens naar de verdachte te versturen. Deze gedragingen van het slachtoffer kunnen worden gekwalificeerd als ontuchtige handelingen met zichzelf. Het gaat namelijk onmiskenbaar om handelingen van het slachtoffer die seksueel van aard zijn en in strijd zijn met de sociaal-ethische norm. Dit leidt ertoe dat de rechtbank feit 1 wettig en overtuigend bewezen acht.
3.3.2
Opgave van de bewijsmiddelen
Omdat ten aanzien van feit 2 sprake is van een bekennende verdachte, als bedoeld in artikel 359, derde lid, laatste volzin, Wetboek van Strafvordering, en de verdachte ten aanzien van zowel feit 1 als feit 2 de inhoud van de hierna te noemen bewijsmiddelen niet heeft betwist, volstaat de rechtbank met een opgave van de bewijsmiddelen op grond waarvan zij tot bewezenverklaring is gekomen, namelijk:
[..]
Deze processen-verbaal zijn in de wettelijke vorm opgemaakt door personen die daartoe bevoegd zijn en voldoen ook overigens aan de daaraan bij wet gestelde eisen.
3.4.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte feiten 1 en 2 heeft begaan, met dien verstande dat hij:
feit 1
in de periode 10 november 2020 tot en met 10 november 2021 in Nederland meermalen door giften en misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht, te weten door het geven van (elektrische) sigaretten en een telefoon (type iPhone) en modeaccessoires en sexy kleding en een seksspeeltje en geld, [het slachtoffer] , geboren op [xx], die de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige handelingen te plegen, te weten het maken en versturen (via social media) van foto's en filmpjes van de (gedeeltelijk of geheel) ontblote borsten en/of billen en/of geslachtsdelen;
feit 2
in de periode 10 november 2020 tot en met 29 december 2021 in Hilversum gegevensdragers (te weten een laptop (merk/type HP Elitebook) en drie harde schijven (merk/type Western Digital en Toshiba en Maxtor) en drie PC’s (merk/type Lian Li en Chief en Antec) en een externe SSD (merk Samsung) en een simkaart en een desktop (merk/type Aopen) en digitale opslagruimte van OneDrive) bevattende afbeeldingen van seksuele gedragingen, waarbij iemand is betrokken die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, heeft verworven en/of in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
- het met een voorwerp vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt door die persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (foto 20 van de toonmap KP) en
- het geheel of gedeeltelijk naakt poseren door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (te weten [het slachtoffer] , geboren op [xx]) en door andere onbekend gebleven personen die de leeftijd van 18 jaar nog niet hadden bereikt, waarbij telkens deze persoon gekleed en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving, met een voorwerp en/of in een erotisch getinte houding op een wijze die niet bij haar leeftijd past en/of deze persoon zich in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar kleding ontdoet en/of door het camerastandpunt, de onnatuurlijke pose, de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's nadrukkelijk het ontblote geslachtsdeel, de borsten en/of billen van die persoon in beeld gebracht worden, waarbij de afbeelding aldus telkens een onmiskenbaar seksuele strekking heeft (foto 1 van de toonmap KP, foto 2 van de toonmap KP, foto 3 van de toonmap KP, foto 4 van de toonmap KP, foto 5 van de toonmap KP, foto 6 van de toonmap KP, foto 7 van de toonmap KP, foto 8 van de toonmap KP, foto 9 van de toonmap KP, foto 10 van de toonmap KP, foto 11 van de toonmap KP, foto 12 van de toonmap KP, foto 13 van de toonmap KP, foto 14 van de toonmap KP, foto 15 van de toonmap KP, foto 16 van de toonmap KP, foto 17 van de toonmap KP, foto 18 van de toonmap KP, foto 22 van de toonmap KP, foto 23 van de toonmap KP, foto 24 van de toonmap KP, foto 1 van de toonmap [slachtoffer] en foto 4 van de toonmap [slachtoffer]),
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde op de zitting is de verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
Wat aan de verdachte onder deze feiten meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. Hij zal hiervan worden vrijgesproken.

4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten

Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1
door giften en misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht een persoon waarvan hij weet dat deze de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt, opzettelijk bewegen ontuchtige handelingen te plegen, meermalen gepleegd;
feit 2
een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken, verwerven en/of in bezit hebben en/of zich door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is derhalve strafbaar.

5.Strafbaarheid van de verdachte

Bij de beantwoording van de vraag of en in welke mate de gepleegde feiten aan de verdachte kunnen worden toegerekend, heeft de rechtbank kennisgenomen van het pro Justitia rapport van 12 juli 2022 van psycholoog [deskundige]. De conclusie van de deskundige luidt, samengevat, dat de verdachte lijdt aan een ziekelijke stoornis van de geestvermogens in de vorm van een autismespectrumstoornis, een persisterende depressieve stoornis, een pedofiele stoornis en een beperkte neurocognitieve stoornis (na een herseninfarct). Deze meervoudige problematiek was ten tijde van de gepleegde feiten al bij de verdachte aanwezig. Door de impact van de traumatisch gekleurde combinatie van de autismespectrumstoornis, depressieve stoornis en pedofiele stoornis wordt de verdachte substantieel gestuurd in zijn gedrag. De intensiteit van zijn verlangens overschaduwen zijn morele remmingen en vagen het leeftijdsverschil weg, in het bijzonder hier ten aanzien van het minderjarige slachtoffer [het slachtoffer] . De verdachte heeft zich laten leiden door zijn seksuele behoeften, zonder zich daarbij voldoende rekenschap te geven van de negatieve consequenties daarvan voor anderen. Zijn seksueel grensoverschrijdende gedrag kan worden gezien als een poging meervoudige traumatisering te repareren. De deskundige adviseert daarom de gepleegde feiten in verminderde mate aan de verdachte toe te rekenen.
De rechtbank neemt de conclusies van de deskundige over. Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte geheel uitsluit. De rechtbank acht de verdachte dus strafbaar, maar wel verminderd toerekeningsvatbaar.

6.Motivering van de sanctie

6.1
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de verdachte, gelet op de ernst van de feiten, alsmede de (seksuele) problematiek van de verdachte, te veroordelen tot een (gedeeltelijk voorwaardelijke) gevangenisstraf, namelijk een onvoorwaardelijk strafdeel gelijk aan de duur van het voorarrest tot aan de schorsing van de voorlopige hechtenis op 16 november 2022 en tevens een voorwaardelijk strafdeel van twaalf maanden, met drie jaren proeftijd, onder de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden. De officier van justitie heeft verder gevorderd deze voorwaarden en het reclasseringstoezicht, vanwege het hoge herhalingsgevaar, dadelijk uitvoerbaar te verklaren.
6.2
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht acht te slaan op de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, in het bijzonder zijn seksuele problematiek en, gelet hierop, alsmede gelet op de straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd, aan de verdachte een (gedeeltelijk voorwaardelijke) gevangenisstraf op te leggen, waarbij het onvoorwaardelijke deel gelijk is aan de duur van de in voorarrest doorgebrachte tijd, onder de geadviseerde bijzondere voorwaarden.
6.3
Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de sanctie die aan de verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon van de verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek op de zitting is gebleken. In het bijzonder heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
Ernst van de feiten
De verdachte heeft zich gedurende een jaar schuldig gemaakt aan verleiding van een jong, uiterst kwetsbaar slachtoffer. De verdachte kwam in november 2020 via social media in contact met het destijds elfjarige slachtoffer. In de gesprekken die zij samen via social media voerden, werd het de verdachte duidelijk dat het slachtoffer een heel jong en om diverse redenen een kwetsbaar meisje was. Toch heeft de verdachte het slachtoffer gevraagd naaktfoto's en naaktfilmpjes van haar (gedeeltelijk) ontblote borsten, billen en vagina te maken en deze naar hem te versturen. In de ruil daarvoor gaf de verdachte het slachtoffer cadeautjes. De rechtbank is van oordeel dat de verdachte zich had moeten realiseren dat sprake was van een zeer ongelijkwaardige en voor het slachtoffer (psychisch) schadelijke relatie. De stelling van de verdachte dat het slachtoffer degene was die om de giften had gevraagd is geenszins van belang, gelet haar zeer jonge leeftijd en kwetsbaarheid. Minderjarigen bevinden zich in een gevoelige ontwikkelingsfase van hun leven. Zij moeten gelet op hun jeugdige leeftijd in het algemeen geacht worden niet of in onvoldoende mate in staat te zijn zelf hun seksuele integriteit te bewaken en de draagwijdte van hun gedrag in dit opzicht te overzien. Zij genieten daarom op seksueel gebied bescherming tegen oudere, verder ontwikkelde volwassenen, zoals de verdachte. De verdachte is hierin ernstig tekortgeschoten en heeft zijn lustgevoelens laten prevaleren boven de belangen van het minderjarige slachtoffer. De rechtbank rekent dit de verdachte aan.
De verdachte heeft zich daarnaast schuldig gemaakt aan het downloaden en in bezit hebben van een zodanig grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen, van ruim 1,3 miljoen foto’s en video’s, dat hij daarvan een gewoonte heeft gemaakt. In het merendeel van de afbeeldingen gaat het om foto’s van poserende, ook zeer jonge, kinderen, waaronder het eerdergenoemde minderjarige slachtoffer. Op ongeveer vijf procent van de afbeeldingen zijn verder ontuchtige- en seksuele gedragingen te zien. De verdachte heeft de norm dat seksueel misbruik van jeugdigen moet worden tegengegaan, in ernstige mate geschonden. Door het downloaden van kinderporno is het de verdachte mede toe te rekenen dat uiterst verwerpelijke praktijken, die plaatsvinden met kinderen van veelal (zeer) jonge leeftijd, in stand worden gehouden en bevorderd. Het mag als algemeen bekend worden verondersteld dat kinderen door betrokkenheid bij de op de foto’s en in de video’s voorkomende seksuele gedragingen psychische schade oplopen die ook vele jaren later nog diepe sporen kunnen nalaten.
Oplegging van straf
Gelet op de aard en ernst van de gepleegde feiten, de straffen die rechtbanken en gerechtshoven in vergelijkbare zaken opleggen en het bepaalde in de LOVS-oriëntatiepunten, acht de rechtbank alleen oplegging van een gevangenisstraf gerechtvaardigd. Bij het bepalen van de duur en modaliteit van die op te leggen straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar moet worden beschouwd en heeft de rechtbank tevens acht geslagen op de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waarover hij op de zitting van 15 november 2022 heeft verklaard en zoals die uit de stukken blijken.
Persoon van de verdachte
Uit het uittreksel van 14 juli 2022 van het strafblad van de verdachte blijkt dat hij in het verleden ook al voor een zedenfeit met politie en justitie in aanraking is gekomen en is veroordeeld. Omdat dat echter gaat om een heel andersoortig zedenfeit en die overtreding geen betrekking had op de betrokkenheid van minderjarigen, ziet de rechtbank hierin geen reden voor strafverzwaring.
In voornoemd pro Justitia rapport van 12 juli 2022 staat beschreven dat de problematiek van de verdachte structureel van aard is en tot op heden niet is behandeld. De verdachte heeft, gegeven de sociale en emotionele defecten die passen bij een autismespectrumstoornis en zijn pedofilie, weinig oog voor het (moreel) grensoverschrijdende karakter van zijn gedrag en de bijbehorende emotionele schade. Het herhalingsgevaar op langere termijn wordt, als de verdachte zonder begeleiding en behandeling in de maatschappij terugkeert, matig tot hoog ingeschat. Om dat herhalingsgevaar te beperken, acht de deskundige behandeling door middel van individuele psychotherapie en eventueel medicatie nodig. De deskundige adviseert om deze behandeling, blijkens zijn aanvullende rapport van 15 augustus 2022, in klinische setting te laten plaatsvinden. Daarbij is van belang dat de klinische fase van de behandeling niet langer duurt dan nodig is (namelijk tot maximaal een jaar) en gebruikt wordt om een (langdurig) ambulant behandel- en nazorgtraject voor te bereiden, met specifiek aandacht voor wonen en dagbesteding.
In het reclasseringsrapport van 18 oktober 2022 is beschreven dat ten behoeve van de klinische opname en behandeling van de verdachte een passende plek is gevonden in FPA GGZ [kliniek], waar de verdachte per 16 november 2022 terechtkan. De rechtbank heeft de voorlopige hechtenis van de verdachte daarom met ingang van die datum geschorst, zodat zo snel mogelijk met de klinische opname en behandeling van de verdachte kan worden gestart. In het rapport is verder te lezen dat de reclassering, vanwege het chronische karakter van de meervoudige problematiek van de verdachte en om de hogere kans op herhaling op langere termijn te beperken, na afronding van het klinische traject, een ambulant zorgtraject nodig acht om de kans op herhaling blijvend positief te beïnvloeden. Daarom adviseert de reclassering oplegging van reclasseringstoezicht bij een (gedeeltelijk) voorwaardelijke straf, met daarbij als bijzondere voorwaarden een meldplicht, opname in een zorginstelling en klinische behandeling aldaar, waarbij de verdachte na die klinische behandeling moet meewerken aan ambulante zorg (zoals een COSA-traject) en een traject voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang, als de reclassering dat nodig acht. Ook adviseert de reclassering het vermijden van contact met minderjarigen en het vermijden van kinderpornografisch materiaal als bijzondere voorwaarden. De reclassering adviseert verder om de voorwaarden en het reclasseringstoezicht dadelijk uitvoerbaar te verklaren.
Tijdens de zitting heeft de verdachte verklaard hulp bij zijn problematiek nodig te hebben en heeft hij zich bereid getoond de door de psycholoog en de reclassering geadviseerde behandeling en voorwaarden na te leven. De verdachte wil graag behandeld worden om uiteindelijk, na behandeling, onder begeleiding te kunnen terugkeren in de maatschappij.
Slotsom
Alles afwegende acht de rechtbank oplegging van een (deels voorwaardelijke) gevangenisstraf van 656 dagen, met aftrek van de in voorarrest doorgebrachte tijd, op zijn plaats.
De rechtbank acht verplicht contact met de reclassering en oplegging van de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden bij een groot voorwaardelijk strafdeel noodzakelijk. De rechtbank weegt daarbij mee dat de verdachte een stevige druk moet voelen niet te vervallen in nieuw en vooral delictgedrag en zich te houden aan de bijzondere voorwaarden, waaronder het meewerken aan en voltooien van de al gestarte klinische behandeling, gevolgd door een ambulant zorgtraject. De rechtbank zal daarom bepalen dat een deel van 360 dagen vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd en daaraan een proeftijd van langere duur verbinden, namelijk van drie jaren, met de bedoeling de verdachte ervan te weerhouden zich voor het einde van de proeftijd opnieuw aan al dan niet soortgelijke strafbare feiten schuldig te maken.
Naar het oordeel van de rechtbank moet er tenslotte, gelet op de bewezenverklaring van feit 1 en gelet op het herhalingsgevaar, ernstig rekening mee worden gehouden dat de verdachte wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen. De rechtbank zal daarom bevelen dat de bijzondere voorwaarden en het reclasseringstoezicht dadelijk uitvoerbaar zijn.

7.Beslag

Tijdens de doorzoeking van de woning van de verdachte zijn verschillende voorwerpen in beslag genomen, waaronder tien gegevensdragers (namelijk vier computers (nummers 1, 4, 5 en 6 op de beslaglijst), vijf dataschijven (nummers 2, 3, 7, 8 en 10) en een simkaart (nummer 9). Deze gegevensdragers, waarop kinderpornografische afbeeldingen zijn aangetroffen, behoren aan de verdachte toe en zijn nog niet teruggegeven.
De rechtbank is van oordeel dat de gegevensdragers moeten worden onttrokken aan het verkeer. Uit het onderzoek op zitting is namelijk gebleken dat feit 2 met behulp van de gegevensdragers is begaan en het ongecontroleerde bezit ervan in strijd is met de wet of het algemeen belang.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De wetsartikelen die van toepassing zijn, zijn de artikelen 14a, 14b, 14c, 14e, 36b, 36c, 57, 240b en 248a Sr.

9.Beslissing

De rechtbank:
Verklaart bewezen dat de verdachte de ten laste gelegde feiten 1 en 2 heeft begaan zoals hiervoor onder 3.4 weergegeven.
Verklaart niet bewezen wat aan de verdachte onder deze feiten meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt hem daarvan vrij.
Bepaalt dat de bewezen verklaarde feiten 1 en 2 de hierboven onder 4. vermelde strafbare feiten opleveren.
Verklaart de verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot
een gevangenisstraf voor de duur van 656 dagen.
Beveelt dat van deze straf een gedeelte van
360 dagen nietten uitvoer zal worden gelegd en stelt daarbij een proeftijd vast van
3 jaren.
Bepaalt dat de tijd die de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van het onvoorwaardelijk deel van deze straf in mindering wordt gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Stelt als algemene voorwaarde dat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Stelt als
bijzondere voorwaardendat:
- meldplichtde verdachte meewerkt aan toezicht van Reclassering Nederland en zich daartoe meldt op afspraken met de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak en hoe lang dat nodig is. De verdachte houdt zich ook aan de aanwijzingen van de reclassering die de reclassering kan geven als dat nodig is voor de uitvoering van het toezicht of om de verdachte te helpen bij het naleven van de voorwaarden.
- opname in een zorginstelling en klinische behandelingde verdachte zich (op basis van de door het NIFP-IFZ afgegeven indicatiestelling) zal laten opnemen en behandelen in de FPA GGZ [kliniek], of een soortgelijke klinische zorginstelling, zulks ter beoordeling van de Divisie Individuele Zaken van het Ministerie van Justitie en Veiligheid. De verdachte houdt zich daarbij aan de huisregels en aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de (geneesheer-)directeur van die instelling zullen worden gegeven, zolang de reclassering dat in overleg met de instelling nodig acht. Het innemen van medicijnen kan daarvan onderdeel zijn. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt de verdachte tijdens de opname mee aan de indicatiestelling en plaatsing.
-
ambulante behandeling: de verdachte zich ambulant laat behandelen door een nog nader te bepalen zorgverlener, te bepalen door de reclassering. Deze behandeling start na afronding van de klinische behandeling en duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De verdachte houdt zich daarbij aan de huisregels en aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan hieronder vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt.
-
begeleid wonen of maatschappelijke opvang: de verdachte, indien geïndiceerd, verblijft in een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, zulks ter beoordeling door de reclassering. Het verblijf start na de klinische opname en duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De verdachte houdt zich daarbij aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld.
-
vermijden contact met minderjarigen: de verdachte op geen enkele wijze contact zoekt met minderjarigen. Hij vermijdt deze contacten zoveel mogelijk. Als contacten onvermijdelijk zijn, zorgt de verdachte dat er een meerderjarige bij aanwezig is.
-
vermijden kinderpornografisch materiaal: de verdachte vermijdt dat hij in aanraking komt met kinderpornografisch materiaal en vermijdt dat er kinderpornografisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt. De verdachte onthoudt zich in dit verband op welke wijze van het seksueel getint communiceren met minderjarigen en het bezoeken van een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen en over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd. De verdachte wordt verplicht tijdens de gesprekken met de reclassering te bespreken hoe hij denkt dit gedrag te voorkomen. De verdachte wordt ook verplicht om mee te werken aan controles van digitale gegevensdragers. Deze controles vinden plaats tijdens een huisbezoek. Deze controles mogen tijdens de drie jaren proeftijd maximaal drie keer per jaar worden uitgevoerd door de reclassering, waarbij de reclassering zich kan laten bijstaan door (een) digitale specialist(en) en één of meer zeden/kinderpornografie rechercheur(s) van de politie. De controles houden in dat de gegevensdragers van de verdachte ter plaatse handmatig of met software-programmatuur worden onderzocht, waarbij gericht gefocust zal worden op het naleven van de bijzondere voorwaarden.
Geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht, als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden.
Daarbij zijn voorwaarden dat de verdachte tijdens de proeftijd:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs, als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht, ter inzage zal aanbieden;
- medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering, zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.
Beveelt dat de op grond van artikel 14c gestelde voorwaarden en het op grond van artikel 14c, zesde lid, Sr uit te oefenen toezicht
dadelijk uitvoerbaarzijn.
Onttrekt aan het verkeer, ten aanzien van feit 2, alle tien gegevensdragers op de beslaglijst, [..].
Heft ophet reeds geschorste bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. M.E. Francke, voorzitter,
mr. A. Buiskool en mr. A.R.A.R. Sitaldin, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffier, mr. P.H. Boersma,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 29 november 2022.