ECLI:NL:RBNHO:2022:10397

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
24 november 2022
Publicatiedatum
24 november 2022
Zaaknummer
C/15/325883 / FA RK 22-1076
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Erkenning van een Taiwanese adoptie en wijziging van voornamen en geslachtsnaam

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 24 november 2022 uitspraak gedaan over de erkenning van een buitenlandse adoptie van een minderjarige uit Taiwan door verzoekers, die gehuwd zijn en in Nederland wonen. De verzoekers hebben op 3 maart 2022 een verzoekschrift ingediend, waarin zij vroegen om erkenning van de adoptie en wijziging van de voornaam en geslachtsnaam van de minderjarige. De rechtbank heeft vastgesteld dat de adoptie volgens de Taiwanese wetgeving is uitgevoerd en dat de Minister voor Rechtsbescherming toestemming heeft verleend voor de adoptie. De Raad voor de Kinderbescherming heeft positief geadviseerd over de erkenning van de adoptie en de naamswijziging.

De rechtbank heeft geoordeeld dat de erkenning van de adoptie in het belang van de minderjarige is en dat de procedure van de Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie is gevolgd. De rechtbank heeft de ambtenaar van de burgerlijke stand gelast om de adoptie te registreren en de voornaam van de minderjarige te wijzigen. De rechtbank heeft ook bepaald dat de geslachtsnaam van de minderjarige niet kan worden vastgesteld zoals verzocht, omdat verzoekers zelf hebben gekozen voor de geslachtsnaam van verzoeker 1. De rechtbank heeft de verzoeken van de verzoekers toegewezen, met uitzondering van het verzoek tot vaststelling van de geslachtsnaam.

De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak. De rechtbank heeft de griffier opgedragen om de beschikking te registreren in het gezagsregister en de akte van geboorte van de minderjarige in te schrijven in de registers van de gemeente 's-Gravenhage.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Familie en Jeugd
locatie Alkmaar
Zaak-/rekestnr.: C/15/325883 / FA RK 22-1076
beschikking van 24 november 2022 betreffende erkenning van een buitenlandse adoptie (Taiwan)
gegeven op het verzoek van:
[verzoeker 1],
geboren op [geboortedatum 1] in [geboorteplaats] ,
en
[verzoeker 2],
geboren op [geboortedatum 2] in [geboorteplaats] ,
beiden wonende te [woonplaats] ,
hierna te noemen: verzoekers,
advocaat: mr. E.P.J. Appelman, kantoorhoudende te Alkmaar.

1.Verloop van de procedure

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift, met bijlagen, van verzoekers, ingekomen op 3 maart 2022;
- de brieven, met bijlagen, van verzoekers, ingekomen op 18 maart 2022 en op 8 augustus 2022;
- de brieven van de Raad voor de Kinderbescherming (hierna te noemen: de Raad), ingekomen op 4 april 2022 en op 7 juni 2022;
- het rapport en advies van de Raad van 19 juli 2022, ingekomen op 21 juli 2022;
- de brieven van de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Den Haag (hierna te noemen: ABS), ingekomen op 19 juli 2022 en op 8 september 2022.
1.2
Er heeft geen mondelinge behandeling plaatsgevonden.

2.Feiten en omstandigheden

2.1
Verzoekers zijn gehuwd op [huwelijksdatum] in [huwelijksplaats] .
2.2
Op [geboortedag] 2020 is in [geboorteplaats 2] , Taiwan, geboren een kind van het mannelijk geslacht genaamd:
[naam kind] .De biologische moeder is: [naam biologische moeder] . De biologische vader is onbekend.
2.3
De Minister voor Rechtsbescherming heeft op 24 augustus 2018 (nr. B.K.A. 20162/0046) aan verzoekers toestemming verleend voor het opnemen van een eerste buitenlands kind ter adoptie. Deze toestemming is geldig tot 25 augustus 2022.
2.4
Uit het door verzoekers overgelegde stuk ‘Civil Ruling’ van het Taipei District Court, Taiwan van 10 september 2021 (Case No.: [I] , Division: [X] ) blijkt dat de adoptie van de minderjarige door verzoekers naar het recht van Taiwan tot stand is gekomen. Uit het door verzoekers overgelegde ‘Certificate for final civil ruling’ van het Family Tribunal, Taipei District Court, Taiwan, van 28 september 2021, blijkt dat gemelde ‘Civil Ruling’ op 27 september 2021 onherroepelijk is geworden.
2.5
De adoptie naar het recht van Taiwan heeft plaatsgevonden met inachtneming van de bepalingen van de Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie.
2.6
De minderjarige heeft met het doel van adoptie zijn geboorteland mogen verlaten.
2.7
De minderjarige woont blijkens de gegevens uit de basisregistratie personen (BRP) sinds 23 november 2021 aan het woonadres van verzoekers en wordt aldaar door verzoekers tezamen verzorgd en opgevoed.
2.8
De minderjarige is het eerste kind tot wie verzoekers in familierechtelijke betrekking komen te staan.
2.9
De Raad heeft in voormeld rapport positief geadviseerd ten aanzien van de erkenning van de adoptie in Nederland en de naamswijziging.

3.Verzoek

3.1
Verzoekers hebben verzocht:
primair:
a. voor recht te verklaren dat wordt erkend de ‘Civil Ruling’ van (naar de rechtbank begrijpt) 10 september 2021;
subsidiair:
b. de adoptie uit te spreken van de minderjarige;
primair en subsidiair:
c. de voornaam van de minderjarige te wijzigen in: ‘ [gewijzigde naam kind] ’;
d. te bepalen dat de geslachtsnaam van de minderjarige zal worden vastgesteld als: ‘ [geslachtsnaam verzoeker 1] ’.

4.Beoordeling

4.1
De Nederlandse rechter heeft op grond van artikel 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering rechtsmacht te oordelen over het onderhavige verzoek om de verklaring voor recht, nu verzoekers hun gewone verblijfplaats in Nederland hebben.
4.2
Bij de beoordeling van het verzoek is afdeling 3 van titel 6 van Boek 10 van het Burgerlijk Wetboek (BW) van toepassing. Deze afdeling bevat voorschriften ter zake het toepasselijke recht op de in Nederland uit te spreken adoptie en haar rechtsgevolgen, alsmede de erkenning en haar rechtsgevolgen, van een adoptie die tot stand is gekomen in een staat die op het moment dat de beginseltoestemming is aangevraagd (nog) geen partij is bij het Haags Adoptieverdrag. Op de onderhavige zaak is artikel 10:109 BW van toepassing, nu verzoekers ten tijde van de adoptie hun gewone verblijfplaats in Nederland hadden, terwijl de minderjarige in Taiwan zijn gewone verblijfplaats had.
Ten aanzien van het (primaire) verzoek tot erkenning
4.3
De rechtbank stelt vast dat de hierboven onder 2.4 genoemde beslissingen voldoen aan de voorwaarden voor erkenning als bedoeld in artikel 10:109 BW, inhoudende dat de procedure van de Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie moet zijn gevolgd, terwijl daarnaast de weigeringsgronden van artikel 10:108, tweede lid en derde lid, BW zich niet voor doen. De erkenning is in het kennelijk belang van de minderjarige. De rechtbank is van oordeel dat voormelde stukken daarmee vatbaar zijn voor inschrijving in de registers van de burgerlijke stand. Hierbij heeft de rechtbank nog in aanmerking genomen dat de Raad positief heeft geadviseerd over het primair onder a. vermelde verzoek.
4.4
De rechtbank zal op de voet van artikel 10:109, derde lid, BW, de ABS gelasten een latere vermelding van de adoptie aan de daarvoor in aanmerking komende akte van de burgerlijke stand toe te voegen.
Ten aanzien van het (subsidiaire) verzoek de adoptie uit te spreken
4.5
Gelet op het feit dat het (primaire) verzoek tot erkenning wordt toegewezen, behoeft het (subsidiaire) verzoek de adoptie uit te spreken (naar de rechtbank begrijpt) naar Nederlands recht, geen verdere bespreking.
Aantekening in het gezagsregister
4.6
De rechtbank zal in verband met het bepaalde in artikel 2, aanhef en onder sub k. van het Besluit gezagsregisters bepalen dat de griffier, wanneer deze uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan, een afschrift van deze beschikking zal doen toekomen aan het gezagsregister om daarin aantekening te doen van deze beschikking.
Voornamen en geslachtsnaam minderjarige
4.7
Op grond van artikel 10:19, eerste lid, BW worden de geslachtsnaam en voornamen van een vreemdeling bepaald door het recht van de staat waarvan hij de nationaliteit heeft. Ingevolge artikel 10:20 BW worden de geslachtsnaam en de voornamen van een persoon die de Nederlandse nationaliteit heeft, bepaald door het Nederlandse recht. Artikel 10:22, eerste lid, BW bepaalt dat ingeval van verandering van nationaliteit het recht van de staat van de nieuwe nationaliteit van toepassing is, daaronder begrepen de regel van dat recht betreffende de gevolgen van de nationaliteitsverandering voor de naam.
4.8
De minderjarige bezit thans de Taiwanese nationaliteit. Op het moment dat deze beschikking in kracht van gewijsde is gegaan, levert dit een grondslag op voor het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit. Het voorgaande brengt mee dat Nederlands recht van toepassing is op het verzoek dat betrekking heeft op de voornamen en de geslachtsnaam van de minderjarige.
4.9
Nu er geen andere kinderen deel uitmaken van het gezin van verzoekers, hebben zij er voor gekozen dat de minderjarige de geslachtsnaam ‘ [geslachtsnaam verzoeker 1] ’ zal hebben. Gelet op het feit dat verzoekers overeenkomstig de wet hebben gekozen voor de geslachtsnaam ‘ [geslachtsnaam verzoeker 1] ’, is een vaststelling door de rechtbank van de geslachtsnaam van de minderjarige niet aan de orde. Htet verzoek te bepalen dat de geslachtsnaam van de minderjarige zal worden vastgesteld als ‘ [geslachtsnaam verzoeker 1] ’ zal als niet steunend op de wet worden afgewezen.
4.1
Het verzoek tot voornaamswijziging zal worden toegewezen, nu van bezwaren daartegen is niet gebleken.
Geboortegegevens minderjarige
4.11
Bij de stukken bevindt zich een op 3 juni 2020 overeenkomstig de plaatselijke voorschriften door de daartoe bevoegde instantie opgemaakt ‘Certificate of Birth’ van de minderjarige met nummer: [x] , waaruit blijkt dat de minderjarige is geboren op [geboortedag] 2020 te [geboorteplaats 2] , Taiwan. Zijn biologische moeder is: [naam biologische moeder] . Zijn biologische vader is onbekend.
4.12
Ingevolge het bepaalde in artikel 1:25, vijfde lid, BW zal de rechtbank gelasten dat deze akte wordt ingeschreven in het register van geboorten van de gemeente ’s-Gravenhage. Hierbij heeft de rechtbank in aanmerking genomen dat de ABS heeft aangegeven dat voormeld ‘Certificate of Birth’ voldoet aan de legalisatievereisten en dat de ABS om die reden geen bezwaar heeft tegen een last tot inschrijving van de geboorteakte van de minderjarige. Hierbij is eveneens in aanmerking genomen dat in het overgelegde stuk ‘Household Registration Transcript’ van Xindian Household Registration Office, [geboorteplaats 2] , Taiwan van 6 oktober 2021 (File No.: [1] , Household No.: [2] ), alle historische geboortegegevens en de oorspronkelijke afstamming van de minderjarige staan vermeld.

5.Beslissing

De rechtbank:
5.1
verklaart voor recht dat wordt erkend de beslissing, zoals vervat in de overgelegde stukken ‘Civil Ruling’, van het Taipei District Court, Taiwan van 10 september 2021 (Case No.: [I] , Division: [X] ) en ‘Certificate for final civil ruling’ van het Family Tribunal, Taipei District Court, Taiwan, van 28 september 2021, tot de adoptie naar het recht van Taiwan van de minderjarige van het mannelijk geslacht:
[naam kind], geboren op [geboortedag] 2020 te [geboorteplaats 2] , Taiwan,
door verzoekers voornoemd;
5.2
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente ’s-Gravenhage de hierboven onder 4.11 weergegeven akte van geboorte van de minderjarige in te schrijven;
5.3
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente 's-Gravenhage een latere vermelding van de erkenning van de adoptie aan de daarvoor in aanmerking komende akte toe te voegen;
5.4
gelast de wijziging van de voornaam van de minderjarige in: [gewijzigde naam kind] ;
5.5
bepaalt dat de griffier, wanneer deze uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan, een afschrift van deze beschikking zal doen toekomen aan het gezagsregister, om daarin aantekening te doen van deze beschikking;
5.6
draagt de griffier op niet eerder dan drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking - en indien daartegen geen hoger beroep is ingesteld - een afschrift van deze beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente
’s-Gravenhage;
5.7
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.A.J. Berkers, rechter, tevens kinderrechter, in tegenwoordigheid van A.M. Bergen, griffier en in het openbaar uitgesproken op 24 november 2022.
Tegen deze beschikking kan – voor zover er definitief is beslist – door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.