Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
hij op of omstreeks 25 september 2020 te Hoorn, in ieder geval in Nederland, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van haar pinpas en/of (bijbehorende) pincode, in elk geval enig(e) goed(eren), dat geheel of ten dele aan die [slachtoffer 1] toebehoorde, welk geweld en/of bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte
- de pinpas van voornoemde [slachtoffer 1] heeft gepakt en/of
- (vervolgens) een mes op/tegen het (boven)been van die [slachtoffer 1] heeft gehouden, althans een mes heeft getoond en/of
- (daarbij) heeft gezegd “geef je pincode”, althans woorden van soortgelijke aard en/of strekking;
hij (op een of meerdere tijdstip(pen)) in of omstreeks de periode van 9 augustus 2020 tot en met 23 december 2020 te Hoorn en/of Purmerend, in ieder geval (telkens) in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten
- een (kopie) van een paspoort/identiteitsbewijs en/of
- burgerservicenummer en/of
- bankrekeninggegevens en/of
- de (inlog)gegevens (gebruikersnaam en/of wachtwoord) van/voor het (internet)bankieren bij de Bunqbank en/of ASN-Bank en/of Rabobank,
door aan voornoemde perso(o)nen een (chat)bericht te sturen, waarin verdachte en/of zijn
mededader(s) zich voordeed/voordeden als zijnde een uitzendbureau, waarbij in dat (chat)bericht werd verzocht bovengenoemde gegevens te verstrekken zodat de sollicitatie in behandeling kon worden genomen, althans een bericht van soortgelijke aard en/of strekking;
hij (op een of meerdere tijdstip(pen)) in of omstreeks de periode 26 augustus 2020 tot en met 23 december 2020 te Hoorn, in ieder geval (telkens) in Nederland opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische persoonsgegevens, van een ander te weten een afbeelding van een legitimatiebewijs en/of bankpas op naam van
- [slachtoffer 1] en/of
- [slachtoffer 2] en/of
- [slachtoffer 3] en/of
- [slachtoffer 4] en/of
- [slachtoffer 6] en/of
- [slachtoffer 7]
heeft gebruikt door die identificerende gegevens (telkens) te gebruiken om bankrekeningen te openen en/of (telefoon)abonnementen af te sluiten met het oogmerk om zijn/haar identiteit te verhelen en/of de identiteit van de ander te verhelen en/of te misbruiken, waardoor enig nadeel kon ontstaan;
4.
hij (op een of meerdere tijdstip(pen)) in of omstreeks de periode van 24 augustus 2020 tot en met 28 december 2020 te Hoorn en/of te Purmerend en/of Amsterdam, in ieder geval (telkens) in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (een) geldbedrag(en), in elk geval enig(e) goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9] en/of [slachtoffer 7] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen goed/goederen onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (zonder toestemming) met de pinpas en/of de (inlog)gegevens van/voor het (internet)bankieren van voornoemde perso(o)n(en) geld op te nemen en/of over te schrijven;
5.
hij in of omstreeks de periode van 26 september 2020 tot en met 29 september 2020 te Purmerend, in ieder geval in Nederland, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 9] heeft gedwongen tot de afgifte van haar pinpas en/of (bijbehorende) pincode en/of een geldbedrag, in elk geval enig(e) goed(eren), dat geheel of ten dele aan die [slachtoffer 9] toebehoorde, welk geweld en/of bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte
- meermalen tegen [slachtoffer 9] heeft gezegd haar pinpas te willen en/of
- tegen voornoemde [slachtoffer 9] heeft gezegd met een oudere jongen langs te komen die een
vuurwapen voorhanden heeft en/of
- [slachtoffer 9] op/bij haar werk en/of haar woning heeft opgewacht en/of foto’s van haar werk
en/of woning naar [slachtoffer 9] heeft gestuurd en/of
- een betaalverzoek naar die [slachtoffer 9] heeft gestuurd en/of (daarbij) heeft gezegd dat zij dit
moet betalen, althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking;
hij (op een of meerdere tijdstip(pen)) in of omstreeks de periode van 24 augustus 2020 tot en met 23 december 2020 te Amsterdam en/of Purmerend, in ieder geval in Nederland, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 7] heeft gedwongen tot de afgifte van zijn pinpas en/of (bijbehorende) pincode, in elk geval enig(e) goed(eren), dat geheel of ten dele aan die [slachtoffer 7] toebehoorde, welk geweld en/of bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte
(op of omstreeks 24 augustus 2020)
- [slachtoffer 7] heeft opgezocht en/of (meermalen) tegen [slachtoffer 7] heeft gezegd zijn pinpas te willen en/of
- (daarbij) zijn hand in zijn jaszak heeft gehouden en/of (daarmee) de indruk heeft gewekt een wapen vast te hebben
(op of omstreeks 23 december 2020)
- [slachtoffer 7] (telefonisch) heeft gezegd dat hij zijn pinpas moest afgeven en/of (daarbij) heeft gezegd dat hij wist waar [slachtoffer 7] woonde en/of geen kleine jongen was en/of hij zou zien wat er zou gebeuren als hij niet zou meewerken, althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking en/of
- (vervolgens) (via snapchat) heeft gezegd dat hij zijn pincode moest afgeven;
7.
hij (op een of meerdere tijdstip(pen)) in of omstreeks de periode van 27 augustus 2020 tot en met 8 december 2020 te Purmerend, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van een) geautomatiseerd(e) werk(en), te weten server(s) en/of netwerk(en) van de Triodosbank, althans een deel daarvan, is binnengedrongen
a. door het doorbreken van een beveiliging en/of
b. door een technische ingreep en/of
c. met behulp van valse signalen of een valse sleutel en/of
d. door het aannemen van een valse hoedanigheid
te weten door het (telkens) inloggen met onrechtmatig verkregen inlognamen en/of
wachtwoorden en/of andere (inlog)gegevens van accounthouders van de Triodosbank, te weten van:
- [slachtoffer 1] en/of
- [slachtoffer 2] en/of
- [slachtoffer 10] en/of
- [slachtoffer 11] en/of
- [slachtoffer 5] ;
8.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 27 augustus 2020 tot en met 8
december 2020 te Purmerend, in elk geval (telkens) in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (een) technisch(e)
hulpmiddel(en) die/dat hoofdzakelijk geschikt gemaakt en ontworpen was/waren tot het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab Wetboek van Strafrecht, heeft vervaardigd en/of voorhanden heeft gehad en/of een computerwachtwoord, toegangscode
of daarmee vergelijkbaar gegeven waardoor toegang kan worden verkregen tot een
geautomatiseerd werk of een deel daarvan, heeft verworven en/of ter beschikking heeft gesteld en/of voorhanden heeft gehad, met het oogmerk dat daarmee een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab van het Wetboek van Strafrecht werd gepleegd, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) (een) phishingsite(s) en/of software bestemd voor het versturen van valse betalingsverzoeken, voorhanden gehad en/of gebruikt, met de bedoeling om (een) inlogcode ('s) en/of inloggegevens en/of klantgegevens af te vangen die toegang geven tot het/de geautomatiseerde (betaal)syste(e)m(en) van een of meerdere bank(en) en/of
(vervolgens) die inloggegevens verworven en/of ter beschikking gesteld en/of voorhanden gehad met de bedoeling om daarmee zichzelf of een ander toegang te verschaffen tot het
telecommunicatieverkeer en/of het betalingsverkeer zijnde geautomatiseerde werken van de
Bunqbank en/of zijn/haar/hun klanten.
2.Voorvragen
3.Standpunten van partijen
4.Vrijspraak feit 6
unus testisbeginsel van art. 342, tweede lid, Wetboek van Strafvordering
,geen sprake is. De verklaring van de verdachte dat aangeefsters hun pinpassen en -codes vrijwillig aan hem hebben afgegeven acht de rechtbank in het licht van het bovenstaande ongeloofwaardig.
hij op 25 september 2020 te Hoorn, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [slachtoffer 1] heeft gedwongen tot de afgifte van haar pincode, die aan die [slachtoffer 1] toebehoorde, welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte
- een mes tegen het bovenbeen van die [slachtoffer 1] heeft gehouden, en
- daarbij heeft gezegd “geef je pincode”, althans woorden van soortgelijke aard en/of strekking;
hij in de periode van 9 augustus 2020 tot en met 23 december 2020 te Hoorn en/of Purmerend, in ieder geval telkens in Nederland, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] heeft bewogen tot het ter beschikking stellen van gegevens, te weten
- een (kopie) van een paspoort/identiteitsbewijs en/of
- burgerservicenummer en/of
- bankrekeninggegevens en/of
- de (inlog)gegevens (gebruikersnaam en/of wachtwoord) van/voor het (internet)bankieren bij de Bunqbank en/of ASN-Bank en/of Rabobank,
door aan voornoemde personen een chatbericht te sturen, waarin verdachte zich voordeed als zijnde een uitzendbureau, waarbij in dat chatbericht werd verzocht bovengenoemde gegevens te verstrekken zodat de sollicitatie in behandeling kon worden genomen;
3.hij in de periode 26 augustus 2020 tot en met 23 december 2020 in Nederland opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische persoonsgegevens, van een ander te weten een afbeelding van een legitimatiebewijs en/of bankpas op naam van- [slachtoffer 1] en/of- [slachtoffer 2] en/of- [slachtoffer 3] en/of- [slachtoffer 4] en/of- [slachtoffer 6] en/of- [slachtoffer 7]heeft gebruikt door die identificerende gegevens telkens te gebruiken om bankrekeningen te openen en/of (telefoon)abonnementen af te sluiten met het oogmerk om zijn identiteit te verhelen en/of de identiteit van de ander te misbruiken, waardoor enig nadeel kon ontstaan;4.hij in de periode van 24 augustus 2020 tot en met 28 december 2020 te Hoorn en/of te Purmerend en/of Amsterdam, geldbedragen, die aan een ander dan aan verdachte toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 8] en/of [slachtoffer 9] en/of [slachtoffer 7] , heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van een valse sleutel, door zonder toestemming met de pinpas en/of de (inlog)gegevens van/voor het (internet)bankieren van voornoemde personen geld op te nemen en/of over te schrijven;5.hij in de periode van 26 september 2020 tot en met 29 september 2020 te Purmerend, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [slachtoffer 9] heeft gedwongen tot de afgifte van haar pinpas en bijbehorende pincode en een geldbedrag, toebehorende aan die [slachtoffer 9] , welke bedreiging met geweld hierin bestond dat hij, verdachte- meermalen tegen [slachtoffer 9] heeft gezegd haar pinpas te willen en- tegen voornoemde [slachtoffer 9] heeft gezegd met een oudere jongen langs te komen die eenvuurwapen voorhanden heeft en- [slachtoffer 9] bij haar werk heeft opgewacht en foto’s van haar werk en woning naar [slachtoffer 9] heeft gestuurd en- een betaalverzoek naar die [slachtoffer 9] heeft gestuurd en daarbij heeft gezegd dat zij ditmoet betalen;
hij in de periode van 27 augustus 2020 tot en met 8 december 2020 te Purmerend, althans in Nederland, opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van een) geautomatiseerd(e) werk(en), te weten server(s) en/of netwerk(en) van de Triodosbank, althans een deel daarvan, is binnengedrongen
c. met behulp van een valse sleutel en
d. door het aannemen van een valse hoedanigheid
te weten door het telkens inloggen met onrechtmatig verkregen inlognamen en/of
wachtwoorden en/of andere (inlog)gegevens van accounthouders van de Triodosbank, te weten van:
- [slachtoffer 1] en/of
- [slachtoffer 2] en/of
- [slachtoffer 10] en/of
- [slachtoffer 5] .
of daarmee vergelijkbaar gegeven waardoor toegang kan worden verkregen tot een
geautomatiseerd werk of een deel daarvan, heeft verworven, met het oogmerk dat daarmee een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab van het Wetboek van Strafrecht werd gepleegd, immers heeft verdachte een phishingsite voorhanden gehad en gebruikt, met de bedoeling omeen inlogcode en inloggegevens en klantgegevens af te vangen die toegang geven tot geautomatiseerde (betaal)syste(e)m(en) van banken en die inloggegevens voorhanden gehad met de bedoeling om daarmee zichzelf toegang te verschaffen tot het betalingsverkeer zijnde geautomatiseerde werken van de Bunqbank en zijn klanten.
6.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
7.Strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de hoofdstraf
9. Bijkomende straf
10.Vorderingen benadeelde partijen
10.2. [slachtoffer 7]
Triodosbank N.V.heeft een vordering tot schadevergoeding van € 750,- ingediend tegen verdachte wegens materiële schade die zij als gevolg van het onder 7 ten laste gelegde feit zou hebben geleden, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag. De gestelde materiële schade bestaat uit onderzoekskosten voor het vervaardigen van de aangifte en administratieve werkzaamheden met betrekking tot openen en sluiten van klantrelaties. De rechtbank is van oordeel – nog daargelaten of de benadeelde partij ontvankelijk is nu zich bij de stukken geen schriftelijke volmacht bevindt – dat de vordering onvoldoende is onderbouwd. Aangezien uit het procesdossier blijkt dat het onderzoek dat Triodosbank N.V. heeft verricht zich verder uitstrekte dan alleen de in deze zaak bewezenverklaarde feiten en het gevorderde niet is voorzien van een nadere onderbouwing, kan de rechtbank niet vaststellen of en in hoeverre de gestelde schade in rechtstreeks verband staat met de bewezenverklaarde feiten.
11.Vordering tot tenuitvoerlegging
12.Toepasselijke wettelijke voorschriften
13.Beslissing
tweeënveertig (42) maanden.
[slachtoffer 1]geleden schade tot een bedrag van
€ 3.150,-, bestaande uit € 2.650,- als vergoeding voor de materiële en € 500,- als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 25 september 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 1] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
[slachtoffer 7]geleden schade tot een bedrag van
€ 1.516,97, als vergoeding voor de materiële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 24 augustus 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 7] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
[slachtoffer 6]geleden schade tot een bedrag van
€ 900,-, als vergoeding voor de materiële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 29 september 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 6] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
[slachtoffer 8]geleden schade tot een bedrag van
€ 700,-, als vergoeding voor de materiële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 26 augustus 2020 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 8] , voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
[slachtoffer 9]geleden schade tot een bedrag van
€ 454,50, bestaande uit € 54,50 als vergoeding voor de materiële en € 400,- als vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 26 september 2020 tot aan de dag der algehele voldoening., en veroordeelt verdachte tot betaling van dit bedrag, aan [slachtoffer 9] voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting.
Triodosbank N.V.niet-ontvankelijk;
drie (3) maanden, opgelegd bij vonnis van de meervoudige strafkamer d.d. 30 januari 2020.