ECLI:NL:RBNHO:2021:9420

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
4 maart 2021
Publicatiedatum
25 oktober 2021
Zaaknummer
8570390 \ WM VERZ 20-553
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen administratieve sanctie voor parkeren bij blauwe streep

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, uitspraak gedaan op 4 maart 2021 in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene. De sanctie was het gevolg van het parkeren van een motorvoertuig bij een blauwe streep, terwijl de toegestane parkeertijd was verstreken. Betrokkene had tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond of niet-ontvankelijk verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.

De zitting vond plaats op 19 februari 2021, waar zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als betrokkene aanwezig waren. De kantonrechter overwoog dat van betrokkene verwacht mocht worden dat hij oplettend was op de aanwezige bebording en zich na het parkeren zou vergewissen of het parkeren op de betreffende plaats zonder gebruik van een parkeerschijf was toegestaan. De kantonrechter oordeelde dat het bord niet zodanig was geplaatst dat het voor betrokkene onmogelijk was om het te zien. Hoewel het bord gedraaid was, was het niet uit het zicht en had betrokkene zich moeten vergewissen van de parkeerregels ter plaatse.

De kantonrechter concludeerde dat de omstandigheden voor rekening en risico van betrokkene kwamen en dat er geen aanleiding was om de sanctie te matigen. Het beroep werd ongegrond verklaard. De uitspraak werd gedaan door mr. S. Slijkhuis, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken. Betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen 6 weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 8570390 \ WM VERZ 20-553
CJIB-nummer : [nummer]
Uitspraakdatum : 4 maart 2021
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]

Het verloop van de procedure

Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
De zaak is behandeld op de zitting van 19 februari 2021. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Betrokkene is ook verschenen. De kantonrechter heeft na de zitting uitspraak gedaan.

Overwegingen

De gedraging waarvoor de boete is opgelegd, luidt – kort omschreven – als volgt: motorvoertuig parkeren bij blauwe streep terwijl toegestane parkeertijd is verstreken.
Betrokkene is het niet eens met de beslissing van de officier van justitie en heeft in het beroepschrift de gronden daarvoor aangevoerd.
De kantonrechter stelt voorop dat van betrokkene mocht worden verwacht dat hij oplettend is op aanwezige bebording. Zo nodig diende betrokkene zich er na het parkeren van te vergewissen of parkeren op de betreffende parkeerplaats (zonder gebruik van een parkeerschijf) voor hem was toegestaan. Dat geldt te meer, omdat in dit geval blauwe belijning bij de parkeerplaats aanwezig was. Naar het oordeel van de kantonrechter is het bord niet dusdanig geplaatst dat dit redelijkerwijs voor betrokkene niet mogelijk was geweest. Weliswaar blijkt uit de overgelegde foto’s en google maps dat het bord is gedraaid, waardoor bij het inrijden alleen de achterzijde was te zien, maar daarmee was het niet zodanig uit het zicht dat de betrokkene dit niet had kunnen waarnemen. Dat de betrokkene de bebording daadwerkelijk niet heeft waargenomen, is dan ook een omstandigheid die voor zijn rekening en risico dient te blijven. Van hem mocht worden verwacht dat hij zich ervan zou vergewissen wat de regels rondom het parkeren ter plaatse waren en daarvoor zo nodig naar het bord toe moeten lopen. Daarom ziet de kantonrechter geen aanleiding de sanctie te matigen. Het beroep wordt ongegrond verklaard.

De uitspraak

De kantonrechter:
‒ verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S. Slijkhuis, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 70,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending: