Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 12 februari 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan betrokkene wegens het niet geven van een richtingaanwijzer bij het wisselen van rijstrook. Betrokkene had tegen de opgelegde boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond of niet-ontvankelijk verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
Tijdens de zitting op 12 februari 2021 waren zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als betrokkene aanwezig. De kantonrechter heeft de verklaring van de verbalisanten zwaar gewogen en benadrukt dat het aan betrokkene is om concrete feiten en omstandigheden aan te voeren die twijfel aan deze verklaring rechtvaardigen. Het enkele feit dat betrokkene zich niet herkent in de verklaring is onvoldoende. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er twee verbalisanten zijn die de gedraging hebben waargenomen, en dat het niet geven van een richtingaanwijzer bij het wisselen van rijstrook een overtreding vormt.
De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de boete terecht is opgelegd, aangezien betrokkene niet kan aantonen dat er reden is om aan de verklaring van de verbalisanten te twijfelen. Bovendien is het enkele feit dat betrokkene één keer vergeten is om richting aan te geven voldoende om de gedraging vast te stellen. De kantonrechter heeft geen aanleiding gezien om de boete te matigen en heeft het beroep ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt.