ECLI:NL:RBNHO:2021:8944

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
14 oktober 2021
Publicatiedatum
13 oktober 2021
Zaaknummer
9313480
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om handlichting voor zelfstandig ondernemerschap door minderjarige

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 14 oktober 2021 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van Sem Wijs, een minderjarige, die handlichting verzocht om zelfstandig een bedrijf in dakwerken te kunnen uitoefenen. Het verzoekschrift, dat op 28 juli 2021 ter griffie is ingekomen, is mede ondertekend door zijn ouders, M. Wijs en L.C. Wijs-Slotema, die ook ter zitting aanwezig waren op 5 oktober 2021. Tijdens deze zitting heeft Wijs zijn verzoek toegelicht, waarbij zijn ouders hun instemming met het verzoek hebben bevestigd.

De kantonrechter overweegt dat Wijs, die de leeftijd van zestien jaar heeft bereikt, recht heeft op handlichting, mits de ouders instemmen. De kantonrechter verwijst naar artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek, dat de voorwaarden voor handlichting van minderjarigen regelt. De rechter wijst Wijs er echter op dat handlichting niet betekent dat hij bekwaam is om te beschikken over registergoederen, effecten of door hypotheek gedekte vorderingen.

Wat betreft de publicatieplicht, oordeelt de kantonrechter dat publicatie in de Staatscourant niet noodzakelijk is, gezien de toegankelijkheid van internet. In plaats daarvan zal de beschikking op de website van Rechtspraak.nl worden gepubliceerd, en moet Wijs de handlichting bekendmaken in het Noordhollands Dagblad, editie West-Friesland. De beschikking is gegeven door mr. J.S. Reid en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./repnr.: 9313480 \ EJ VERZ 21-217 (WT)
Uitspraakdatum: 14 oktober 2021
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:
Sem Wijs
wonende te Enkhuizen
verzoekende partij
verder te noemen: Wijs

1.Het procesverloop

1.1
Op 28 juli 2021 is ter griffie ingekomen een verzoekschrift van Wijs , waarbij hij verzoekt hem handlichting te verlenen. Het verzoek is mede ondertekend door zijn ouders.
1.2.
Op 5 oktober 2021 heeft een zitting plaatsgevonden. Wijs is verschenen met zijn ouders M. Wijs en L.C. Wijs-Slotema . De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat Wijs ter toelichting van zijn verzoek naar voren heeft gebracht.

2.De beoordeling

2.1.
Het verzoek van Wijs strekt ertoe om bepaalde bevoegdheden te verwerven van een meerderjarige. De reden hiervoor is dat Wijs van plan is zelfstandig een bedrijf uit te gaan oefenen. Het betreft een bedrijf in dakwerken. De ouders van Wijs hebben als blijk van instemming het verzoek medeondertekend en hun instemming ter zitting nogmaals bevestigd.
2.2.
De kantonrechter overweegt als volgt. Wijs heeft de leeftijd van zestien jaren bereikt en zijn ouders hebben met het verzoek ingestemd. Gelet op de inhoud van het verzoekschrift, de ter zitting gegeven toelichting, en hetgeen is bepaald in artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek (BW) is de kantonrechter daarom van oordeel dat het verzoek kan worden toegewezen.
2.3.
De kantonrechter wijst Wijs nog wel op het derde lid van artikel 1:235 BW, waarin is bepaald dat de minderjarige door handlichting niet bekwaam wordt tot het beschikken over registergoederen, effecten of door hypotheek gedekte vorderingen.
2.4.
Met betrekking tot de publicatieplicht, zoals voorgeschreven in artikel 1:237 BW, oordeelt de kantonrechter als volgt. In dit artikel is bepaald dat de beschikking waarin de handlichting is verleend, bekend moet worden gemaakt in de Staatscourant en in twee bij de benoeming voorgeschreven dagbladen. De bedoeling van de wetgever daarbij is geweest dat op die manier zo veel mogelijk personen kennis kunnen nemen van deze handlichting. In de huidige samenleving is echter toegang tot internet voor een ieder beschikbaar en publicatie van de handlichting via internet heeft naar het oordeel van de kantonrechter eenzelfde, zo niet een praktisch gezien, ruimer bereik dan de nog bij wet voorgeschreven wijze van publicatie in de Staatcourant en twee dagbladen. Bovendien is de voorgeschreven wijze van bekendmaking kostbaar en omslachtig. De kantonrechter zal dan ook bepalen dat publicatie in de Staatscourant achterwege kan blijven en bepalen dat de (door de griffie geïnitieerde, niet geanonimiseerde) publicatie op www.rechtspraak.nl daarvoor in de plaats komt. Verder zal één regionaal dagblad worden aangewezen waarin Wijs de hem verleende handlichting dient te laten bekendmaken.
2.5.
Wijs zal er overigens rekening mee moeten houden dat de verleende handlichting niet eerder geldt dan dat de publicatie een feit is.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
verleent aan Sem Wijs , geboren te Hoorn op 6 mei 2005 , van wie het adres bekend is bij deze rechtbank, handlichting tot het zelfstandig uitoefenen van een bedrijf en alle daarmee in verband staande handelingen in de meest ruime zin van het woord, met inachtneming van artikel 1:235 BW;
3.2.
bepaalt dat publicatie van de handlichting in de Staatscourant achterwege kan blijven en dat deze beschikking in plaats daarvan (door tussenkomst van de griffier) op de website www.rechtspraak.nl zal worden gepubliceerd;
3.3.
bepaalt dat Wijs deze handlichting voor zijn eigen rekening dient bekend te maken in het Noordhollands Dagblad, editie West-Friesland.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.S. Reid en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.