Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- de dagvaarding van 4 november 2020 met producties;
- de conclusie van antwoord van 20 januari 2021 met producties;
- het tussenvonnis van 17 februari 2021 waarin een mondelinge behandeling is bevolen;
- de mondelinge behandeling op 22 juli 2021, waar zijn verschenen [eiseres] , bijgestaan door mr. Phea en namens Nationale Nederlanden, de heer [xxx] (onderzoekscoördinator speciale zaken), bijgestaan door mr. Sjouw. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Beide partijen hebben gebruik gemaakt van spreekaantekeningen, die zij ter zitting aan de rechtbank hebben overgelegd en die daarmee onderdeel zijn van de processtukken.
2.De feiten
Er is geen bewijs dat deze goederen inderdaad in de EU zijn geïmporteerd er zijn geen documenten om dat te bewijzen, zoals BTW en import documenten.(…)”
3.Het geschil
4.De beoordeling
2.228,00(2,0 punten × tarief € 1.114,00)