Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 8 januari 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene wegens een snelheidsovertreding. Betrokkene had een boete ontvangen voor het overschrijden van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom met 14 km per uur. Na de oplegging van de boete heeft betrokkene beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond of niet-ontvankelijk verklaarde. Hierop heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
Tijdens de zitting op 8 januari 2021 waren zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als betrokkene aanwezig. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedraging waarvoor de boete was opgelegd, voldoende was aangetoond in de stukken van het dossier. Betrokkene voerde aan dat hij tweemaal kort achter elkaar was bekeurd, maar de kantonrechter oordeelde dat het om twee afzonderlijke gedragingen ging, waarvoor elk een boete kon worden opgelegd. De kantonrechter concludeerde dat betrokkene voldoende gelegenheid had gehad om zijn snelheid aan te passen en dat de meting aan de vereisten voldeed.
De kantonrechter heeft het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien om de boete te matigen. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 70,00 bedraagt. De procedure in hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.