In deze zaak heeft AirHelp Limited, een rechtspersoon naar buitenlands recht gevestigd in Hong Kong, een vordering ingesteld tegen Turk Havayollari A.O., een rechtspersoon naar buitenlands recht gevestigd in Ankara, Turkije. De vordering betreft compensatie voor een vlucht van Amsterdam-Schiphol naar Istanbul op 19 juni 2019, die meer dan drie uur vertraging opliep. AirHelp vorderde een bedrag van € 800,00 op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, die regels vaststelt voor compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij vertragingen. De vervoerder voerde aan dat AirHelp rauwelijks had gedagvaard, omdat er geen volledige documentatie was overgelegd en dat de procedure onnodig was aangespannen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat AirHelp de benodigde documenten, waaronder getekende assignmentformulieren en e-tickets, had overgelegd en dat de passagiers hun vorderingsrecht aan AirHelp hadden overgedragen. De rechter oordeelde dat de vordering van AirHelp ontvankelijk was en dat de vervoerder gehouden was tot betaling van de compensatie. De kantonrechter wees de tegenvordering van de vervoerder af, omdat de juridische kosten al waren begroot in de proceskosten van de hoofdzaak. Uiteindelijk werd de vervoerder veroordeeld tot betaling van € 800,00 aan AirHelp, vermeerderd met wettelijke rente, en werd AirHelp in de proceskosten veroordeeld, die aan de kant van de vervoerder werden begroot op € 248,00.