Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 augustus 2021 in de zaak tussen
[eiseres 1] , wonende te [woonplaats] , eiseres
Inleiding
Overwegingen
Beslissing
€ 15.000,-;
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak hebben eisers, bestaande uit twee eiseressen en een eiser, beroep ingesteld tegen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wormerland. De eisers stellen dat verweerder niet tijdig heeft beslist op hun bezwaar, dat zij op 4 november 2020 hebben ingediend tegen een beslissing van 29 september 2020. Dit bezwaar betreft een maatwerkvoorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget (pgb) voor individuele begeleiding op school. Verweerder heeft op 5 augustus 2021 stukken ingediend, maar heeft geen verweerschrift ingediend. De rechtbank heeft besloten dat een zitting niet nodig is, omdat dit volgens artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) niet vereist is.
De rechtbank overweegt dat als een bestuursorgaan niet tijdig beslist, de betrokkene in beroep kan gaan, mits hij het bestuursorgaan eerst in gebreke heeft gesteld. Eisers hebben dit gedaan op 18 mei 2021, waarna de termijn van twee weken is verstreken zonder dat verweerder een besluit heeft genomen. De rechtbank concludeert dat de termijn voor het nemen van een besluit is overschreden en dat verweerder alsnog een besluit moet nemen binnen twee weken na verzending van de uitspraak. Tevens wordt verweerder verplicht een dwangsom van € 100,- per dag te betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-.
De rechtbank verklaart het beroep gegrond, vernietigt het niet tijdig nemen van een besluit en draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 49,- aan eisers te vergoeden. Daarnaast worden de proceskosten van eisers, tot een bedrag van € 374,-, door verweerder vergoed. De uitspraak is gedaan door mr. L.M. Kos, rechter, en is openbaar uitgesproken op 27 augustus 2021.