Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De beoordeling
[xxx] heeft 1 maand opzegtermijn en zoals aangegeven zouden jullie haar indien ze past op functie, eerst via ons kunnen inzetten en dan daarna eventueel als het past bij jullie in dienst kunnen treden. Maar dat bespreken we wel als het zover komt.
Als jullie geïnteresseerd zijn kunnen we een kennismakingsgesprek inplannen.” In de e-mail staat een link naar de website van MediMensen.
Ter afsluiting van het dossier willen wij jullie erop wijzen dat het juridisch niet is toegestaan om kandidaten die door ons bemiddeld zijn alsnog rechtstreeks in dienst te nemen!” In de tweede plaats omdat die reactie logisch en terecht is aangezien er tussen partijen geen overeenkomst bestaat. In de derde plaats omdat vast staat dat [gedaagde] eerst een andere sollicitant heeft aangenomen en [xxx] degene is die [gedaagde] later weer heeft benaderd met de vraag of er nog een vacature was. Het feit dat [gedaagde] in haar e-mail van 20 november 2019 ook schrijft dat ze [xxx] heeft geadviseerd om contact op te nemen met het juridisch loket en de Autoriteit Persoonsgegevens, omdat het zonder goedkeuring van [xxx] niet is toegestaan om persoonsgegevens langer dan vier weken vast te houden, maakt het oordeel van de kantonrechter niet anders. Daaruit blijkt niet dat [gedaagde] destijds een truc uithaalde of onder valse voorwendselen probeerde [xxx] in dienst te nemen, zoals MediMensen meent. [gedaagde] heeft [xxx] toen immers niet in dienst genomen, maar een ander. Pas nadat die ander vanwege de coronacrisis in haar proeftijd was ontslagen en [xxx] [gedaagde] maanden later weer benaderde, heeft [gedaagde] haar in dienst genomen. Dat stond haar op zich vrij. Uit niets blijkt dat [gedaagde] een truc heeft uitgehaald. MediMensen verwijt [gedaagde] dat het te gek voor woorden is om te denken dat het niets gaat kosten, maar haar gevoel “dat er iets niet klopt” is onvoldoende om onrechtmatig handelen van [gedaagde] aan te nemen.