In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, hebben de verzoeksters, Jurlights B.V. en Jurlights Holding B.V., op 11 januari 2021 een startverklaring gedeponeerd en op 22 januari 2021 een verzoekschrift ingediend tot homologatie van een akkoord en tevens een verzoek tot opzegging van een overeenkomst. De rechtbank heeft vastgesteld dat dit het eerste verzoek is na de startverklaring en dat de verzoeksters hebben gekozen voor een openbare akkoordprocedure. De rechtbank heeft vervolgens de rechtsmacht en relatieve bevoegdheid beoordeeld en vastgesteld dat de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, bevoegd is om van het verzoek kennis te nemen.
De rechtbank heeft in haar beoordeling geconcludeerd dat de Insolventieverordening niet van toepassing is op het verzoek, omdat de Wet Homologatie Onderhands Akkoord nog niet in de bijlage van de verordening is opgenomen. De rechtbank heeft de verzoeksters erop gewezen dat zij de griffier van de rechtbank Den Haag moeten verzoeken om melding te maken van de gegevens in de registers en in de Staatscourant.
De beslissing van de rechtbank houdt in dat de homologatie en het verzoek tot opzegging van de overeenkomst op 2 februari 2021 om 14.30 uur in een digitale openbare zitting zullen worden behandeld. De rechtbank heeft de verzoeksters opgedragen om de beschikking onverwijld schriftelijk aan de stemgerechtigde schuldeisers en aandeelhouders bekend te maken.