ECLI:NL:RBNHO:2021:4850

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
16 juni 2021
Publicatiedatum
16 juni 2021
Zaaknummer
9102426 CV EXPL 21-1839
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst wegens huurachterstand en niet nagekomen betalingsregeling

In deze zaak heeft de stichting Elan Wonen een vordering ingesteld tegen een gedaagde wegens huurachterstand van meer dan drie maanden. De gedaagde had een betalingsregeling getroffen, maar deze is niet nagekomen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurachterstand tot en met maart 2021 € 4.016,21 bedroeg. Ondanks een betalingsregeling heeft de gedaagde bedragen laten storneren, wat heeft geleid tot de ontbinding van de huurovereenkomst. De kantonrechter oordeelt dat Elan Wonen niet onredelijk handelt door geen nieuwe regeling te treffen en wijst de vordering van Elan Wonen toe, inclusief extra kosten. De gedaagde heeft erkend dat er een huurachterstand is, maar is het niet eens met de ontbinding en ontruiming. De kantonrechter heeft de ontbinding van de huurovereenkomst toegewezen en de gedaagde veroordeeld tot ontruiming van de woning binnen veertien dagen na betekening van het vonnis. Tevens is de gedaagde veroordeeld tot betaling van de huurachterstand en proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 9102426 CV EXPL 21-1839
Uitspraakdatum: 16 juni 2021
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de stichting Stichting Elan Wonen voorheen Woningstichting Haarlemveste
gevestigd te Haarlem
eiseres
verder te noemen: Elan Wonen
gemachtigden: L.V. Snijder en H.J. Boswinkel
tegen
[gedaagde]
wonende te [woonplaats]
gedaagde
verder te noemen: [gedaagde]
procederend in persoon

1.Het procesverloop

1.1.
Elan Wonen heeft bij dagvaarding van 15 maart 2021 een vordering tegen [gedaagde] ingesteld. [gedaagde] heeft mondeling geantwoord.
1.2.
Elan Wonen heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna [gedaagde] een mondelinge reactie heeft gegeven.

2.Samenvatting van de zaak en het vonnis

2.1.
[gedaagde] huurt een woning van Elan Wonen. Er is een huurachterstand ontstaan van meer dan drie maanden. [gedaagde] heeft daarvoor een betalingsregeling met Elan Wonen getroffen. Anders dan [gedaagde] vindt de kantonrechter dat [gedaagde] die betalingsregeling niet goed is nagekomen en dat Elan Wonen niet onredelijk handelt door geen nieuwe regeling met [gedaagde] te willen treffen. De hele vordering van Elan Wonen kan daarom worden toegewezen, ook de extra kosten.

3.Feiten

3.1.
[gedaagde] huurt van Elan Wonen een woning aan [adres] in [woonplaats] . De huur bedraagt maandelijks € 607,30.
3.2.
[gedaagde] heeft een huurachterstand laten ontstaan die tot en met maart 2021 € 4.016,21 bedroeg.
3.3.
Op 3 februari 2021 hebben Elan Wonen en [gedaagde] een betalingsregeling getroffen voor de huurachterstand op dat moment. De afspraak was dat [gedaagde] de lopende huur voortaan op tijd zou betalen en daarnaast elke maand nog € 300,00 zou betalen om de huurachterstand af te lossen. Aanvankelijk zou [gedaagde] de eerste termijn van € 300,00 uiterlijk op 10 februari 2021 betalen, maar op 5 februari 2021 heeft hij aan Elan Wonen gevraagd of hij de € 300,00 steeds op de 25e van de maand mocht betalen. Elan Wonen heeft daarmee ingestemd.
3.4.
Vervolgens heeft [gedaagde] op 8 februari 2021 de reeds betaalde huur voor februari 2021 laten storneren. De huur voor maart 2021 heeft hij ook eerst betaald en vervolgens op 2 maart 2021 weer laten storneren.
3.5.
Elan Wonen heeft om die reden op 8 maart 2021 de betalingsregeling laten vervallen en [gedaagde] drie dagen de tijd gegeven om de totale huurachterstand van op dat moment € 4.214,44 inclusief bijkomende kosten, binnen drie dagen in één keer te betalen. [gedaagde] heeft dat niet gedaan.
3.6.
[gedaagde] heeft wel op 26 februari 2021 een bedrag van € 300,00 betaald en op 3 maart 2021 een bedrag van € 607,30.

4.Het geschil

4.1.
Elan Wonen vordert dat de kantonrechter [gedaagde] veroordeelt tot betaling van € 3.607,60. Dit bedrag is opgebouwd uit de huurachterstand tot en met maart 2021 van € 4.016,21, de rente tot en met 15 maart 2021 van € 8,45 en de buitengerechtelijke incassokosten inclusief btw van € 490,24. De betalingen van 26 februari 2021 en 3 maart 2021 van in totaal € 907,30 zijn daarop in mindering gebracht. Elan Wonen stelt zich op het standpunt dat zij [gedaagde] voldoende mogelijkheden heeft geboden om de achterstand in te lopen door een betalingsregeling met hem te treffen en de betaaldatum zelfs nog op te schuiven. Omdat [gedaagde] vervolgens de al betaalde huur van februari 2021 en later ook van maart 2021 liet storneren, heeft Elan Wonen de betalingsregeling terecht stop gezet. De achterstand is zo groot dat zij ook de ontbinding van de huurovereenkomst vraagt en de ontruiming van de woning. Zolang [gedaagde] de woning in gebruik houdt, moet hij bovendien € 607,30 per maand betalen als vergoeding voor het gebruik van de woning.
4.2.
[gedaagde] erkent de huurachterstand, maar is het niet eens met de gevraagde ontbinding van de huurovereenkomst, de ontruiming en de proceskosten. [gedaagde] is ondernemer en kreeg tijdens de corona geen steun van de overheid. Daardoor kwam hij in de betalingsproblemen. Desondanks kwam hij de betalingsregeling die hij met Elan Wonen had getroffen netjes na. Op 3 mei 2021 heeft hij aan Elan Wonen het voorstel gedaan om € 4.000,00 te betalen en vervolgens te bespreken hoeveel schuld er daarna dan nog openstaat. Elan Wonen wil hem echter niet tegemoet komen en heeft ook zijn andere voorstellen niet geaccepteerd. [gedaagde] heeft verder geen andere schulden en heeft per 1 juni 2021 een baan op de bloemenveiling. Hij wil dus graag een betalingsregeling treffen.

5.De beoordeling

5.1.
[gedaagde] heeft de huurachterstand erkend, zodat vast staat dat [gedaagde] een huurachterstand heeft van meer dan drie maanden huur. Deze achterstand is zo groot dat van Elan Wonen niet kan worden verlangd dat zij de huurovereenkomst met [gedaagde] nog langer voortzet. Dit geldt te meer nu [gedaagde] de met Elan Wonen overeengekomen betalingsregeling niet is nagekomen, doordat hij de al betaalde huur van februari en maart 2021 heeft laten storneren. Elan Wonen is al coulant geweest richting [gedaagde] door een betalingsregeling met hem te treffen en heeft zelfs nog een keer ingestemd met een latere betalingsdatum. Als [gedaagde] dan vervolgens al betaalde bedragen weer storneert, is Elan Wonen niet onredelijk als zij [gedaagde] niet opnieuw een betalingsregeling gunt.
5.2.
Weliswaar heeft [gedaagde] bij dupliek aangegeven dat hij inmiddels meerdere voorstellen heeft gedaan om alsnog een nieuwe, verdergaande betalingsregeling te treffen om een gedwongen ontruiming te voorkomen, onder andere door in één keer € 4.000,00 af te lossen, maar Elan Wonen heeft kennelijk aangegeven dat zij thans geen betalingsregeling meer wil treffen. Nu de wet de kantonrechter niet de mogelijkheid biedt Elan Wonen een betalingsregeling op te leggen, worden de gevorderde ontbinding en ontruiming toegewezen. In verband met de coronacrisis zal de termijn waarbinnen de ontruiming dient te geschieden worden gesteld op veertien dagen na betekening van dit vonnis.
5.3.
[gedaagde] kan nog proberen of Elan Wonen als het vonnis is gewezen misschien nog wel bereid is een betalingsregeling te treffen om zo alsnog een ontruiming te voorkomen. De kantonrechter raadt [gedaagde] aan daartoe zo snel mogelijk contact met de gemachtigde van Elan Wonen op te nemen. Het is echter aan Elan Wonen of zij daartoe bereid is.
5.4.
Naast de in de dagvaarding berekende rente, zal de verdere rente worden toegewezen, zoals hierna zal worden vermeld.
5.5.
De conclusie is dat de kantonrechter de vorderingen van Elan Wonen zal toewijzen.
5.6.
De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde] , omdat hij ongelijk krijgt.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
ontbindt de huurovereenkomst tussen partijen;
6.2.
veroordeelt [gedaagde] om de woonruimte aan [adres] te ( [postcode] ) [woonplaats] binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis te ontruimen, leeg op te leveren en de sleutels over te dragen aan Elan Wonen;
6.3.
veroordeelt [gedaagde] om aan Elan Wonen te betalen € 3.607,60, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 3.108,91 vanaf 15 maart 2021 tot de dag van de volledige voldoening;
6.4.
veroordeelt [gedaagde] voorts om aan Elan Wonen te betalen € 607,30 voor iedere maand of gedeelte daarvan dat [gedaagde] de woonruimte na 1 april 2021 in gebruik heeft gehouden;
6.5.
bepaalt dat wat [gedaagde] na 3 maart 2021 aan Elan Wonen heeft voldaan op de hiervoor genoemde bedragen in mindering strekt;
6.6.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, die aan de kant van Elan Wonen tot en met vandaag worden begroot op de volgende bedragen:
dagvaarding € 106,01
griffierecht € 507,00
salaris gemachtigde € 436,00 (2x € 218);
6.7.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
6.8.
wijst af wat meer of anders mocht zijn gevorderd.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.A.M. Jansen en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter