Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Stichting Ymere
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de verhuurder, Stichting Ymere, een vordering ingesteld tegen de huurder, [gedaagde], wegens een huurachterstand. De huurder betwistte de achterstand en voerde aan dat hij de verschuldigde bedragen inmiddels had voldaan. Tijdens de procedure bleek dat de huurachterstand was voldaan, waardoor de vordering van Ymere werd afgewezen. De kantonrechter oordeelde echter dat de huurder wel veroordeeld moest worden in de proceskosten, aangezien er aanvankelijk wel een huurachterstand was en Ymere genoodzaakt was om een procedure te starten. De kantonrechter heeft de vordering van Ymere afgewezen, maar de gedaagde werd wel veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die door de kantonrechter zijn vastgesteld op een totaalbedrag van € 789,46. Dit bedrag omvat de kosten van de dagvaarding, griffierecht en het salaris van de gemachtigde van Ymere. De uitspraak werd gedaan door mr. M.M. Kruithof op 16 juni 2021.