ECLI:NL:RBNHO:2021:4595

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
18 mei 2021
Publicatiedatum
4 juni 2021
Zaaknummer
9138603 VV 21-56
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot ontruiming sociale huurwoning van huurder met psychiatrische en verslavingsproblematiek

In deze zaak vordert de woningbouwvereniging Brederode Wonen de ontruiming van de sociale huurwoning van [gedaagde], die lijdt aan psychiatrische problematiek en verslaving. De vordering is primair gericht op ontruiming binnen 14 dagen na betekening van het vonnis, subsidiair op het opleggen van gedragsaanwijzingen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van zeer ernstige en structurele overlast door [gedaagde], die al jaren aanhoudt. Ondanks herhaalde waarschuwingen en pogingen tot gedragsverandering, blijft de overlast aanhouden, wat leidt tot angst en onveiligheid bij omwonenden. De rechter erkent de kwetsbaarheid van [gedaagde], die recent is gediagnosticeerd met een bipolaire stoornis en een alcoholverslaving. De kantonrechter besluit om de ontruiming niet toe te staan, maar legt wel een uitgebreide gedragsaanwijzing op, die moet bijdragen aan de verbetering van de situatie. De rechter benadrukt dat de hulpverlening aan [gedaagde] moet doorgaan en dat de belangen van de omwonenden ook in acht moeten worden genomen. De rechter stelt dat bij overtreding van de gedragsregels, [gedaagde] binnen 14 dagen kan worden ontruimd.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
Zittingsplaats Haarlem
zaaknummer / rolnummer: 9138603 VV 21-56
Vonnis van de kantonrechter in kort geding van 18 mei 2021
in de zaak van
de vereniging
BREDERODE WONEN,
gevestigd te Bloemendaal,
eiseres,
gemachtigde mr. S. Vrij te Haarlem,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats],
gedaagde,
gemachtigde mr. M. Baadoudi te Haarlem.
Ter zitting zijn verschenen:
 Namens Brederode, [A.], medewerker sociaal beheer, [B.], vergezeld van mr Vrij
  • [gedaagde], vergezeld van mr. Baadoudi
  • de wijkagent
  • dhr [C.], werkzaam bij GGZ inGeest, psychiatrisch behandelaar van [gedaagde].
Partijen zullen hierna Brederode en [gedaagde] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de mondelinge behandeling
  • de pleitnota van Brederode
  • de pleitnota van [gedaagde].
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Brederode is een woningbouwvereniging die eigenaar is van sociale huurwoningen in Bloemendaal en Velsen. Zij beheert en verhuurt deze woningen.
2.2.
In april 2016 is tussen Brederode en [gedaagde] een huurovereenkomst tot stand gekomen op basis waarvan [gedaagde] van Brederode een woning huurde aan de [adres].
2.3.
Kort nadat [gedaagde] zijn intrek nam in genoemde woning ontving Brederode klachten van buren en buurtgenoten in verband met overlast die [gedaagde] veroorzaakt. In de klachten wordt melding gemaakt van het feit dat [gedaagde] een troep maakt van de gemeenschappelijke tuin, buren op ongepaste wijze aanspreekt, herhaaldelijk op de ramen klopt en aanbelt en andersoortig merkwaardig gedrag vertoont. Ook wordt erover geklaagd dat [gedaagde] veelvuldig geluidsoverlast veroorzaakt, vaak midden in de nacht en dat er in de woning wordt gedeald en drugs gebruikt worden. Daarnaast ontving Brederode klachten van vrouwelijke buren en buurtbewoners die melden dat [gedaagde] schaars gekleed door het pand loopt, schaars gekleed aanbelt, zijn geslachtsdeel toont en seksuele toespelingen maakt. Tenslotte zijn klachten ontvangen met betrekking tot agressief en bedreigend gedrag. [gedaagde] scheldt omwonenden uit, heeft een mes getoond en rondgelopen met een kettingzaag.
2.4.
Naar aanleiding van de onophoudelijke stroom klachten heeft Brederode [gedaagde] diverse malen gesommeerd zijn gedrag aan te passen en hem gewaarschuwd voor de mogelijke gevolgen indien hij zijn gedrag niet verandert. Daarnaast hebben huisbezoeken plaatsgevonden en is de GGD ingeschakeld.
2.5.
Bij brief van 7 augustus 2017 heeft Brederode aan [gedaagde] een gedragsaanwijzing opgelegd teneinde de overlast te beperken.
2.6.
Bij brief van 22 augustus 2018 schrijft Brederode het volgende aan [gedaagde]:
‘Op 16 augustus bent u bij ons op kantoor geweest omdat wij wederom klachten van omwonenden hebben ontvangen. (…)
De overlast die bij ons gemeld is, bestaat uit:
  • roken in de openbare hal
  • gitaarspelen in de openbare hal
  • bijna bloot lopen in en om de villa
  • aankloppen en aanbellen bij bewoners
  • drank- en drugsgebruik
  • harde muziek vanuit het raam buiten
  • plotseling achter werklieden gaan staan met een kettingzaag
  • een mes laten zien aan werklieden
  • lallen en schreeuwen
  • steentjes tegen het raam van buren gooien
  • geld proberen te lenen bij buren
  • seksueel getinte opmerkingen maken
  • buren uitschelden
  • kippenpootjes in de hal gooien
  • met een stok rondlopen als een soort ‘druïde’
  • aandacht vragen van buren
  • er zou een bijl in de tuin staan
Ik heb u gezegd dat voor Brederode de maat vol is en dat wij willen dat u gaat verhuizen. (…)’
2.7.
In verband met nieuwe klachten van buren en omwonenden heeft Brederode bij brief van 11 maart 2019 een officiële waarschuwing aan [gedaagde] opgelegd.
2.8.
Omdat de situatie onhoudbaar werd heeft Brederode [gedaagde] per 6 juni 2019 een nieuwe woning in [woonplaats] aangeboden, ditmaal aan de [adres]. Tussen Brederode en [gedaagde] is een overeenkomst onder voorwaarden tot stand gekomen. Als aanvullende voorwaarden is in de overeenkomst opgenomen dat [gedaagde] zich dient te houden aan de gedragsaanwijzing van augustus 2017 en de tuin netjes moet houden, dat de hulpverlening vanuit GGZ InGeest wordt voortgezet, dat geen overlast en hinder wordt veroorzaakt en dat [gedaagde] zich als goed huurder dient te gedragen.
2.9.
Kort nadat [gedaagde] zijn intrek heeft genomen in de woning aan de [adres] ontving Brederode opnieuw klachten van omwonenden in verband met door [gedaagde] veroorzaakte overlast. De klachten hebben met name betrekking op het aanbellen midden in de nacht, schelden op straat en andersoortig onaangepast gedrag.
2.10.
In een e-mail van 15 augustus 2019 schrijft een buurtbewoner over [gedaagde] het volgende aan Brederode:
‘(…)…de andere buurman dat is een ander verhaal … is een luidruchtige, aandacht vragende malloot. Als hij gebruikt buldert hij zijn gasten toe dat hij hen de kop van de romp scheurt. Niet prettig zou ook mooi zijn als hij stopt met gebruiken dan volstaat hij er tenminste met jan en alleman koffie aan te bieden en door te werken aan zijn kasteeldeur die toegang geeft tot zijn tuin.’
2.11.
In een e-mail van 26 augustus 2019 schrijft een buurtbewoner het volgende aan Brederode:
‘(…)… meerdere nachten ben ik opgeschrikt door veel lawaai en de (verbale) agressiviteit die overdag tot mij komt is niet te verdragen. Van woongenot is geen sprake, ik voel me onveilig in mijn eigen huis en sluit mijn ramen voor om me zoveel mogelijk af te sluiten voor wat zich beneden afspeelt en achter om te voorkomen dat een van de heren naar binnen wil. Dit probleem neem ik de hele dag met me mee, ik ervaar daardoor veel stress en ik ben van mening dat daar een einde aan moet komen.
(…)’
2.12.
In een e-mail van 7 oktober 2019 schrijft een buurtbewoner het volgende aan Brederode:
‘(…)In mijn ogen ligt hier een taak voor Brederode Wonen om onze woonomgeving weer te normaliseren en er zorg voor te dragen dat wij ons veilig voelen in onze eigen woonomgeving. Ik herhaal met klem dat is nu niet het geval. Een van de buurvrouwen in het volgende woonblok heeft moeten aanschouwen hoe [gedaagde] ([gedaagde], vzr.) ’s avonds naakt in zijn poort stond en opmerkingen maakte naar- en aandacht stond te trekken van de hockey tienermeisjes die op weg naar huis waren (…)
(…)
Tot slot wijs ik u er nogmaals op dat ik persoonlijk extra veel last heb van dit alles omdat het ook mijn gezondheid ondermijnt (ik ervaar veel stress (…))’
2.13.
In een e-mail van 27 juli 2020 schrijven enkele buurtbewoners het volgende aan Brederode:
‘(…)De buurman op nummer [adres] ([gedaagde]) is echt het grootste probleem. (…)Het is een a-sociale man, die (…) schijt heeft aan zijn buren. Hij provoceert, intimideert, schreeuwt (samen met zijn even onaangepaste vriend) de boel bij elkaar en domineert op een zeer onprettige manier de sfeer rond ons woonblokje.
Voor ons alle drie geldt dat sinds zijn komst ons woonplezier in ernstige mate is aangetast. (…)’
2.14.
In een e-mail van 12 augustus 2020 schrijft een buurtbewoner het volgende aan Brederode:
‘Afgelopen vrijdag rond 21.00 stond ik de tuin te sproeien en werd ik lastig gevallen door een man op een fiets. Hij had enkel een zwembroek aan. Hij was duidelijk onder invloed van ik denk alcohol en verder maakte hij psychisch een verwarde indruk. (…) Ik was alleen thuis, kinderen op bed. Hij zwalkte doelloos in zichzelf pratend rond en kwam steeds dichter bij. Toen hij mij zag kwam hij steeds dichterbij. Ik verzocht hem weg te gaan. Hij grijnsde en keek naar mijn decolleté en kwam tot een meter afstand terwijl hij om zich heen keek concludeerde dat er niemand was. Ik verhief mijn stem, werkte ook niet. Sproeide met de tuinslang op hem terwijl ik bleef herhalen ga weg. Uiteindelijk heb ik geroepen dat ik veel buren heb, niet alleen was en mijn buurvrouw Reina van nummer [adres] geroepen. Terwijl ik dat deed nam hij iets afstand maar haalde hij nog wel zijn piemel uit zijn broek.(…)De volgende dag kwamen we erachter dat hij aan de [adres] woont, [gedaagde] heet en bekend is bij jullie. Bij mijn buurvrouw is hij ’s nachts nog geweest en heeft gerommeld met stenen in haar tuin. (…)Ik voelde me echt bedreigd. En geïntimideerd in mijn eigen tuin. (…)’
2.15.
Naar aanleiding van het laatstgenoemde incident heeft Brederode aan [gedaagde] bij brief van 20 augustus 2020 laten weten dat de grens was bereikt en hem een laatste waarschuwing gegeven. In de brief schrijft de advocaat van Brederode het volgende:
‘(…)Voornoemd gedrag gaat alle grenzen te buiten. Dit is niet de eerste keer dat u seksuele toespelingen maakt en uw penis aan andere mensen laat zien. Tevens is dit niet de eerste keer dat over u is geklaagd. Al jaren ontvangt Brederode Wonen meldingen van door u veroorzaakte overlast en al jaren is Brederode met u in gesprek over de situatie. Steeds heeft u nieuwe kansen van Brederode Wonen gekregen. In een poging de situatie te verbeteren, heeft Brederode Wonen u zelfs een nieuwe woning aangeboden. Helaas heeft dit niet geholpen; ook in uw nieuwe buurt veroorzaakt u overlast. De incidenten stapelen zich op. U valt buren en buurtbewoners (waaronder zelfs kleine kinderen) lastig waardoor zij bang voor u zijn geworden. U schreeuwt, doet vreemde dingen (bijvoorbeeld knielend met een bos bloemen op straat bidden) en bent vaak onder invloed. Laatst bent u bovendien weer naar [adres] gegaan om steentjes op het dak te gooien. (…)’
2.16.
Ook na voornoemde brief heeft Brederode talloze klachten en meldingen over [gedaagde] ontvangen over met name geluidsoverlast in de nachtelijke uren.
2.17.
In oktober 2020 schrijft een buurtbewoner het volgende aan Brederode:
‘(…)Achter ons woont een verwarde, agressieve man waar wij overlast van hebben. Regelmatig (paar keer per week) word ik op verschillende tijden ’s nachts wakker omdat hij aan het schreeuwen en brullen is. Ook bonkt hij op onze schutting en klimt er tegenaan en kijkt bij ons naar binnen. Zeer regelmatig (aantal malen per week) loopt hij achter onze schutting op het paadje luidkeels schuttingtaal te bezigen (kankerhoer(en), vloeken). Een aantal malen, (…) heb ik de politie gebeld omdat hij op een angstaanjagende manier in zijn huis aan het schreeuwen en brullen was. Ook leek het of hij vernielingen in zijn huis aanrichtte. Ik heb toen de politie gebeld in overleg met onze (…) achterbuurvrouw. Zij is heel erg bang voor hem en durfde niet de politie te bellen. (…)’
2.18.
Op 30 december 2020 schrijft een buurtbewoner het volgende aan Brederode:
‘Ik wil een klacht indienen over mijn buurman. Ik krijg geen rust. Ik ben bang. Ik wil naar buiten maar ik ga niet want ik ben bang. (…) Ik liep met een vriendin in de avond om 7 uur en hij ging langzaam lopen en daarna voor ons staan en keek naar mij. (…) Hij achtervolgde ons. Daarna ging hij weg. We hebben toen gewacht tot hij weg ging. Hij heeft een trommel waarmee hij in de avond trommelt. Hij maakt veel lawaai en dat doet hij vaak. Hij begint soms om 4 uur in de ochtend te zingen en te schreeuwen. Soms hoor ik geluid boven, hij slaat op de grond. Hij is agressief. Het is moeilijk voor ons. Ik heb geen rust meer. Ik heb de ramen dicht en durf ze niet open te doen. (…)
Hij intimideert mijn vriendin als zij op bezoek komt. Hij blokkeert haar fiets en zegt slechte dingen tegen haar. Ze is bang. Hij maakt seksuele bewegingen met zijn onderlichaam. Mijn familie is bang dat mij iets overkomt. Ik ben bang dat hij achter mij aankomt.
Ik durf geen melding te doen bij de politie want ik ben bang.’
2.19.
Op 27 januari 2021 schrijven enkele buren het volgende aan Brederode:
‘(…)
Ik snap dat de processen waarmee wij te maken hebben tijd kosten, maar realiseert u zich wel dat u weliswaar de stappen moet zetten, maar dat wij nog steedsiedere dagin een zeer onprettige situatie verkeren. Ik wil u vragen zich een voorstelling ervan te maken hoe het is om dagelijks op u hoede te zijn als u de deur uitstapt en dat u zich niet meer vrij voelt om u rond uw eigen woning te bewegen. Dat is hier al dik anderhalf jaar aan de hand en persoonlijk vind ik dat misschien nog wel het ergste dat mijn woongenot heeft plaats gemaakt voor permanente angst voor zo’n stuk verdriet van een buurman en zijn vriendje.
(…)’
2.20.
In een door een andere buurtbewoner bijgehouden logboek met betrekking tot de overlast is onder meer te lezen dat veelvuldig (geluids)overlast wordt ervaren in de vorm van schreeuwen, agressie, trommelen, bonken op de muur, bezoek dat in het openbaar plast, hard stampen en met dingen gooien.
2.21.
In een op 2 maart 2021 gedateerde brief van de gemeente [woonplaats] aan Brederode staat het volgende over een door de gemeente ontvangen bestuurlijke rapportage van de politie:
‘(…)
De politie concludeert in de rapportage dat op grond van bovengenoemde bevindingen gesteld kan worden dat de huurder gedurende een langere periode stelselmatig zorgt voor overlast en daarmee ook de openbare orde en veiligheid in de gemeente [woonplaats] aantast. Directe buurtbewoners en inwoners van [woonplaats] worden hierdoor benadeeld in hun woongenot. Zij ondervinden overlast en worden hierdoor hinderlijk gestoord. Daarnaast ondervinden de buurtbewoners angst door het gedrag dat veelal plaatsvindt in de omgeving van de [adres]. Deze vormen van hinder en inbreuk op de genotsrechten vindt gedurende een lange periode plaats. Opvallend is dat het gedrag en de incidenten rondom de huurder de afgelopen maand toeneemt. Ook het mijden van hupverlening door de huurder is zorgwekkend.
(…)’
2.22.
In een e-mail aan Brederode van 3 maart 2021 schrijft een buurtbewoner het volgende:
‘Enige tijd geleden heb ik contact gezocht met de politie Kennemerland betreffende een man die (naakt) achter mijn dochter van 11 jaar aanfietste en haar nogal intimideerde door middel van schreeuwen. Mijn dochter moest 2 keer langs de [adres] en op de terugweg (…) zag ze dezelfde man een oudere vrouw achterna rennen die daardoor van haar fiets viel. (…)Helaas komen mijn kinderen nu nog regelmatig thuis met verhalen over de betreffende man; hij blijft klaarblijkelijk roepen en schreeuwen en probeert contact met ze te maken. Soms half ontbloot, soms gekleed en soms naakt. Ik vind dit een zorgwekkende situatie, zeer onveilig voor de kinderen. (…)’
2.23.
In een e-mail van een buurtbewoner van 7 maart 2021 aan Brederode staat het volgende te lezen:
‘(…)
De problemen en overlast ontstaan voornamelijk als hij wel alcohol en/of drugs op heeft. En dat weet je niet van tevoren. Zijn achtertuin grenst aan een klein achterom pad waar onze kinderen graag spelen. Dit kan nu niet omdat ik niet weet of hij alcohol heeft genuttigd.
Hij zoekt kinderen ook op omdat hij het volgens mij leuk vindt om mee te spelen. Toch het is een volwassen man.
En ook vaak labiel. En hij heeft zich naar mij van de zomer echt misdragen/lastig gevallen en zijn piemel uit zijn broek gehaald. Ik heb me bedreigd en geïntimideerd gevoeld. Hij kwam dreigend op mij af. En was door alcohol en drugs niet voor rede vatbaar. Ik moet er niet aan denken dat hij dit richting kinderen zou doen als hij onder invloed is en psychisch niet in orde. Maar dan is het wel te laat.
(…)’
2.24.
Tot eind 2020 heeft de GGD in samenwerking met Brederode getracht [gedaagde] de benodigde hulpverlening te bieden. Omdat [gedaagde] geen hulp accepteerde zijn deze pogingen gestaakt.
2.25.
Begin 2021 is [gedaagde] door de Burgemeester aangemeld bij GGZ InGeest in het kader van een crisisbeoordeling. [gedaagde] wordt sindsdien zeer intensief begeleid door het ACT-Team van GGZ InGeest. Bij [gedaagde] is naast een alcoholverslaving een bipolaire stoornis gediagnosticeerd die medicamenteus wordt behandeld. In het kader van de begeleiding is voorzien in een detox-opname bij de Brijder stichting op korte termijn teneinde de alcoholverslaving aan te pakken.

3.Het geschil

3.1.
Brederode vordert samengevat –
Primair: [gedaagde] te veroordelen de woning binnen 14 dagen na betekening van het vonnis te ontruimen;
Subsidiair: aan [gedaagde] een in de dagvaarding gespecificeerde gedragsaanwijzing op te leggen en daarbij te bepalen dat indien [gedaagde] in een periode van twee jaar een van de opgelegde regels overtreedt, [gedaagde] de woning binnen 14 dagen dient te ontruimen
Meer subsidiair: aan [gedaagde] de genoemde gedragsaanwijzing op te leggen en daarbij te bepalen dat overtreding van een van de daarin voorkomende gedragsregels een gegronde reden voor ontbinding van de huurovereenkomst dan wel ontruiming oplevert.
3.2.
Brederode legt aan de vorderingen ten grondslag dat sprake is van zeer ernstige en structurele overlast door [gedaagde]. Deze schiet daarmee voortdurend ernstig tekort in de nakoming van zijn verplichtingen als huurder. De door [gedaagde] veroorzaakte overlast is buitensporig en duurt nu al jaren. Het gedrag is zo ernstig dat buurtbewoners bang zijn en hun kinderen niet meer op straat durven te laten spelen. Ondanks allerlei pogingen om een gedragsverandering teweeg te brengen, stapelen de klachten zich op en worden deze alleen maar ernstiger. Niet alleen de buurtbewoners maar inmiddels ook de politie heeft de noodklok geluid.
3.3.
[gedaagde] voert verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Bij de beoordeling stelt de kantonrechter voorop dat in kort geding een vordering tot ontruiming slechts toewijsbaar is indien hoogst aannemelijk is dat de bodemrechter de vordering eveneens toewijst en indien van de eiser niet kan worden gevergd dat hij de uitkomst van een bodemprocedure afwacht.
4.2.
Brederode stelt zich op het standpunt dat de overlast die [gedaagde] veroorzaakt, ondanks alle pogingen die er de afgelopen jaren zijn ondernomen om hem in de richting van de hulpverlening te bewegen, alleen maar is toegenomen. Zij ontvangt met grote regelmaat klachten van omwonenden waaruit naar voren komt dat sprake is van ernstige (geluids)overlast maar vooral ook van gedrag dat zorgt voor angst bij bewoners. De maat is nu vol. Brederode voert aan dat voor haar niets anders rest dan ontruiming te vorderen om zodoende haar andere huurders weer prettig te laten wonen.
4.3.
[gedaagde] betwist niet dat sprake is van zeer ernstige structurele overlast, die op zichzelf bezien grond voor ontbinding en ontruiming zou kunnen opleveren. Namens hem is er echter op gewezen dat toewijzing van de primaire vordering van Brederode meebrengt dat [gedaagde] letterlijk op straat komt te staan, met alle gevolgen van dien. Er is sprake van een zeer kwetsbare man die niet alleen verslaafd is aan alcohol maar ook kampt met ernstige psychiatrische problematiek. Recent is de hulpverlening op dat vlak eindelijk op gang gekomen. Indien [gedaagde] nu wordt ontruimd, zou dat tot gevolg hebben dat deze hulpverlening volledig zou worden doorkruist, met mogelijk zeer ernstige gevolgen voor [gedaagde].
De kantonrechter overweegt het volgende.
4.4.
Brederode heeft in deze procedure een heel groot aantal klachten van buurtbewoners overgelegd. De klachten laten er geen misverstand over bestaan dat de buurt gebukt gaat onder structurele zeer ernstige overlast die onder meer bestaat uit geluidsoverlast, hinderlijk, agressief, intimiderend en seksueel overschrijdend gedrag. De klachten laten zien dat buurtbewoners bang zijn voor [gedaagde] en dat hun woongenot in zeer ernstige mate wordt aangetast. Zeer zorgelijk is bovendien dat het erop lijkt dat de aard van de overlast en de frequentie ervan alleen maar toenemen. Extra verontrustend is bovendien dat ook kinderen worden lastiggevallen. Dat voortduring van dit gedrag onaanvaardbaar is, behoeft geen nader betoog en dat voor de omwonenden de maat vol is, is begrijpelijk.
4.5.
Begrijpelijk is evenzeer dat ook voor Brederode na jaren de grens inmiddels meer dan bereikt is. Zij heeft, met verschillende ketenpartners, pogingen ondernomen om [gedaagde] de hulpverlening te bieden die nodig is. Deze hebben tot op heden geen resultaat gehad. Naast het geven van diverse (officiële) waarschuwing en het geven van een gedragsaanwijzing, is Brederode zelfs zo ver gegaan dat zij [gedaagde] een nieuwe woning heeft aangeboden. Zij heeft zich het lot en het welzijn van [gedaagde] aldus in vergaande mate aangetrokken maar moet zich ook rekenschap geven van de belangen van haar andere huurders.
4.6.
De structurele ernstige overlast die [gedaagde] veroorzaakt kan tot geen andere conclusie voeren dan dat [gedaagde] zijn verplichtingen uit hoofde van de huurovereenkomst met Brederode niet nakomt. Het lijdt geen twijfel dat iedere bodemrechter zal oordelen dat de overlast op zich ruim voldoende is om ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming te rechtvaardigen.
4.7.
De maatschappelijke verantwoordelijkheid van de kantonrechter brengt evenwel mee dat hij niet de ogen kan sluiten voor de omstandigheid dat [gedaagde] een uiterst kwetsbare en -op dit moment- nauwelijks zelfredzame man is. Recent is door psychiatrisch onderzoek vastgesteld dat [gedaagde] lijdt aan een bipolaire stoornis. De gevolgen daarvan worden verergerd doordat hij een ernstige alcoholverslaving heeft. Op de zitting is niet duidelijk geworden waarom het tot februari van dit jaar heeft moeten duren voordat de genoemde diagnose is gesteld, maar het feit dat die niet eerder is gesteld kan niet aan [gedaagde] worden toegerekend.
4.8.
Hoopgevend is dat (mede) dankzij de bemoeienis van het zgn. Assertive Community Treatment (hierna: ACT) Team van GGZ inGeest recent de eerste stappen zijn gezet om [gedaagde] de nodige hulp te geven. De hulpverlening bestaat uit ambulante begeleiding, gesprekken, medicatie en andere nodige interventies. Zo krijgt [gedaagde] sinds kort medicijnen die als bijkomend effect hebben dat de behoefte aan alcohol afneemt en is hij aangemeld bij de Brijder-stichting waar hij op een termijn van enkele weken voor een alcohol detox-behandeling zal worden opgenomen. Ter zitting is benadrukt dat er sprake is van een intensief traject met strakke begeleiding, en dat er een reëel perspectief bestaat dat het samenstel van interventies tot aanzienlijke gedragsverandering bij [gedaagde] zal leiden. De kantonrechter geeft met het oog op het gebruik van dit vonnis ten behoeve van de informatievoorziening van de omwonenden zakelijk weer wat de heer [C.] op dit punt ter zitting heeft verklaard.
‘Wat wij doen is maximaal buiten klinisch. Dat leidt vaak tot resultaat. Ook na gedragsaanwijzing. Ik ben er optimistisch over dat het moet kunnen. De onderkenning van wat er aan de hand is is pas sinds kort bekend. Bipolaire stoornis en alcoholproblematiek. Niet bekend dat er andere middelen worden gebruikt. Het is een duaal problemen. De stoornis lokt het alcoholgebruik uit en de alcohol leidt tot het rare gedrag. We behandelen medicamenteus de stoornis. Hij krijgt een stemmingsstabilisator. De alcoholbehoefte zal daardoor afnemen. Maar verslavingszorg is nodig. Dat is in gang gezet, aanmelding bij de Brijder en er is een verzoek spoed Detox opname. Dat is een kwestie van weken dat dit gaat gebeuren. Het duurt een week of 2. Hij is ook bereid mee te werken. Ik schat in dat als hij medicijnen blijft gebruiken en na de detox opname., dan schat ik dat er enorme verbetering zal optreden. Het klopt dat het eisen stelt aan de discipline. Het ambulante traject blijft doorgaan. Het is de meest verstrekkende ambulante behandeling die hij nu krijgt. Je volgt ze nog 2 jaar na stabiele situatie.
Er is geen intramurale verblijfsvorm binnen GGZ Ingeest. Er zijn begeleide woonvorm, maar die mogelijkheden zijn heel beperkt. Als dit mislukt dan hebben wij geen mogelijkheden meer.’
4.9.
De kantonrechter durft er niet op te speculeren dat toewijzing van de vordering tot gevolg zal hebben dat er voor [gedaagde] een andere woonvoorziening beschikbaar zal komen. De praktijk wijst uit dat daarvoor doorgaans eerst nieuwe rampen moeten gebeuren. Een aannemelijker scenario is dat [gedaagde] bij ontruiming op straat komt te staan en voor een slaapplaats zal zijn aangewezen op de noodopvang. De kantonrechter acht aannemelijk dat dit het onlangs gestarte behandeltraject volledig zou doorkruisen. Dat is, gelet op het perspectief op verbetering dat daarbij teloor zou gaan, maatschappelijk niet aanvaardbaar.
4.10.
De kantonrechter begrijpt dat het niet toestaan van de ontruiming van [gedaagde] op dit moment voor de omwonenden van [gedaagde] een hard gelag betekent, niet zozeer omdat het een onmiddellijke hervatting van de overlast zal betekenen - [gedaagde] zit op dit moment onder de medicatie en wordt scherp in de gaten gehouden - maar omdat het perspectief op een structurele oplossing van het probleem door velen van hen als ongewis zal worden beleefd.
Om recht te doen aan hun belangen zal de ruimte die [gedaagde] wordt geboden om zijn problemen aan te pakken worden gecombineerd met een verstrekkende gedragsaanwijzing en zal Brederode gedurende een jaar de mogelijkheid worden geboden om [gedaagde] zonder nadere rechterlijke tussenkomst te ontruimen in het geval [gedaagde] een of meer van de op te leggen regels overtreedt, zoals door Brederode subsidiair gevorderd.
4.11.
De kantonrechter acht aannemelijk dat [gedaagde]’s mogelijkheden om gedragsaanwijzingen nauwgezet en volledig na te komen door het volgen van de voorgenomen behandeling in de Brijder-stichting sterk zal worden vergroot.
De kantonrechter zal in de gedragsaanwijzing dan ook onderscheid maken tussen de voorschriften die onmiddellijk ingaan en de voorschriften die ingaan zodra [gedaagde] na die behandeling weer zijn intrek neemt in de woning. Aan de aanwijzing zullen enkele verplichtingen worden toegevoegd die kunnen bevorderen dat Brederode over de voortgang geïnformeerd blijft.
4.12.
[gedaagde] zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Brederode worden begroot op:
- betekening oproeping € 106,01
- griffierecht 126,00
- salaris gemachtigde
747,00
Totaal € 979,01

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
legt aan [gedaagde] met onmiddellijk ingang een gedragsaanwijzing op die inhoudt dat:
a. het [gedaagde] verboden is zich aan de behandeling door GGZ inGeest te onttrekken
[gedaagde] verplicht is zich te gedragen naar de aanwijzingen van de heer [C.] van het ACT-Team in het kader van behandeling en medicijngebruik;
[gedaagde] verplicht is om, zodra De Brijder plaats heeft, deel te nemen aan een detox-opname en in dat kader alle aan hem gegeven aanwijzingen op te volgen;
[gedaagde] verplicht is Brederode te machtigen om over zijn behandeling bij De Brijder inlichtingen in te winnen.
5.2.
legt aan [gedaagde] met ingang van de datum waarop [gedaagde] na de detox behandeling bij de Brijder stichting weer zijn intrek neemt in de woning een gedragsaanwijzing op die inhoudt dat:
a. [gedaagde] verplicht is om zijn behandelaar bij inGeest te machtigen overleg te voeren met Brederode aangaande de voortgang van de aanpak van de problematiek en aan Brederode desgevraagd de inlichtingen te verschaffen die naar het oordeel van de heer [C.] nodig zijn om Brederode in staat te stellen uit hoofde van haar verantwoordelijkheid als sociale verhuurder de afwegingen te maken die in relatie tot de onderhavige problematiek nodig zijn,
het [gedaagde] verboden is zich onder invloed van drugs dan wel alcohol in het openbaar op te houden, daaronder tevens begrepen in zijn tuin;
het [gedaagde] verboden is verder ontkleed dan in korte broek of zwemkleding in zijn tuin te staan en zich anders dan gekleed op straat te begeven;
het [gedaagde] verboden is zich in het openbaar of vanuit zijn tuin, fysiek of verbaal, seksueel ongepast te uiten tegenover derden, waaronder in ieder geval begrepen is het tonen van zijn geslachtsdeel en/of achterste;
het [gedaagde] verboden is zich in het bijzijn van kinderen ongepast te gedragen dan wel deze op ongepaste wijze te benaderen waaronder in ieder geval begrepen is:
o kinderen anders dan gekleed benaderen
o kinderen naroepen
o kinderen achtervolgen
o zich met spelende kinderen bemoeien
o in het bijzijn van kinderen zijn terwijl hij onder invloed is van alcohol en/of drugs
het [gedaagde] verboden is zich verbaal dan wel fysiek agressief, onbehoorlijk en /of dreigend te gedragen tegenover derden;
het [gedaagde] verboden is ongevraagd bij omwonenden aan te bellen, aan te kloppen of schriftelijk of telefonisch contact met hen op te nemen;
hij lijf en goed van derden dient te respecteren;
5.3.
Bepaalt dat [gedaagde] verplicht is, indien hij één of meer van de hiervoor genoemde regels binnen een periode van een jaar na de datum van dit vonnis overtreedt, de woning aan de [adres] binnen veertien dagen na daartoe door Brederode te zijn gesommeerd te ontruimen met alle daarin aanwezige personen en zaken, tenzij deze zaken eigendom van Brederode zijn, en de sleutels van de woning af te geven aan Brederode,
5.4.
Bepaalt dat Brederode haar ontruimingsbevoegdheid alleen kan uitoefenen indien de sub 5.3 omschreven sommatie concreet aangeeft welke regel is overtreden en hoe en op grond van welke feitelijkheden dat is geconstateerd,
5.5.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van Brederode tot op heden begroot op € 979,01,
5.6.
veroordeelt [gedaagde] in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 124,00 voor zover Brederode deze kosten daadwerkelijk zal maken,
5.7.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.8.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H. Schotman en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier mr. A.P. de Klerk op 18 mei 2021. [1]

Voetnoten

1.Conc.: