7.3Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de maatregel die aan de verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
Op 7 april 2020 komt er een melding binnen dat een vrouw zou zijn neergestoken op het adres [adres 2] te Purmerend. Meerdere politie-eenheden zijn ter plaatse gegaan. In de keuken van de woning wordt het lichaam van [slachtoffer 1] aangetroffen, de moeder van de verdachte. Zij is overleden en blijkt door een messteek in het hart om het leven te zijn gekomen. De eerste politieambtenaar die ter plaatse is, ziet een schim de woning uitlopen en treft in de tuin de verdachte met een bebloed shirt aan. De verdachte heeft een verwilderde blik in zijn ogen en reageert niet op de bevelen van de politieambtenaar. De verdachte heeft zelf ook een steekwond, net onder zijn hart. In een tuin van buurtbewoners bevindt zich [slachtoffer 2], de vriendin van de verdachte. Ook zij heeft een steekwond in haar hartstreek. Zoals hierboven in het vonnis is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat de verdachte verantwoordelijk is voor het toebrengen van de steekverwondingen bij zijn moeder en zijn vriendin. Hij heeft de ten laste gelegde feiten begaan, maar deze kunnen hem niet worden toegerekend vanwege de ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens waaraan hij leed toen dit gebeurde.
TBS met voorwaarden
De rechtbank heeft bij de beantwoording van de vraag of aan de verdachte de TBS-maatregel moet worden opgelegd en, zo ja, in welke vorm, de hierboven genoemde Pro Justitia-rapportages betrokken.
Uit deze rapportages volgt onder meer dat de deskundigen het gevaar voor herhaling als hoog inschatten bij een onbehandelde terugkeer van de verdachte in de maatschappij. Dit gevaar doet zich voor als hij opnieuw psychotisch zou worden. Als de verdachte psychosevrij is, is er geen sprake van impulscontroleproblemen, een gestoorde frustratietolerantie of agressieregulatie. Hij is zeker niet antisociaal van aard.
De deskundigen vinden een intensieve behandeling in de vorm van een klinische behandeling in een forensische kliniek noodzakelijk. Daarbij zal er - naast rouwverwerking en zelfacceptatie - veel psycho-educatie over het psychotisch ontregelen moeten worden gegeven zodat de verdachte in het vervolg tijdig kan herkennen en ingrijpen wanneer hij psychotisch ontregelt. Ook dient er in de behandeling aandacht te zijn voor het effect van cannabis op een psychose en dient het abstinent blijven van cannabis te worden gestimuleerd en gemonitord. De rol van een antispsychoticum als bescherming moet zorgvuldig bekeken worden. Deze doelen kunnen volgens de deskundigen gerealiseerd worden binnen een Forensisch Psychiatrische Afdeling met ambulante nazorg met oog voor recidivegevaar. Geadviseerd wordt om de verdachte bij aanvang op een gesloten afdeling te behandelen, waarbij hij langzaam aan tot traumabehandeling en rouwverwerking kan komen, wat langere tijd stabiel kan blijven en er zo nodig ook nadere diagnostiek kan plaatsvinden. Een gefaseerde terugkeer naar zijn eigen leefomgeving wordt geadviseerd, waarbij uiteindelijk in de ambulante fase ambulante hulpverlening ingezet zal moeten worden ter verdere begeleiding. Beschermend voor de verdachte zijn zijn betrokken partner en een groot ondersteunend netwerk. De verdachte wil het graag goedmaken naar zijn gezin en familie en conformeert zich aan de behandeling en de gegeven medicatieadviezen. Gezien de ernst van de feiten en het hoge recidiverisico in agressief en gewelddadig gedrag richting zijn partner bij psychotische ontregeling en zonder behandeling, is het van belang dat behandeling in een stevig kader wordt vormgegeven. Het advies van de deskundigen is om de behandeling binnen het kader van een TBS met voorwaarden te laten plaatsvinden. Gezien het feit dat de verdachte zich goed begeleidbaar opstelt, gestabiliseerd is en voornemens is om abstinent te blijven, wordt de TBS met voorwaarden toereikend geacht om het recidiverisico in te perken.
De rechtbank heeft verder acht geslagen op het reclasseringsadvies (TBS met voorwaarden), gedateerd 1 april 2021, opgesteld door [naam 3] werkzaam als reclasseringswerker bij Tactus Reclassering. De reclassering acht het kader van TBS met voorwaarden passend, omdat het behandel- en begeleidingstraject in dit kader een gegarandeerd langdurig traject biedt waarbij de verdachte niet terugkeert in de samenleving zonder behandeling, begeleiding en een toekomstperspectief. Bij een onbehandelde terugkeer in de maatschappij, psychotische ontregeling, terugval in cannabisgebruik en bij het bewust niet innemen van medicatie wordt de kans op agressief en gewelddadig gedrag ingeschat als zeer hoog. Deze risico’s worden als laag ingeschat na behandeling en bij veel bescherming. Indien de rechtbank TBS met voorwaarden overweegt, worden negen bijzondere voorwaarden geadviseerd. Uit het reclasseringsadvies blijkt dat de verdachte zich bereid heeft verklaard tot medewerking aan de voorwaarden.
De rechtbank onderschrijft de hiervoor weergegeven conclusies van de deskundigen en maakt deze tot de hare. Nu voornoemde psychiater en psycholoog tot een eensluidend advies komen, welk advies de rechtbank gedegen voorkomt en waarin zowel de officier van justitie als de raadsman zich kan vinden, zal de rechtbank aan de verdachte de TBS-maatregel opleggen, in de vorm van TBS met voorwaarden.
De rechtbank zal bij de TBS-maatregel de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden stellen. Bij de verdachte is sprake van een hoog recidiverisico wanneer hij niet wordt behandeld. TBS met voorwaarden biedt naar het oordeel van de rechtbank voldoende waarborgen voor het indammen van het gevaar voor herhaling tot een aanvaardbaar niveau. Uit het rapport van de reclassering komt naar voren dat de verdachte bereid is om medewerking te verlenen aan het plan van aanpak zoals genoemd in het rapport. Tevens heeft de verdachte ter terechtzitting van 18 mei 2021 verklaard dat hij de noodzaak tot behandeling inziet en bereid is zich te houden aan de voorwaarden zoals door de reclassering geadviseerd.
Aan de wettelijke vereisten voor het opleggen van de TBS-maatregel is voldaan, nu bij de verdachte tijdens het begaan van de feiten een ziekelijke stoornis van de geestvermogens bestond, de door de verdachte begane feiten misdrijven zijn waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaren of meer is gesteld, en de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen het opleggen van deze maatregel eist.
De rechtbank kan, op vordering van het Openbaar Ministerie, bevelen dat de ter beschikking gestelde alsnog van overheidswege zal worden verpleegd indien de voorwaarden niet worden nageleefd. De bewezenverklaarde feiten zijn misdrijven die gericht zijn tegen dan wel gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, zodat een termijn van een eventuele maatregel van terbeschikkingstelling met dwangverpleging niet is beperkt tot vier jaren.
Dadelijke uitvoerbaarheid voorwaarden
Gelet op de noodzaak van behandeling en het gevaar voor recidive zal de rechtbank overeenkomstig het bepaalde in artikel 38 lid 6 juncto lid 7 Sr bevelen dat de TBS met voorwaarden dadelijk uitvoerbaar is. Aan de wettelijke voorwaarden is voldaan, aangezien er zonder de noodzakelijke behandeling ernstig rekening mee moet worden gehouden dat de verdachte op termijn wederom een misdrijf zal begaan dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.