ECLI:NL:RBNHO:2021:4566
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening Wmo-opvang voor zelfredzame verzoekers met minderjarige kinderen
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 31 mei 2021 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) 2015. Verzoekers, bestaande uit een vader en zijn drie minderjarige kinderen, hebben een spoedvoorziening aangevraagd voor opvang, nadat zij op 7 maart 2021 in Nederland zijn aangekomen vanuit Afghanistan. De gemeente Haarlemmermeer, als verweerder, heeft de aanvraag voor een maatwerkvoorziening afgewezen, omdat verzoekers niet tot de doelgroep voor maatschappelijke opvang behoren en als zelfredzaam worden beschouwd.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat verzoeker voldoende zelfredzaam is, onderbouwd door zijn eerdere ervaringen in Nederland en zijn vermogen om de reis naar Nederland te organiseren. De voorzieningenrechter heeft ook de belangen van de minderjarige kinderen in acht genomen, maar concludeerde dat er geen noodzaak was voor het treffen van een voorlopige voorziening. De verzoekers hebben eerder opvang ontvangen op basis van de Richtlijn opvang dak- en thuisloze mensen, maar de voorzieningenrechter oordeelde dat de gemeente de opvang op goede gronden heeft beëindigd.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, met de overweging dat er geen aanleiding was om te twijfelen aan de zelfredzaamheid van verzoeker en dat de gemeente voldoende rekening heeft gehouden met de belangen van de kinderen. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.