ECLI:NL:RBNHO:2021:4025
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake last onder bestuursdwang voor het verwijderen van een bouwkeet
Op 8 april 2021 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. C.C.J.L. Huurman-Ip Vai Ching, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem, waarin hem werd gelast om een blauwe bouwkeet te verwijderen. Dit besluit was genomen op 23 maart 2021, met een ultimatum van 25 maart 2021, en dreigde bestuursdwang toe te passen indien niet aan de last werd voldaan.
De voorzieningenrechter heeft op 24 maart 2021 het primaire besluit geschorst, omdat verweerder niet bereid was de begunstigingstermijn te verlengen. De zitting vond plaats op 1 april 2021 via beeldbellen, waarbij zowel verzoeker als zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigden van verweerder. De voorzieningenrechter overwoog dat verzoeker niet als woonwagenbewoner kon worden gekwalificeerd en dat er geen concreet zicht op legalisatie bestond. Verzoeker voerde aan dat hij geen andere woon- of verblijfplaats had en dat er bijzondere omstandigheden waren die verweerder zouden moeten weerhouden van handhaving.
De voorzieningenrechter concludeerde dat er voor verzoeker alternatieven waren voor het verblijf in de bouwkeet en dat er geen sprake was van een door verweerder gewekt vertrouwen dat hij daar mocht blijven. De voorzieningenrechter oordeelde dat de begunstigingstermijn niet te kort was en dat er een reëel belang was bij de verwijdering van de bouwkeet. Uiteindelijk werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen en werd de schorsing van het primaire besluit opgeheven, met de aanbeveling aan verweerder om verzoeker twee dagen te geven voor de verwijdering van de bouwkeet.